• Buro Jansen & Janssen is een onderzoeksburo dat politie, justitie, inlichtingendiensten, de overheid in Nederland en Europa kritisch volgt. Een grond-rechten kollektief dat al 30 jaar publiceert over uitbreiding van repressieve wetgeving, publiek-private samenwerking, bevoegdheden, overheids-optreden en andere staatsaangelegenheden.
    Buro Jansen & Janssen Postbus 10591, 1001EN Amsterdam, 020-6123202, 06-34339533, signal +31684065516, info@burojansen.nl (pgp)
    Steun Buro Jansen & Janssen. Word donateur, NL43 ASNB 0856 9868 52 of NL56 INGB 0000 6039 04 ten name van Stichting Res Publica, Postbus 11556, 1001 GN Amsterdam.
  • Publicaties

  • Migratie

  • Politieklachten

  • Politie registreert politiek engagement

    In toenemende verzamelt de politie informatie over actiegroepen op het gebied van milieu, antimilitarisme en andere maatschappelijke thema’s, alsmede van personen met betrekking tot hun politieke voorkeur, nationaliteit, etniciteit en andere niet relevante zaken vanwege afwezigheid van overtreding en misdrijf.

    De databank ISTER (islamistisch terrorisme) kwam in 2007 naar voren tijdens een evaluatie van de Raad van Hoofdcommissarissen ten aanzien van het politieoptreden rond de G8-top in Heiligendamm. Het werd toen duidelijk dat informatie betreffende protesten tegen de bijeenkomst van wereldleiders werden gelabeld als zijnde terroristisch.

    Een van de korpschefs van politieregio Brabant-Noord maakte zich daar druk over en vroeg zich af of het niet noodzakelijk was om ‘in dit soort situaties een afzonderlijk inwinplan met of zonder strategie’ op te stellen. Hij vond ook dat ‘olifanten van muggen’ moesten worden gescheiden.

    De G8-top in Heiligendamm vond juni 2007 plaats. De toenmalige plaatsvervangend korpschef van Brabant-Noord had echter kunnen besluiten de gegevens over demonstraties/acties rondom de G8 ook in de databank ‘Activisme/Extremisme en Interetnische incidenten’ onder te brengen. Deze databank was een jaar eerder, op 25 april 2006, aangemaakt.

    De opmerking van de plaatsvervangend korpschef maakt echter duidelijk dat de scheiding tussen ISTER en Activisme/Extremisme en Interetnische incidenten slechts kunstmatig is. Al het ideologisch handelen van burgers wordt gelabeld als terreur. Van mensen die meedoen aan legale protesten kunnen onder andere politieke kleur, nationaliteit, etniciteit, religie, beroep (werkhistorie), financiën en andere zaken worden vastgelegd, zo stelt het inwinplan ‘Activisme/Extremisme en Interetnische incidenten’.

    Madrid0311

    Naar aanleiding van de aanslagen van 11 maart 2004 in Madrid heeft de toenmalige landelijke eenheid van de politie, het Korps Landelijke Politiediensten (KLPD), op 18 maart 2004 een inwinplan plus een informatiestrategie opgesteld. ‘Op 17 maart is door de Raad van Hoofdcommissarissen aan de Nationaal informatie coördinator de opdracht gegeven om Landelijke informatie coördinatie (LIC) te starten’, vermeldt de informatiestrategie ‘Madrid0311’. ‘Het valt niet uit te sluiten dat met deze informatiestrategie een langdurige periode van informatie-inwinning start. Het is immers moeilijk te bepalen hoelang een terroristische dreiging blijft bestaan. Het bijgaande inwinplan is een eerste versie.’

    De eerste versie werd samengesteld door de Kmar, AIVD, Internationale Netwerken, UCTA, financiële criminaliteit, migratiecriminaliteit en diverse anderen. De uitgebreide inbreng in 2004 maakt duidelijk waar het brede terreurbeleid tien jaar later op gestaafd is. Madrid0311 laat zien waar de informatie van afkomstig is. Zoals van de agent op straat of achter het bureau, maar ook van de Koninklijke Marechaussee (Kmar). Verder dragen de ‘verstrekkingsregimes CIE/NCIE of RID/AIVD’ (de criminele inlichtingeneenheid en de regionale inlichtingendienst) informatie bij.

