• Buro Jansen & Janssen is een onderzoeksburo dat politie, justitie, inlichtingendiensten, de overheid in Nederland en Europa kritisch volgt. Een grond-rechten kollektief dat al 30 jaar publiceert over uitbreiding van repressieve wetgeving, publiek-private samenwerking, bevoegdheden, overheids-optreden en andere staatsaangelegenheden.
    Buro Jansen & Janssen Postbus 10591, 1001EN Amsterdam, 020-6123202, 06-34339533, signal +31684065516, info@burojansen.nl (pgp)
    Steun Buro Jansen & Janssen. Word donateur, NL43 ASNB 0856 9868 52 of NL56 INGB 0000 6039 04 ten name van Stichting Res Publica, Postbus 11556, 1001 GN Amsterdam.
  • Publicaties

  • Migratie

  • Politieklachten

  • De vader van de bruid

    door Eveline Lubbers

    gepubliceerd in de Groene Amsterdammer, 24 januari 2002

    Máxima gelooft nog steeds dat haar vader niet op de hoogte was van martelingen en verdwijningen in Argentinië: ‘Waarom zou hij liegen?’ Omdat hij blijkbaar óók al geen weet heeft van de pr-rapporten, bedoeld om de jonge dictatuur schoon te wassen.

     

    Op het ministerie van Economische Zaken, waar Jorge Zorreguieta de post van Landbouw bezette, wist men wel degelijk, en naar nu blijkt al in een zeer vroeg stadium, dat het land een probleem had. Om het imago van Argentinië internationaal te verbeteren, huurde het ministerie onmiddellijk na de staatsgreep het gerenommeerde Amerikaanse pr-bureau Burson Marsteller in. Het contract werd tot tweemaal toe verlengd en liep tot in het voorjaar van 1981.

    Een van de eerste adviezen van Burson Marsteller voor de Argentijnen lekte later uit en werd in de aanloop tot het Wereldkampioenschap voetbal in 1978 door Amnesty International verspreid. Het stuk heet Improving the International Image of Argentina en is al een paar maanden na de coup geschreven – in de herfst van 1976. Het is een uitgewerkt plan voor de pr-campagne die de internationale handel weer op gang moet krijgen. Wie het nu leest, staat versteld van de directe stijl die Burson Marsteller gebruikt om de regering de les te lezen. Dit soort stukken is meestal in wat meer omfloerste taal opgesteld.

    Onder het kopje ‘Hoe Argentinië momenteel wordt gezien’ staan de belangrijkste problemen van het land opgesomd. Naast de economische crisis en het gebrek aan investeringen noemt Burson Marsteller onomwonden de problemen van het terrorisme – en daarmee wordt niet alleen het verzet van de guerrilla bedoeld: ‘De Argentijnse campagne om het georganiseerde linkse terrorisme te elimineren en rust en orde te herstellen, is in grote mate geslaagd en bracht een nieuwe mate van respect met zich mee in de wereld. Tegelijkertijd hebben de kennelijk ongrijpbare voorvallen van illegaal terrorisme vanuit het andere extreem van het politieke spectrum gezorgd voor bezorgdheid onder vrienden, terwijl ze munitie opleveren voor vijanden waar het gaat om mensenrechtenzaken.’

    Uit een opiniepeiling onder vierhonderd mensen in acht landen – waaronder Nederland – bleek dat er over Argentinië tamelijk weinig bekend was. Mensen die in de ogen van Burson Marsteller bepalend zijn voor de meningsvorming nemen een afwachtende houding aan. En bovendien: ‘Veel verslaggevers vinden de Argentijnse regering onderdrukkend en repressief, een dictatoriaal militair instituut dat weinig meer verdient dan veroordeling.’

    Om de economie weer op gang te krijgen en de industriële en agrarische ontwikkeling te versnellen, moet weer een ‘gevoel van vertrouwen’ ontstaan; Argentinië moet wereldwijd een ‘nieuw, progressief en stabiel imago gaan uitstralen’. Het sleutelwoord daarbij is ‘stabiliteit’. Natuurlijk moeten daarvoor de grote schone stranden, de eindeloze en unieke flora en fauna, het enthousiasme en de mogelijkheden tot groei worden benadrukt – maar dat is niet alles: ‘De toestanden met terrorisme en mensenrechten, het veronderstelde antisemitisme en de repressie, het isolationisme moeten allemaal tot rust komen, wil Argentinië haar rechtmatige plaats in de wereld kunnen innemen. Dit kan alleen gebeuren door het nemen van afdoende maatregelen door de Videla-regering, en door het confronteren van de wereld-opinieleiders met het land, zijn regering, zijn economie en zijn volk.’

    Volgens beproefd recept – BM deed dit werk vaker, bijvoorbeeld voor Nigeria tijdens de Biafra-oorlog en voor het Roemenië van Ceaucescu – richt de pr-campagne zich op specifieke doelgroepen: ‘zij die het denken beïnvloeden’, ‘zij die investering beïnvloeden’ en ‘zij die het reizen beïnvloeden’.

    Om de publieke opinie te beïnvloeden, adviseert BM verslaggevers uit te nodigen om hen de positieve kanten van het land te laten zien. Het rapport bevat een lange lijst met namen van journalisten bij onder meer de New York Times, The Washington Post, Forbes, Fortune en ga zo maar door. Voor Nederland, een van de acht ‘target’-landen, staan NRC Handelsblad, Elsevier, Accent en de Haagse Post genoemd.

    Het rapport geeft een uitgebreide beschrijving van het ‘format’ van zo’n journalistenreisje. De agrarische sector staat hoog op de agenda. Een informatiepakket, een tour door de stad, een interview met een hoge regeringsfunctionaris, bijvoorbeeld de staatssecretaris van Landbouw. Voor het programma buiten Buenos Aires staat het bezoek aan een boerderij ‘voor een compleet zicht op de Argentijnse landbouw in actie’ boven aan de lijst.

