BIBLIOGRAFIE

Abadinsky, H., The Criminal Elite; Professional and Organized Crime, Greenwood Press, Westport, Connecticut, 1983.
Abadinsky, H., Organized Crime, Nelson Hall, Chicago, 1990.
Adviescommissie Mensenrechten, Mensenhandel, Den Haag, 1992.
Albanese, J., Where Organized Crime and White Collar Crime Meet; Predicting the Infiltration of Legitimate Business (paper presented at the Annual Meeting of the American Society of Criminology, Miami, november 1994).

Albini, J.L., The Mafia and The Devil: What They Have in Common, in Journal of Contemporary Criminal Justice, jaargang 9, 1993, p. 240-250.
Amir, M., Organized Crime and Violence, in Studies on Crime and Crime Prevention, jaargang 4, 1995, p. 86-104.
Anderson, M., The United Kingdom and Organised Crime - The International Dimension, in European Journal of Crime, Criminal Law and Criminal Justice, jaargang 1, 1993, p. 292-308. Anechiarico, F., Beyond Bribery: The Political Influence of Organized Crime in New York City, in C. Fijnaut en J. Jacobs (eds.), Organized Crime and Its Containment;A Transatlantic Initiative, Kluwer Law and Taxation, Deventer, 1991, p. 87-100.

Aniskiewicz, R., Metatheoretical Issues in the Study of Organized Crime, in Journal of Contemporary Criminal Justice, jaargang 10, 1994, p. 314-324.
Arlacchi, P., Leven in de mafia; Het verhaal van Antonio Calderone, Nijgh & Van Ditmar, Amsterdam, 1993. Assemble Nationale, Rapport de la Commission d'Enqute sur les moyens de lutter contre les tentatives de pntration de la mafia en France, Paris, 1993.

Bandini, T. c.s., La criminalit organizzata; Moderne metodologie di ricerca e nuove ipotesi esplicative, Dott. A. Giuffr Editore, Milano, 1993.
Beetstra, T.A., C.D.C.J. van Mourik, J.M. Neefe en A.E.M. de Ridder, De sociale constructie van georganiseerde criminaliteit in Nederland, in M. Moerings, (eindred.), Hoe punitief is Nederland?, Gouda Quint, Arnhem, 1994, p. 237-252.

Bell, D., The End of Ideology, Free Press, New York, 1960.
Berghuis, A.C., P.C. van Duyne en J.J.A. Essers, Effecten van de Wet Ketenaansprakelijkheid op malafiditeit, Staatsuitgeverij, 's-Gravenhage, 1985.
Berghuis, A.C. en L.K. de Jonge, Moord en doodslag in 1989 en 1992, in Tijdschrift voor Criminologie, jaargang 35, 1993, p. 55-62.
Berghuis, A.C. en G. Paulides, Misbruik van BV's; Een empirisch onderzoek, Staatsuitgeverij, 's-Gravenhage, 1983.
Bersten, M., Defining Organised Crime in Australia and the USA, in Australian Journal of Criminology, jaargang 23, 1990, p. 39-59.
Bestrijding, De, van vuurwapencriminaliteit op de korrel genomen, 's-Gravenhage, Recherche Advies Commissie , 1991.
Blaauw, J.A., De bestrijding van de georganiseerde criminaliteit in Nederland, in Algemeen Politieblad, jaargang 123, 1974, p. 227-236.
Blaauw, J.A., Bestrijding handel in verdovende middelen: een hopeloze zaak?, in Algemeen Politieblad, jaargang 129, 1980, p. 171-181.
Block, A.A., Perspectives on Organizing Crime; Essays in Opposition, Kluwer Academic Publishers, Dordrecht, 1991.
Block, A.A., History and the Study of Organized Crime, in A.A. Block, Space, Time & Organized Crime, Transaction, New Brunswick, 1994a, p. 3-20.
Block, A.A., Organized Crime: History and Historiography, in A.A. Block, Space, Time & Organized Crime, Transaction, New Brunswick, 1994b, p. 21-50.
Block, A.A. en W.J. Chambliss, Organizing Crime, Elsevier, New York, 1981.