    Ook is er sprake van openbare informatie die wordt toegevoegd. ‘NRI (Dienst Nationale Recherche Informatie) bevraagt openbare (digitale) bronnen en politiebronnen die landelijk bevraagbaar zijn.’ Volgens de politie zijn er zeven rubrieken waar behoefte aan is. Bij het Inwinplan Activisme/Extremisme en Interetnische incidenten wordt gesteld dat het ‘expertisecentrum met informatie gevoed moet blijven’, alsof informatie een zelfstandige activiteit van de politie is geworden.

    De rubrieken bevatten normale politiezaken, zoals bedreiging van personen, objecten en diensten, aangiften en informatie rechercheonderzoeken. Deze rubrieken bevatten gangbare informatiestromen van de politie, zoals ‘meldingen van dreigingen’, aangiften ‘van diefstal of van vermissing van duikapparatuur, van diefstal of van vermissing van explosieven en of ontstekers, etc.’ en ‘lopende en afgesloten MRO-waardige rechercheonderzoeken’ (Melding Recherche Onderzoeken).

    Persoonsprofilering

    De rubriek ‘diversen inwinning’ echter is wat vager, niet zozeer de inhoud maar waar de beschikbare informatie van afkomstig is. ‘Het gaat hier om informatie die niet snel in bedrijfsprocessensystemen of politieregisters te vinden zal zijn met een zoekslag. Veeleer zou het kunnen gaan om informatie die door briefing en debriefing van medewerkers beschikbaar zou moeten komen’, wordt vermeld bij deze rubriek.

    Twee rubrieken blijken duidelijk te zijn gericht op profilering, namelijk persoonsprofiel en zoekslag bedrijfsprocessensystemen. Bij persoonsprofiel wordt vermeld dat ‘toenemende mate kennis van de eigenschappen van mensen die bij het voorbereiden en uitvoeren van aanslagen betrokken zijn. In het algemeen wordt gesproken van uitvoerders, wervers en organisatoren.’

    De politie heeft hiervan ook een profiel opgesteld: ‘Personen die geheel of grotendeels voldoen aan het volgende profiel’, met vijf kenmerken en drie sub kenmerken. Deze specifieke informatie werd geweigerd in de door Buro J&J gevoerde Wob-procedure, maar het is niet moeilijk om in de huidige tijd het profiel van de verdachte van een mogelijke aanslag te bedenken. Hoe accuraat dat profiel is, is onduidelijk. In rubriek 5, ‘zoekslag in bedrijfsprocessensystemen en politieregisters’, zijn de criteria terug gebracht naar twee.

    Rubriek twee heeft niets met profilering te maken, maar is het begin van ongericht zoeken naar informatie over evenementen. In het Inwinplan Madrid0311 wordt in rubriek 2 ‘Kalender openbare orde en activisme, informatie over het plaatsvinden van evenementen (bijv. feesten, houseparties, concerten, sportwedstrijden)’ nog wel een verwijzing naar het onderwerp van Madrid0311 vermeld, ‘waarbij er aanleiding kan ontstaan tot openbare-orde incidenten of waarbij zich in het verleden openbare-orde incidenten hebben voorgedaan.’ Bij het Inwinplan Activisme/Extremisme is daar geen sprake meer van.

    ISTER

    Madrid0311 was een generaal inwinplan, alle informatie gerelateerd aan terrorisme, activisme en extremisme werd erin opgeslagen, vermeldt de informatiestrategie van 25 april 2006. Alleen dierenrechtenactivisme had nog zijn eigen inwinplan, waarbij informatie werd ‘verzameld t.b.v. het expertisecentrum van het Klpd (UCTA).’ 25 oktober 2005 trad het inwinplan en de informatiestrategie ISTER in werking. Volgens het inwinplan Activisme/Extremisme en Interetnische incidenten ‘werd het onderwerp activisme /extremisme NIET benoemd’.

    Dit laatste is opmerkelijk aangezien de plaatsvervangende korpschef in 2007 beweerde dat alle inlichtingen ten aanzien van activiteiten tegen de G8-top werd opgenomen in databank ISTER. De informatiestrategie van 25 april 2006 vermeldt dat ‘in 2005 werd afgesproken om voor de verleende opdracht op het onderwerp activisme/extremisme een aparte informatiestrategie te maken’, het inwinplan Activisme/Extremisme en Interetnische incidenten. Hoe het een en ander op een grote hoop belandt, wordt duidelijk uit de laatste zin: ‘Met betrekking tot oude Opdrachten in het kader van Madrid0311 en dierenrechtenactivisme wordt op dit moment gewerkt aan een nieuwe informatiestrategie, zodat o.a. het expertisecentrum met informatie blijft gevoed.’