    ‘Het culturele avond- en nachtprogramma moet op zo’n manier worden georganiseerd dat de journalisten een goed beeld krijgen van de variëteit die er bestaat in Argentinië, en van de “normaliteit” van het leven in steden buiten Buenos Aires.’ Ter afsluiting volgt een vragenuurtje met de staatssecretaris van Informatie. ‘Dat geeft een uitgekiende mogelijkheid om eventuele verkeerde informatie die de journalisten hebben recht te zetten, en het geeft de staatssecretaris inzicht in hoe deze reizen in de toekomst gestructureerd moeten worden.’

    Het ‘rechtzetten van onjuiste indrukken over Argentinië’ is een thema dat steeds terugkomt in het rapport van Burson Marsteller. Argentijnse regeringsvertegenwoordigers (zoals Zorreguieta) moeten met die missie op reis naar het buitenland, met dien verstande dat hun bezoek steeds is gekoppeld aan speciale gelegenheden in dat land, bijvoorbeeld de Royal Agricultural Show in Engeland.

    Naast het stimuleren van investeringen van buitenlandse bedrijven en het promoten van de verkoop van Argentijnse producten in de westerse wereld, was het doel van de BM-missie, aldus directeur Harold Burson in een interview, ‘het introduceren van de minister van Economische Zaken, zijn ondergeschikten en zijn hoge uitvoerende ambtenaren bij banken en andere officials in de financiële wereld, om grote leningen af te sluiten’.

    De ambassades moeten een bron worden van positief nieuws, door culturele en andere niet-controversiële aspecten van het land te benadrukken. En het ambassadepersoneel moet op mediatraining, de voorbeelden spreken voor zich. Op het programma staat een interviewoefening met ‘een onverwachte gast van een groep als Amnesty International, met een zeer uitgesproken opinie over de politieke situatie in Argentinië’. Voor het rollenspel moeten de groepsleden reageren op ‘een internationale campagne die de Videla-regering bekritiseert wegens “mensenrechtenschendingen”‘.

    En wat te doen met een demonstratie bij de ambassade in een land waar Videla op bezoek gaat?

    Ook voor regeringsvertegenwoordigers komt er een uitgebreid programma in omgang met de pers. Speciaal van belang gezien ‘het Argentijnse probleem’, zo stelt het rapport. Onder het kopje ‘Communication Implications of Terrorism’ aarzelt Burson Marsteller niet het beestje bij de naam te noemen: ‘De wereldopinie wordt beïnvloed door beschuldigingen dat de Argentijnse regering geen pogingen doet de acties van Rechts te beheersen, dat de politie betrokken is bij die acties, dat er geen arrestanten worden gemaakt onder Rechtse wetsovertreders en dat Linkse wetsovertreders geen eerlijk proces lijken te krijgen na hun arrestatie.’ Dat ondermijnt in de ogen van het pr-bureau de mogelijke steun voor het Argentijnse regime dat zo zijn best doet de nationale stabiliteit te herstellen.

    Hoe moet de campagne die is gericht tegen de regering worden aangepakt? Videla en de zijnen krijgen een duidelijk advies: ‘Die goed gefinancierde internationale subversieve campagnes kunnen op twee manieren het hoofd worden geboden, beide van essentieel belang op dit moment.

    Eén: de regering moet stappen ondernemen om te laten zien dat ze met alle soorten van terrorisme op dezelfde manier omgaat, en een einde maken aan iedere campagne van antisemitische of wat voor aard dan ook, die in strijd is met burgerlijke vrijheden en mensenrechten. Dit zou gedaan moeten worden zonder dat daarbij wat voor grondrechten dan ook geschonden worden. Dit is natuurlijk makkelijker gezegd dan gedaan, maar de noodzaak is duidelijk.’

    Het tweede deel van het advies aan de regeringsleiders benadrukt wederom het belang van het genereren van positieve berichten over de Argentijnse ontwikkelingen, om de wereld te laten weten ‘dat terrorisme niet het enige nieuws is uit Argentinië en ook niet het belangrijkste’. Daarnaast moeten de beste professionele communicatie-’skills’ worden ingezet om ‘te laten zien dat het terrorismeprobleem ferm en rechtvaardig wordt aangepakt, with equal justice for all’.

    Aan het eind van het rapport worden de aanbevelingen nog even samengevat. De meest in het oog springende punten: ‘1. Zware nadruk op economische informatie, die duidelijk maakt dat de regering er alles aan doet het leven van de gemiddelde Argentijnse burger te verbeteren, dat moet de subversievelingen een van hun belangrijkste propagandapunten ontnemen.’

    Aanbeveling nummer 7 is geheel ontbloot van scrupules. Daarin wordt een rechtvaardiging gezocht voor het martelen en doen verdwijnen van tienduizenden mensen: ‘Vergroot de hoeveelheid nieuws die uitgaat over terroristische activiteiten om te bewijzen dat het absoluut noodzakelijk is om dat soort activiteiten compleet te elimineren uit de Argentijnse samenleving. Er is geen betere manier om steun te krijgen dan het verschaffen van levendig bewijs van guerrilla of terroristische wreedheden.’

    Wie zo kort na de militaire staatsgreep zulke boud geformuleerde adviezen krijgt voorgeschoteld, kan niet blijven volhouden dat men op het departement van Landbouw niet op de hoogte was van de aard van de onderdrukking, of van schendingen van de mensenrechten – zoals Zorreguieta deed in zijn verklaring aan het Nederlandse volk.