Boer, M. de, Vrouwenhandel:
beleid in beeld; Eindrapport Evaluatie van de PG-richtlijnen voor de opsporing en vervolging van vrouwenhandel, Willem Pompe Instituut voor Strafrechtswetenschappen, Utrecht, 1994.
Boerman, J., Georganiseerde misdaad in de horeca?, Vakgroep Criminologie, Vrije Universiteit, Amsterdam, 1994
Bovenkerk, F., Hedendaags kwaad; Criminologische opstellen, Meulenhoff, Amsterdam, 1992. Bovenkerk, F. en E. Derksen, Beschermings-industrie en het caf-bedrijf in de binnenstad van Utrecht, in Nederlands Juristenblad, jaargang 69, 1994, p. 457-464.

Bruinsma, G.J.N., Methodologie en de persoon van de onderzoeker, in G.J.N. Bruinsma en M.A. Zwanenburg (red.), Methodologie voor bestuurskundigen, Coutinho, Muiderberg, 1992, p. 104-117. Bruinsma, G.J.N., Georganiseerde criminaliteit: mythe van de media?, in Delikt & Delinkwent, jaargang 23, 1993, p. 833-838.

Buijs, H.W.J. en A.M. Verbraken, Vrouwenhandel; Omvang en de kanalen waarlangs vrouwenhandel naar Nederland plaatsvindt, Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, 's-Gravenhage, 1985. Bundeskriminalamt, Lagebild Organisierte Kriminalitt Bundesrepublik Deutschland 1994, Wiesbaden, 1995. Bunt, H.G. van de, Organisatiecriminaliteit, Gouda Quint, Arnhem, 1992. Bunt, H.G. van de, Redactioneel, in Tijdschrift voor Criminologie, jaargang 35, 1993, p. 201-202. Bynum, T.S., Controversies in the Study of Organized crime, in T.S. Bynum (ed.), Organized Crime in America: Concepts and Controversies, Willow Tree, Monsey, New York, 1987, p. 3-11. Cartner, D.C., International Organized Crime: Emerging Trends in Entrepreneurial Crime, in Journal of Contemporary Criminal Justice, jaargang 10, 1944, p. 239-266.

Carter, D.L., Growth of Organized Crime and Violence in Western Europe: A Forecast, FBI-Academy, Quantico, s.d.
Centrale Recherche Informatiedienst, Jaarverslag 1993, Zoetermeer, 1994. Chambliss, W.J., On the Paucity of Original Research on Organized Crime: A Footnote to Calliher and Cain, in American Sociologist, jaargang 10, 1975, p. 36-39.

Cordinatiestructuur aanpak zware, georganiseerde criminaliteit, Ministerie van Justitie en Ministerie van Binnenlandse Zaken, 's-Gravenhage, 1993.
Corns, Ch., Inter-agency Relations: Some Hidden Obstacles to Combating Organised Crime, in Australian Journal of Criminology, jaargang 25, 1992, p. 169-185.
Corten, I.W., Groot deel van bouwbedrijven verdwijnt binnen drie jaar bij het SFB, in Bouw/werk; De bouw in feiten, cijfers en analyses, jaargang 19, 1994, p. 14-17.
Cressey, D.R., Methodological Problems in the Study of Organized Crime as a Social Problem, in Annals of the American Academy of Political and Social Sciences, nummer 374, 1967, p. 101-112. Cressey, D.R., Theft of the Nation; The Structure and Operations of Organized Crime in America, Harper, New York, 1969.

Cressey, D.R., Criminal Organization:
Its Elementary Forms, Heinemann, London, 1972. Dijk, van, van Soomeren en Partner en Steinmetz, Softdrugs in Nederland; Consumptie en handel, Rapport
nummer 10, 1995.
Domburg, P.J.M. van, Over de grenzen van het verschoningsrecht, Vuga, Den Haag, 1994. Drmann, U., K-F. Koch, H. Risch en W. Vahlenkamp, Organisierte Kriminalitt; Wie gross ist die Gefahr?, Bundeskriminalamt, Wiesbaden, 1990.

Duyne, P.C. van, Geldwitwassen: omvangsschatting in nevelslierten, in P.C van Duyne en anderen (red.), Misdaadgeld, Gouda Quint, Arnhem, 1993, p. 13-32.
Duyne, P.C. van, Het spook en de dreiging van de georganiseerde misdaad, SDU-Uitgeverij, Den Haag, 1995. Duyne, P.C. van, R.F. Kouwenberg en G. Romeijn, Misdaadondernemingen; Ondernemende misdadigers in Nederland, WODC-Gouda Quint, 's-Gravenhage, 1990.