    De veronderstelling dat ISTER in de plaats zou zijn gekomen van Madrid0311 en dat dierenrechten in Activisme/Extremisme en Interetnische incidenten zou zijn opgenomen, is volstrekt onduidelijk. In hoeverre de verschillende inwinplannen naast elkaar fungeren is eveneens onduidelijk, hoewel de informatieverzameling rond de G8 wel doet vermoeden dat er allerlei parallelle databanken bestaan met waarschijnlijk één hoofddatabank in de vorm van ISTER.

    Op 25 oktober 2005 wordt de informatiestrategie ISTER 2005 gepresenteerd. De wachtcommandant DNRI stelt in de inleiding: ‘Na de aanslagen in Madrid is een inwinplan de regio’s ingegaan met het verzoek informatie te leveren die gerelateerd kan worden aan die incidenten. Dat leverde heel veel informatie op, waaronder ook veel informatie die niet (direct) te relateren is aan de aanslagen in Madrid. Mede daarom is verzocht een nieuw inwinplan op te stellen.’

    Dit nieuwe inwinplan ISTER 2005 heeft als onderwerp in ieder geval ‘islamistisch terrorisme’, maar andere onderwerpen zijn in de via Wob verkregen documenten zwart gemaakt, omdat dit inzicht zou bieden in de precieze tactische werkwijze van de politie. ISTER is niet alleen voor de politie, en daarmee automatisch ook inlichtingendiensten als de AIVD en MIVD, bestemd, maar ook voor andere diensten zoals de NCTV.

    Het doel van de databank zou zijn om ‘informatie met regio’s uit te wisselen, bovenregionale verbanden eruit te halen en deze terug te koppelen naar de regio’s en UCTA.’ Daarnaast wordt politie-informatie, zowel harde informatie (zoals aangiften, strafbare feiten en dergelijke) als zachte informatie (informanten, infiltranten of geruchten via CIE en RID kanalen), gebruikt ‘voor strategisch beleid op ministerieel niveau. Het NCTB fungeert hierbij als aanspreekpunt en heeft DNRI verzocht informatie te leveren voor de dreigingsbeelden terrorisme (per kwartaal een) en voor het nationaal alerteringssysteem (NAS).’

    Aanjager van beleid

    ISTER is dus naast een databank ook een aanjager van beleid, al lijkt het daarbij in oktober 2005 alleen te draaien om islamitisch terrorisme. Inwinplan ISTER 2005 bestaat uit vijf vragen. De eerste heeft betrekking op ‘radicalisering, rekrutering en voorbereidingen op een islamistisch terroristische aanslag.’

    Er wordt expliciet bij vermeld dat ‘het niet de bedoeling is dat alle mogelijke indicaties richting radicalisering, rekrutering en voorbereidingen op een islamistisch terroristische aanslag door worden gegeven, zoals het laten groeien van een baard, het dragen van een jurk, of juist het plotseling dragen van westerse kleren.’

    Dat het hier om islamitisch terrorisme draait, wordt onderstreept door vraag 4: ‘Meld de incidenten als in het bericht van dat incident een van de volgende woorden voorkomt.’ De lijst van negen woorden/zinnen is niet vrijgegeven door de overheid, op één zin na: ‘Radicalisering (in combinatie met islam, dus niet met bijv. extreem-rechts of -links).’ Vraag 4 sluit incidenten die een extreem-rechts of radicaal links karakter hebben uit. Daarom is het extra vreemd dat in 2007 activiteiten rondom de G8 onder ISTER werden geboekt.

    De drie overige vragen hebben betrekking op het melden van ‘incidenten, waarbij is geconstateerd dat bepaalde personen en/of objecten via observatie en/of foto- en video-opnamen worden vastgelegd (voorverkenningen)’, aldus vraag 2. Vraag 3 over de melding van ‘volgende delicten, wanneer bij het delict sprake is van een islamitische identiteit: ‘diefstal’, delicten vallend onder de Wet Wapens en Munitie en CBRN: diefstal/inbraak van goederen die gerelateerd zijn aan chemische, biologische, radiologische of nucleaire stoffen/bedrijven.’

