4. ACCOUNTANCY

4.1. Kerngegevens

4.1.1. De accountant als vertrouwenspersoon van onderneming en publiek

De accountant stelt de betrouwbaarheid van financile gegevens vast. Deze controlerende taak kan hij uitoefenen in dienst van een bedrijf ten behoeve van dit bedrijf (interne accountant), als accountant-administratieconsulent of als openbaar accountant, veelal in dienst van een van de accountantskantoren. In deze laatste functie heeft hij de exclusieve bevoegdheid de jaarrekening van een onderneming van een verklaring te voorzien, die gebruikt mag worden in het maatschappelijke verkeer. Dit houdt in dat derden op de betrouwbaarheid van deze verklaring af moeten kunnen gaan en dat derhalve hoge eisen worden gesteld aan de onafhankelijkheid van de openbaar accountant.

Naast de controlerende taak van de accountant kan een belangrijk deel van de werkzaamheden bestaan uit advisering op belasting-, administratief en managementsgebied. In deze positie als adviseur en controleur ten behoeve van de onderneming heeft hij een vertrouwensrelatie met zijn opdrachtgevers. De geheimhoudingsplicht is hiervan een uitvloeisel, ofschoon de accountant zich niet kan beroepen op een wettelijk erkend verschoningsrecht. Noot

4.1.2. Taak en werkzaamheden

De bekendste taak van de accountant en ook n van de belangrijkste is het controleren van de jaarrekening van een onderneming, bedrijf, vereniging of andere rechtspersoon. Alleen de openbaar accountant - veelal is dit een registeraccountant (RA) - is hier toe bevoegd. Dit wil zeggen dat de accountant zelfstandig werkzaam is en onafhankelijk is van degene die hij controleert. Doel van de accountantscontrole is het geven van een oordeel over de betrouwbaarheid en toereikendheid van de posten in de jaarrekening. Er kan een verklaring van goedkeuring worden afgeven, een oordeelonthouding, een verklaring met beperking en tot slot een verklaring van afkeuring. Met betrekking tot deze verslaggeving kunnen behalve de clint ook andere belanghebbenden partij zijn. Hieronder zijn te verstaan de aandeelhouders, mogelijke toekomstige aandeelhouders, werknemers, leveranciers, financile instellingen en overheidsorganen. In deze zin wordt wel gesproken van de accountant als vertrouwensman van het maatschappelijke verkeer.

Voor rechtspersonen bestaat er een publikatieplicht om onder andere een jaarverslag en een jaarrekening te deponeren bij het Handelsregister. Deze gegevens geven inzicht in de financile positie van de rechtspersoon en zijn openbaar. Bij middelgrote en grote rechtspersonen is door de overheid een accountantscontrole van deze gegevens verplicht gesteld. De Wet op de Jaarrekening geeft de openbaar accountant het alleenrecht op de controle van de jaarrekeningen, inclusief die van financile instellingen. Niet alleen de overheid, ook aandeelhouders, commissarissen, subsidiegevers of beleggers kunnen de onderneming verplichten een deskundige van buitenaf opdracht te geven tot controle van de jaarrekeningen. Voor deze groepen vormt de accountantsverklaring een belangrijk informatiemiddel bij het verkrijgen van inzicht in de vermogenspositie en de resultaten van de onderneming of instelling. In toenemende mate treedt de openbaar, controlerende accountant ook op als adviseur op administratief en financieel terrein. Vaak gebeurt dit op verzoek van de bedrijfsleiding die behoefte heeft aan specifieke deskundigheid van buitenaf.

Naast de openbaar accountant valt de interne accountant te onderscheiden. Deze dient in de eerste plaats de belangen van de onderneming waar hij werkzaam is. Hier vervult hij een controlerende of adviserende en beleidsondersteunende rol. Als controleur kan hij eveneens een verklaring geven bij de jaarrekening, maar vanwege zijn dienstverband bij de onderneming mag deze niet aan het publiek bekend gemaakt worden. Hierin ligt een belangrijk verschil met de openbaar accountant.

Tot slot valt hier te noemen de werkzaamheden van de accountant-administratieconsulent (AA). De AA is van oudsher meer gericht geweest op dienstverlening aan het midden- en kleinbedrijf. Administratieve dienstverlening nam hierbij een belangrijke plaats in, maar de laatste jaren is een verschuiving te zien naar controle en advisering. Sinds 1992 kunnen ook de AA's de bevoegdheid krijgen tot certificering van de jaarrekening. Verklaringen die voorheen enkel gebruikt konden worden in de beperkte kring van bedrijfsleiding en bijvoorbeeld banken, kunnen dan ook ten behoeve van het maatschappelijk verkeer worden afgegeven.

4.1.3. De organisatie

De accountancy als beroepsgroep heeft deze eeuw een zeer grote vlucht gemaakt en telt thans naar schatting meer dan 11.000 actieve leden. Binnen de beroepsgroep zijn twee verschillende beroepsorganisaties te onderscheiden. De RA's hebben zich verenigd in het Nederlands Instituut voor Registeraccountants (NIVRA) en de AA's in de Nederlandse Orde voor

Accountants-administratieconsulenten (NOvAA). Beide organisaties treden zelfregulerend op, stellen eisen aan de kwaliteit van de beroepsuitoefening en behartigen de belangen van hun leden. Sinds 10 september 1993 kent men een gezamenlijke tuchtrechtspraak met gelijkluidende gedrags- en beroepsregels. Er is sprake van een duidelijk toenadering. Het NIVRA telde per november 1995 8.000 actieve leden. Deze leden hebben een interne NIVRA-opleiding of een universitaire opleiding gevolgd met een part-time postdoctoraal programma, aangevuld met enige jaren praktijkervaring. Inschrijving in het register verleent de accountant het recht de wettelijk beschermde titel van RA te voeren.

De NOvAA telde per november 1995 4.000 actieve leden. Sinds 1992 heeft het beroep van AA een wettelijk kader gekregen, met als belangrijkste consequentie dat de NOvAA een publiekrechtelijke organisatie is geworden en dat de AA die een daartoe verplicht examen heeft afgelegd, de bevoegdheid tot certificering van de jaarrekening krijgt. Alle certificeringsbevoegde AA's zijn ingeschreven in het register voor AA's en hebben daarmee dezelfde status gekregen als de RA's.

Van de AA's is ongeveer 75% werkzaam als zelfstandig accountant of in dienst bij een accountantskantoor. Hierbij dient opgemerkt te worden dat van deze AA's (nog) niet iedereen de bevoegdheid heeft tot certificering van de jaarrekening. Van de RA's werkt ongeveer de helft als openbaar accountant (Van Schaik 1993; NIVRA-Jaarverslag 1993/1994). Een ander deel is werkzaam als intern accountant of als accountant bij de overheid.

Er is binnen de beroepsgroep een toenemende commercialisering en uitbreiding van de dienstverlening waar te nemen, waarbij op kantoorniveau intensief wordt samengewerkt met fiscalisten en organisatie-adviseurs. In de jaren zeventig en tachtig heeft, mede als gevolg van uitbreiding van het takenpakket, een fusiegolf en concentratie plaatsgevonden. Thans is meer dan de helft van de openbaar RA's in dienst bij een van de vijf grote accountancykantoren waar meer dan 100 RA's werken (NIVRA-jaarverslag 1993/9194, p. 30).


vorige         volgende         inhoudsopgave en zoeken