Edelhertz, H. en T.D. Overcast, The Business of Organized Crime; An Assessment of Organized Crime Business-Type Activities and Their Implications for Law Enforcement, Palmer Press, Loomis, z.j. Egmond, F., Op het verkeerde pad; Georganiseerde misdaad in de Noordelijke Nederlanden 1650-1800, Bert Bakker, Amsterdam, 1994.

Eindrapport over de uitvoering van het beleidsplan Samenleving en criminaliteit door het Openbaar Ministerie, 's-Gravenhage, 1990.
Emanuels, J.A., Overwegingen van accountants bij beslissingen in conflictsituaties, SDU, Den Haag, 1995. Eshof, P. van den en H. Bergsma, Vuurwapen-moord onder schot bij misdaadanalyse CRI, in Algemeen Politieblad, jaargang 138, 1989, p. 219-222.

Eshof, P. van den en D. Vegter, Georganiseerde twijfel? Wetenschap en aanpak georganiseerde misdaad, in Het Tijdschrift voor de Politie, jaargang 56, 1994, p. 9-13.
Eshof, P. van den en E.C.J. Weimar, Moord en doodslag in Nederland; Nederlandse gegevens in internationaal perspectief, in Justitile Verkenningen, jaargang 17, 1991, p. 8-34. Eshof, P. van den en C. Wiebrens, Wetenschap contra georganiseerde misdaad, in Modus, jaargang 2, 1994, p.
5-7.
Fijnaut, C., De undercover-agent: een omstreden voorbode van een nieuw recherchebeleid, in Delikt en Delinkwent, jaargang 10, 1980, p. 698-712.
Fijnaut, C., De zaak Francois; Beschouwingen naar aanleiding van het vonnis, Kluwer, Antwerpen, 1983. Fijnaut, C., De uitdaging van de georganiseerde misdaad, in Delikt en Delinkwent, jaargang 14, 1984, p. 581-584.

Fijnaut, C., De reguliere recherche: bespiegelingen over haar nabije verleden, heden en toekomst, in C. Fijnaut en A. Kuijvenhoven (red.), De recherche onder de loupe; Inleidingen voor het recherchecongres op 14 en 15 oktober 1985 te Zutphen, J.B. van den Brink, Lochem, 1985a, p. 17-61. Fijnaut, C., Georganiseerde misdaad; Een onderzoeksgerichte terreinverkenning, in Justitile Verkenningen, jaargang 11, 1985b, p. 5-42.

Fijnaut, C., De schermutselingen rondom de politile bestrijding van georganiseerde misdaad, in Tijdschrift voor Criminologie, jaargang 30, 1988, p. 148-157.
Fijnaut, C., De connecties tussen EG-fraude en georganiseerde misdaad, in H. de Doelder (red.), Bestrijding van EG-fraude, Gouda Quint, Arnhem, 1990, p. 87-96.
Fijnaut, C., Officier van Justitie versus Bende van de Miljardair, Gouda Quint, Arnhem, 1993a. Fijnaut, C., Politile corruptie in Nederland, Gouda Quint, Arnhem, 1993b. Fijnaut, C., De mafia in Nederland, in Delikt & Delinkwent, jaargang 23, 1993c, p. 617-620. Fijnaut, C., Georganiseerde misdaad en de bestrijding ervan: de situatie in de Lage Landen vanuit Europees perspectief, in J. Roth en M. Frey, Het verenigd Europa van de mafia, Van Gennep, Amsterdam, 1994a, p. 343-398.