    De laatste vraag betreft de locatie of de nutsvoorziening van de incidenten. ‘Informeer het NIK over alle mogelijk terroristische incidenten die te relateren zijn aan de volgende sectoren: Rotterdam-Rijnmond, Schiphol, Spoor, Drinkwatervoorziening, Energievoorziening, Elektriciteit, Gasvoorziening en Nucleaire installaties.’

    September 2008 werd een aanvulling op het inwinplan ISTER uitgebracht. De politie koppelde dit aan een dreigingsbeeldanalyse van de NCTV: ‘Het verschijnen van het Dreigingsbeeld Terrorisme Nederland (DTN), nummer 14 is voor het Nationaal Informatie Knooppunt (NIK) aanleiding om het, sinds 2005 van kracht zijnde, inwinplan ISTER te actualiseren.’

    De aanvulling is geen vervanging van het inwinplan uit 2005, eerder een toevoeging. Een groot deel ervan is niet openbaar. De aanvulling gaat over de automatisering van informatie uitwisseling via BlueView, aandachtspunten zoals incidenten en calamiteiten en andere zaken, inhoudelijke aspecten ten aanzien van organisatievormen, etnische groeperingen en facilitaire processen/modus operandi. Ten aanzien van dit laatste punt werd een ‘Geheim Politie’ rapport ‘Facilitaire Processen van Islamistisch Terrorisme’ opgesteld dat nog niet bezit is van Buro Jansen & Janssen.

    In hoofdstuk etnische groeperingen is een groot deel weg gelakt, maar het derde lijstje waar de politie alert op moet zijn is volledig vrijgegeven. De politie moet letten op ‘personen van bovenstaande afkomst of nationaliteit in relatie tot collecteren, of die in bezit van grote sommen contant geld, die tekenen van radicalisering vertonen, die trainingsactiviteiten ondernemen en die die (willen) uitreizen naar Pakistan.’ Waar die ‘tekenen van radicalisering’ uit bestaan, wordt niet verduidelijkt. Dit geldt ook voor de genoemde trainingsactiviteiten en of uitreizen enkel op luchthavens betrekking heeft.

    In de aanvulling wordt met geen woord gerept over de eerdere kritiek van de plaatsvervangend korpschef van Brabant-Noord. Het is dus onduidelijk of ISTER nog steeds gebruikt wordt voor het in de gaten houden van buiten parlementair protest. Het inwinplan ISTER 2005 en de grotendeels geheim gehouden aanvulling van 2008 wekken de indruk dat het vooral om inlichtingen ten aanzien van radicale moslims gaat. Of dat echt zo is, valt niet op te maken daar diverse delen van de tekst zijn gecensureerd.

    Parallelle structuur

    ISTER 2005 volgde op Madrid0311. Tussen beide informatiestrategieën zit een interessant verschil. ISTER noemt als bronnen voor de inlichtingen: ‘CIE-bronnen, informatie uit lopende GVO’s (gerechtelijk vooronderzoeken), Buurtregisseurs of wijkagenten worden verzocht gefundeerde signalen te registreren en andere bronnen.’ Bij de informatiestrategie ISTER wordt in 2008 expliciet de NCTV genoemd, maar niet de AIVD of de regionale diensten, de RID’s.

    Dat is opmerkelijk want bij de informatiestrategie van Madrid0311 draaide het om ‘verstrekkingsregimes CIE/NCIE, of RID/AIVD.’ Naast de RID’s werd ook expliciet de AIVD genoemd. Is er sprake van parallelle structuren? Wordt ISTER soms door de politie gebruikt om haar inlichtingenpositie te verstevigen ten koste van de inlichtingendiensten? Is dat ook de reden waarom de politie zo tegen de NCTV aanschurkt?

    Je zou verwachten dat ISTER als databank de CT-infobox (Contraterrorisme Infobox) voedt om de juiste inlichtingen op de plek samen te brengen, daar waar de belangrijke beslissingen tussen politie, inlichtingendiensten en ambtenaren worden genomen. De CT-Infobox komt echter in zowel ISTER 2005 als de aanvulling van 2008 niet voor, net zomin als informatie-uitwisseling met de inlichtingendienst. Nu zou het kunnen zijn dat er een nieuw inwinplan met betrekking tot islamitisch terrorisme en/of activisme/extremisme is opgesteld, maar dat zou dan pas in de afgelopen twee à drie jaar moeten zijn gebeurd, gelet op het tijdstip dat de stukken bij J&J binnen zijn komen druppelen.

