• Buro Jansen & Janssen is een onderzoeksburo dat politie, justitie, inlichtingendiensten, de overheid in Nederland en Europa kritisch volgt. Een grond-rechten kollektief dat al 30 jaar publiceert over uitbreiding van repressieve wetgeving, publiek-private samenwerking, bevoegdheden, overheids-optreden en andere staatsaangelegenheden.
    Buro Jansen & Janssen Postbus 10591, 1001EN Amsterdam, 020-6123202, 06-34339533, signal +31684065516, info@burojansen.nl (pgp)
    Steun Buro Jansen & Janssen. Word donateur, NL43 ASNB 0856 9868 52 of NL56 INGB 0000 6039 04 ten name van Stichting Res Publica, Postbus 11556, 1001 GN Amsterdam.
  • Publicaties

  • Migratie

  • Politieklachten

  • profiel vreemdelingen in detentie: Jusititie Spasme

    Vreemdelingendetentie is een wonderlijk iets. Het wordt gepresenteerd als een bestuurlijke maatregel, alsof het acceptabel is om mensen die niets misdaan hebben op te sluiten. Het klinkt bijna klinisch, maar helaas is een bestuursrechtelijke straf vaak erger dan een strafrechtelijke. Beroepsmogelijkheden, uitgebreide rechterlijke toetsing en andere rechten van verdachten zijn in de loop der jaren meer en meer uitgehold.

    De profielschetsen 2008 en 2010 zijn in dat licht opmerkelijk te noemen. Opmerkelijk omdat het ministerie van Justitie, tegenwoordig Veiligheid en Justitie, de rapportages niet openbaar maakt en omdat de mensen in vreemdelingendetentie eigenlijk nette mensen zijn. Deze mensen worden echter zwaar gestraft, zowel fysiek door opsluiting, ongewenst verklaring en andere beperkingen, maar ook door de stigmatisering als zijnde criminele vreemdelingen.

    De profielschetsen over mensen in vreemdelingenbewaring zijn verre van volledig en vertonen veel ongerijmdheden. Zo is er onduidelijkheid over het verschil tussen strafrechtelijk gezeten hebben en het strafrechtelijk verleden. Waar bestonden de strafrechtelijke staandehoudingen uit en hoeveel van die aanhoudingen waren in wezen verkapte identiteitscontroles? Waarom ontbreken de nationaliteiten en absolute aantallen bij de ongewenst verklaarden? Waarom wordt niet aangegeven hoeveel mensen twee, drie of vier keer in de fout zijn gegaan? Waarom bevatten de schetsen geen overzicht van mensen die één keer in de fout zijn gegaan en gegevens m.b.t. de lengte van de strafrechtelijke straf?

    En hoe zit het met de rechtmatigheid van de vele staandehoudingen, vooral dan de strafrechtelijke die worden omschreven als een verdenking van een strafbaar feit. Hoe zit het met de toetsing, met de controle en het toezicht op het gebruik van bijvoorbeeld de WUID, maar ook de vage term ‘redelijk vermoeden van illegaal’ verblijf. Naast de aanhoudingen roepen de ongewenst verklaringen vragen op over de inzet van een dusdanig zwaar middel. Dit sluit aan bij de vraag of er wel wordt gezocht naar lichtere middelen zoals in de profielschetsen wordt aangegeven.

    Ook de lengtes van de bestuursrechtelijke straffen die daarop volgden, worden niet vermeld. Cijfers over de lengte van de vreemdelingendetentie van mensen die vaker werden opgesloten voor het niet bezitten van verblijfspapieren worden niet gepresenteerd. De lijst van niet-correcte, ontbrekende en niet volledige gegevens is lang.

    Desondanks zijn de profielschetsen van grote waarde, zowel vanwege de gepresenteerde gegevens als de vragen die ze oproepen. De schetsen maken duidelijk dat slechts een kleine groep vreemdelingen in de fout is gegaan, hoewel aard en ernst daarvan niet duidelijk zijn weergegeven. Het grootste deel van de vreemdelingen met een strafrechtelijk verleden blijkt te hebben gestolen.

    Deze tendens komt overeen met de verwachting. Mensen in de verdrukking die op allerlei manieren worden uitgesloten, bevinden zich in een penibele situatie, diefstal lijkt dan onvermijdelijk. Lijkt onvermijdelijk, omdat het opvallend is hoe weinig vreemdelingen in de fout gaan. Spreken over criminele vreemdelingen is duidelijk ongepast.

    De schetsen geven een tendens weer, maar lijken de vreemdelingen te willen stigmatiseren door de formulering van de samenvatting, de presentatie van de belangrijkste gegevens en de wijze van volgorde. Van duidelijke waarheidsvinding lijkt geen sprake, al is dat op veel terreinen van het ministerie gangbaar. Bij de aantallen kinderen en jongeren is het extra opvallend dat het zicht op de opgesloten kinderen niet aanwezig is.

    Vreemdelingendetentie zou een ultimum remedium zijn, maar lijkt eerder een standaardmiddel dan een maatregel die wordt ingezet zodra alle gangbare middelen zijn uitgeput. Justitie lijkt in het algemeen zwaar in te zetten: eerst handelen en dan maar zien of mensen protesteren of dat de rechter kritiek uit. Bij vreemdelingendetentie blijft dit vaak uit. Los van de mensen en burgerrechtelijke vragen die dit soort handelen oproept, laten de profielschetsen zien dat er slechts een beperkte rechtsstatelijke interesse is bij justitie.

    De rapportages schreeuwen om onderzoek naar de rechtmatigheid van allerlei overheidshandelingen, maar de houding lijkt eerder op business as usual, we doen het al jaren zo. Het is dan ook tekenend dat de profielschetsen in eerste instantie niet werden vrijgegeven, en vervolgens na een ingebrekestelling wel. Erg transparant is het justitiebeleid niet, net als de rapportages zelf.

     
    artikel als pdf
    het onderzoek
    profielschets 2008
    profielschets 2010