Fijnaut, C., Prostitutie, vrouwenhandel en (vermeende) politiecorruptie in Antwerpen; De reactie van de overheid, Acco, Leuven-Amersfoort, 1994b.
Fijnaut, C. en J. Jacobs (eds.), Organized Crime and its Containment; A Transatlantic Initiative, Kluwer Law and Taxation, Deventer, 1991.
Fijnaut, C. en G.T. Marx (eds.), Undercover; Police Surveillance in Comparative Perspective, Kluwer Law International, Den Haag, 1995.
Franke, H. , Geweldscriminaliteit in Nederland; Een historisch-sociologische analyse, in Amsterdams Sociologisch Tijdschrift, jaargang 18, 1991, p. 13-45.
Gaylord, M.S., The Chinese Laundry: International Drug Trafficking and Hong Kong's Banking Industry, in Contemporary Crises, jaargang 14, 1990, p. 23-37.
Georganiseerde criminaliteit en interregionale groepscriminaliteit; Definitieve resultaten van een landelijke misdaadanalyse, Centrale Recherche Informatiedienst, 's-Gravenhage, 1988. Georganiseerde, De, criminaliteit in Nederland; Dreigingsbeeld en plan van aanpak, Ministerie van Justitie en Ministerie van Binnenlandse Zaken, 's-Gravenhage, 1992.

Goldstock, R., M. Marcus, Th. Thacher II en J. Jacobs, Corruption and Racketeering in the New York City Construction Industry; The Final Report of the New York State Organized Crime Task Force, New York University Press, New York, 1990.

Groot-van Leeuwen, L.E. de, De advocaat tussen clint en samenleving, in Justitile Verkenningen, jaargang
21, 1995, p. 107-118.
Gropp, W., Special Methods in Investigation for Combating Organized Crime, in European Journal of Crime, Criminal Law and Criminal Justice, jaargang 1, 1993, p. 20-36.
Heijden, A.W.M. van der, Analyse van de georganiseerde misdaad, in A.W.M. van der Heijden (red.), Criminele inlichtingen; De rol van de Criminele Inlichtingendiensten bij de aanpak van de georganiseerde misdaad, Vuga, 's-Gravenhage, 1993, p. 105-118.

Hobbs, D., Professional and Organized Crime in Britain, in M. Maguire, R. Morgan en R. Reiner (eds.), The Oxford Handbook of Criminology, Clarendon Press, Oxford, 1994, p. 441-468. Hoetjes, B.J.S., Over de schreef; Het schemergebied tussen ambtenaar en burger, in Justitile Verkenningen, jaargang 17, 1991, p. 8-32.

Home Affairs Committee, House of Commons, Organized Crime, HMSO, London, 1995. Hoogenboom, A.B., De mythe van de georganiseerde misdaad, in Vraagstelling, jaargang 1, 1994, p. 47-58. Hoogenboom, A.B., V. Mul, A. Wielinga (red.), Financile integriteit; Normafwijkend gedrag en (zelf)regulering binnen het financile stelsel, Gouda Quint, Arnhem, 1995.

Hoogenboom, A.B., Boy, have I got a deal for you; Georganiseerde fraude in het financile stelsel, in A.B. Hoogenboom, V. Mul en A. Wielinga (red.), Financile integriteit; Normafwijkend gedrag en (zelf)regulering binnen het financile stelsel, Gouda Quint, Arnhem, 1995, p. 27-62.

Huberts, L.W.J.C., De omvang van corruptie en fraude in Nederland: onderzoeksverslag, s.n., s.l., 1991. Huberts, L.W.J.C. (red.), Bestuurlijke corruptie en fraude in Nederland, Gouda Quint, Arnhem, 1992. Ianni, F.A. en E. Reuss-Ianni, A Family Business; Kinship and Social Control in Organized Crime, Routledge & Kegan Paul, London, 1972.

Ianni, F.A. en E. Reuss-Ianni, Network analysis, in P.P. Jr. Andrews en M.B. Peterson (eds.), Criminal Intelligence Analysis, Palmer, Loomis, California, 1990, p. 67-84.
International Organization for Migration, Trafficking and Prostitution: The Growing Exploitation of Migrant Women from Central and Eastern Europe, Budapest, 1995.
Jacobs, J., Busting the Mob; United States v. Cosa Nostra, New York University Press, New York, 1994. Joutsen, M., The Potential for the Growth of Organized Crime in Central and Eastern Europe, in European Journal on Criminal Policy and Research, jaargang 1, 1993, p. 77-86.

Kenney, D.J. en J.O. Finckenauer, Organized Crime in America, Wadsworth, Belmont, 1995. Klijn, A, J.G.C. Kester en F.W.M. Huls, Advocatuur in Nederland 1952-1992, in Justitile Verkenningen, jaargang 18, 1992, p. 10-44.