    Terug naar 2007 en het feit dat activisten in een terreur- databank zijn gestopt. In het artikel ‘Linkse activist krijgt van politie stempel ‘terrorist’, zie elders in deze nieuwsbrief, wordt het verhaal beschreven van een demonstrant die na zijn arrestatie plots ingedeeld werd in databank doelgroep monitoring terreur. Nu kan hier sprake zijn van een persoonlijke vete tussen politieagenten en de betreffende persoon, maar gezien de uitvoerige briefwisseling tussen de politie Amsterdam met hem lijkt het symptomatisch.

    Wat heeft dit nu met de verhoudingen tussen de inlichtingendiensten en de politie te maken, hoor ik u denken? Dat zullen we u uitleggen. De bronnenlijst van het inwinplan Activisme/Extremisme en Interetnische incidenten bevat hetzelfde rijtje als die van ISTER 2005: ‘CIE-bronnen, informatie uit lopende GVO’s (gerechtelijk vooronderzoeken), Buurtregisseurs of wijkagenten worden verzocht gefundeerde signalen te registreren en andere bronnen.’ Aan het activistische inwinplan is de RID toegevoegd: ‘Is er bij de Regionale Inlichtingendiensten beschikbare informatie aanwezig?’

    Of dat dan ook de reden is voor het fungeren van ISTER als centrale hoofddatabank is niet duidelijk. De CT-Infobox functioneerde geruime tijd niet. Op dit moment wordt de box opnieuw geëvalueerd. Of die evaluaties iets veranderen aan de gescheiden informatiestromen is te betwijfelen, maar van minder belang. Vraag is of er ook onderzoek volgt naar het oneigenlijke gebruik van zowel de ISTER databank als de Activisme/Extremisme en Interetnische incidenten databank. Want in vergelijking met Madrid0311 en ISTER is de Activisme/Extremisme databank duidelijk een inlichtingen activiteit van een politieke politie.

    Politiek gemotiveerde vragen

    Wat bij het inwinplan Activisme/Extremisme opvalt, is de bijlage met ‘specifieke vragen voor vraag 1 en 2 om niet alleen het incident maar ook informatie rondom het incident te melden.’ In de vragenlijst worden zaken vermeld als beschrijving van het incident, datum, tijd, of er aangifte is gedaan etc. Diverse zaken die bij gewoon politiewerk horen.

    De bijlagelijst bevat echter ook duidelijk politiek gemotiveerde vragen over politieke kleur (politiek geëngageerd), nationaliteit, etniciteit, religie, beroep (werkhistorie), financiën en andere zaken. Zelfs bij een overtreding of strafbaar feit zijn dit zaken die de overheid en de politie niets aangaan. Wat je stemt bij verkiezingen is daarom ook geheim, maar er zijn ook grondwettelijke rechten op vereniging en vergadering, organisatie, manifestatie, op politiek engagement en andere buitenparlementaire activiteiten; kortom, de basis van de rechtsstaat.

    Waarom moet de politie dat weten? Het politieapparaat zou kunnen verwijzen naar islamitisch terrorisme, maar daar is een speciaal inwinplan voor. Zowel Madrid0311 als ISTER zijn niet zo politiek gekleurd als inwinplan Activisme/Extremisme. Naast de bijlage met vragen over het leven van iemand bij een ‘incident’, worden er tevens twee vragen vermeld met betrekking tot activisme en extremisme. De eerste handelt over de informatiebehoefte m.b.t. incidenten en strafbare feiten, de tweede over ‘incidenten welke gerelateerd kunnen worden aan (gewelddadige) interetnische incidenten (racistisch geweld).’

    Dat er informatie wordt verzameld over gewelddadige en racistische incidenten is logisch, vraag is wel of die in een informatiestrategie terecht moeten komen aangezien de politie geen inlichtingendienst is maar een opsporingsdienst. Die vraag wordt belangrijker als gekeken wordt naar de niet-gewelddadige en niet-racistische incidenten. Gewelddadig en racistisch geweld staan beiden tussen aanhalingstekens in het inwinplan. Dat laatste roept de vraag op of niet-strafbare feiten wel zouden moeten worden verzameld door de politie. Als er geen overtreding of strafbaar feit wordt begaan, begeeft de politie zich dan niet op het terrein van de geheime diensten?

    Politieke politie

    Dat de politie zich op het pad van de geheime dienst begeeft, wordt zichtbaar bij informatiebehoefte vraag 1. Eerst volgt een opsomming ‘bewegingen’ waar incidenten over worden vastgelegd. Het rijtje omvat antiglobalisme (G8), antimilitarisme, milieubeweging, anti-kernenergie, dierenrechtenactivisme, anarchisme (antipolitieke acties), antifascisme en rechts-extremisme. Wie het rijtje bekijkt zal vaststellen dat organisaties als Milieudefensie, Greenpeace, Natuur & Milieu en andere niet gouvernementele organisaties op gelijke voet staan met clubs zoals Groenfront!, allen maken onderdeel uit van de milieubeweging.

    De politie verzamelt van die groepen informatie in het kader van inwinplan Activisme/Extremisme en Interetnische Incidenten en wel over de volgende gebeurtenissen: ‘Legaal protest (demonstraties) in de vorm van ludieke acties, niet-gewelddadige burgerlijke ongehoorzaamheid zoals blokkades, vastketenen, etc., strafbare (gewelddadige) gedragingen welke onder een vorm van activisme/extremisme geschaard kunnen worden, bedreigingen van personen en bedrijven met activistisch oogmerk, bezettingen van bedrijven met activistisch oogmerk, branden en of vernielingen met activistisch oogmerk en over actiegroepen.’

    Zie hier de politieke politie. Het gaat niet langer om strafbare feiten zoals brandstichting, vernieling, bedreiging of anders, ook niet om overtredingen zoals bezettingen en blokkades, nee de politie speurt naar mensen die gebruik maken van hun grondwettelijk recht om legaal te protesteren (demonstraties), ludieke acties en niet-gewelddadige burgerlijke ongehoorzaamheid.

    De politie laat het daar niet bij. In haar rol als geheime politie verzamelt zij ook informatie over actiegroepen. Hoeveel is onduidelijk, maar het NIK geeft aan dat het ‘dagelijks een grote hoeveelheid berichten te verwerken van meer dan dertig partners en vanuit verschillende inwinplannen. Verder ontvangt het NIK dagelijks een grote hoeveelheid berichten uit de regio.’ Over activisme wordt verzocht ‘uw e-mails te voorzien van de volgende onderwerp regel te voorzien: INWINPLAN Activisme/extremisme: dd-mm-jjjj/ regiocode.’

    SitRap

    Waar die politieke politie dan over bericht, laten enkele situatierapportages ons zien. Situatierapportages (SitRap) die niet alleen binnen de politie worden gedeeld maar ook met allerlei andere diensten zoals Regionale Informatie Coördinatoren, Diensthoofden KLPD, Korpsleiding KLPD, AIVD, MIVD, EBB, FIOD-ECD, SIOD, VROM, AID, KIC, Landelijk parket Terreur Officier van Justitie en Landelijk parket Informatie Officier van Justitie. Moet een bommelding met VROM of SIOD worden gedeeld als die Buitengewone Opsporingsdiensten daar niets mee te maken hebben? Het verspreidingsbeleid roept al vragen op, afgezien van de onveiligheid over de verspreiding van data naar zoveel instanties.

    De Situatierapportages geven geen uitsluitsel over welke databank ze onder vallen; Madrid0311, ISTER, Activisme/Extremisme of een ander. De politie stigmatiseert demonstranten, en mensen die protesteren tegen de G8 in het bijzonder, meteen in een paragraaf over procedures of informatie. ‘Deze conferenties zijn regelmatig doelwit van gewelddadige demonstraties door allerlei actiegroepen die in de hoek van het antiglobalisme gezocht moeten worden.’ Dit lijkt een legitimatie voor het vastleggen van informatie over allerlei demonstraties, de politie noemt het eufemistisch legale demonstraties.

    SitRap #337 [18-05-07] beschrijft de Euromarsen, een demonstratie van werklozen die naar de G8-top in Heiligendamm leidde en een demonstratie bij het Duitse consulaat in Amsterdam. Beide betogingen verliepen zonder overtredingen en de beschrijvingen lijken op inlichtingenrapportages, maar dit zijn politie beschrijvingen. Demonstraties worden in één adem genoemd met een partij illegale wapens, alsof de wapens door de werklozen gebruikt zouden worden.

    SitRap #542 [21-01-10] verhaalt eerst over de arrestatie van een verdachte van het versturen van poederbrieven. Daarna volgt een agenda van personen die protesteren tegen allerlei verschillende zaken. Een ondersteuningsactie voor een gedagvaarde activist bij de rechtbank, een burgerinitiatief tegen experimenten met honden en katten, een dierenrechten informatietour en een overzicht van overvallen in Nederland.

    Inlichtingen verzamelen over burgers die gebruik maken van hun grondwettelijke rechten als onderdeel van criminaliteitsbestrijding. De logica van de ideologische misdaad is al diep doorgedrongen in het politieapparaat. SitRap #546 bevat opnieuw een zogenoemde evenementenlijst met onderwerpen als een flyeractie tegen bont in Hengelo, een demonstratie tegen de plannen betreffende opslag van CO2 en kernafval in Annen, een islamitische conferentie in Helmond en andere uitingen van de vrijheid van meningsuiting en het recht op manifestatie en vergadering.

    Afloopberichten

    In SitRap #550 wordt een demonstratie tegen racisme in Maastricht vermeld, alsmede een Koerdische demonstratie in Den Haag, een kerk- en gemeentebeurs, een veganistisch diner ter ondersteuning van verschillende gevangenen en een demonstratie ‘onderwijs voor iedereen’. Hoeveel extra data de politieke politie verzamelt, wordt duidelijk met het bekijken van de ‘afloop berichten’.

    Op 27 februari 2010 demonstreerden 16 krakers in Leiden, de politie heeft ze geteld. Mogelijk dat ook hun namen, gezichten en rugnummers zijn vastgelegd, daar biedt deze SitRap geen duidelijkheid over. Op 11 februari 2010 demonstreerden 250 tot 300 personen tegen het bewind in Iran. Er volgen nog diverse andere ‘afloop berichten’ waarbij het onderscheid tussen inlichtingenwerk van geheime dienst en opsporing niet langer bestaat.

    SitRap #558 [12-05-10] laat wederom een beeld zien van het in de gaten houden van burgers die gebruik maken van hun grondwettelijke rechten: Flyeracties in diverse steden, demonstraties in Den Haag en Amsterdam, een stemming in de Eerste Kamer, manifestaties en andere activiteiten van politiek betrokken burgers.

    Centrale vraag is of het hier nog gaat om het handhaven van de openbare orde of dat de politie zich lang en breed op het terrein van inlichtingendiensten begeeft. Wie de evenementenlijst doorloopt, ziet dat nergens wordt vermeld dat een of andere inlichtingendienst aanwijzingen heeft dat er ordeverstoringen plaats zullen gaan vinden. Naast de volksgezondheid, en in mindere mate verkeershinder (enige hinder mag het verkeer ondervinden, maar bij gevaarlijke situaties kan de overheid een protest verbieden), is bestrijding of voorkoming van wanordelijkheden eigenlijk de belangrijkste reden om een demonstratie te verbieden of in de gaten te houden.

    Uit de verslagen blijkt dat er niets aan de hand is. Waarom legt de politie dan een inlichtingendossier aan? Als je ook nog eens bedenkt dat de politie informatie over actiegroepen verzamelt op het gebied van milieu, antimilitarisme en andere maatschappelijke thema’s, alsmede van personen met betrekking tot hun politieke voorkeur (politiek geëngageerd), nationaliteit, etniciteit, religie, beroep (werkhistorie), financiën en andere niet relevante zaken vanwege afwezigheid van overtreding en misdrijf, ziet databanken ontstaan boordevol gegevens van politiek actieve burgers. Zie hier de politieregistratie van politiek engagement: Inwinplan activisme/extremisme, politieke politie.
    artikel als pdf
    Politieke politie in Nederland
    Verenigde politie van Europa
    inwinplan Madrid 0311
    informatiestrategie Madrid 0311
    Inwinplan Ister 2005
    informatiestrategie Ister 2005
    aanvulling ister 2008
    informatie strategie activisme extremisme
    inwinplan activisme extremisme
    inwinplan film Wilders
    informatie strategie film Wilders
    inwinplan film Jami
    informatiestrategie film Jami
    sitrap 337
    sitrap 542
    sitrap 546
    sitrap 550
    sitrap 558