Korf, D.J. en M. de Kort, Drugshandel en drugsbestrijding, Universiteit van Amsterdam, Criminologisch Instituut Bonger, Amsterdam, 1990.
Korf, D.J. en M. de Kort, Dealers en dienders, Universiteit van Amsterdam, Criminologisch Instituut Bonger, Amsterdam, 1993.
Korthals Altes, F., Het beleid inzake georganiseerde criminaliteit, in Fijnaut, C., Georganiseerde misdaad en strafrechtelijk politiebeleid, J.B. van den Brink, Lochem, 1989, p. 33-48. Kruissink, M. en R.F. Kouwenberg, Vuurwapencriminaliteit in het vizier; Een onderzoek bij politie en justitie,
WODC, 's-Gravenhage, 1991.
Kruissink, M. en C. Wiebrens, De kogel en de kerk, in Het Tijdschrift voor de Politie, jaargang 54, 1992, p. 51-56.
Lagendijk, R., Toeren, fooien en klantjes laden; Normafwijkend gedrag, fraude en corruptie bij de reiniging, Amsterdam, 1995 (lezing gemeentelijke studiedag over fraude en corruptie op 21 september 1995). Lenting en Partners, De Nederlandse cafetaria: de visie van de klant en de ondernemer, Misset BV, Nijmegen, 1991.

Levi, M., The Extent of Cross-Border Crime in Europe: The View from Britain, in European Journal on Criminal Policy and Research, jaargang 1, 1993, p. 57-76.
Leyendecker, H., R. Rickelmann en G. Bnisch, Mafia im Staat; Deutschland fllt unter die Rauber, Steidl, Gttingen, 1992.
Lupsha, P.A., Networks versus Networking, in G.P. Waldo (ed.), Career Criminals, Sage, Beverly Hills, 1983, p. 59-87.
Maltz, M.D., Measuring the Effectiveness of Organized Crime Control Efforts, The Office of International Criminal Justice, Chicago, Ill., 1990.
Maltz, M.D., Defining Organized Crime, in R.J. Kelly, K-L. Chin en R. Schatzberg (eds.), Handbook of Organized Crime in the United States, Greenwood Press, Westport, Connecticut, 1994, p. 21-38. Martens, F.T., Organized Crime Control; The limits of Government Intervention, in Journal of Criminal Justice, jaargang 14, 1986, p. 239-247.

Martens, F.T. en F. Pulley, Cross-cultural Reflections of Organized Crime, in International Journal of Comparative and Applied Criminal Justice, jaargang 8, 1984, p. 63-74. Martin, J.M. en A.T. Romano, Multinational Crime; Terrorism, Espionage, Drug & Arms Trafficking, Sage, Newbury Park, 1992.

Marx, G.T., Notes on the Discovery, Collection, and Assessment of Hidden and Dirty Data, in J.W. Schneider en J.I. Kitsuse (eds.), Studies in the Sociology of Social Problems, Ablex, Norwood, 1984, p. 78-113. Mens, L. van, Prostitutie in bedrijf; Organisatie, management en arbeidsverhoudingen in seksclubs en privhuizen, Eburon, Delft, 1992.

Mertens, N., Agressieve vermogenscriminaliteit ten nadele van Chinese horeca-ondernemers: uitkomst van een enqute, Vianen, 1994.
Ministero dell'Interno, 1993 Report on Organized Crime in Italy, Rome, 1994. Moore, W.H., The Kefauver Committee and the Politics of Crime, 1950-1952, The University of Missouri Press, Columbia, Missouri, 1974.

Moore, S.F., Law as Process; An Anthropological Approach, Routledge & Kegan Paul, Londen, 1978. Mul, V., Money Laundering, (g)een kwestie van definiren, in A.B. Hoogenboom, V. Mul en A. Wielinga (red.), Financile integriteit; Normafwijkend gedrag en (zelf)regulering binnen het financile stelsel, Gouda Quint, Arnhem, 1995, p. 83-94.

National Criminal Intelligence Service, An Outline Assessment of the Threat and Impact by Organised/Enterprise Crime upon United Kingdom Interests, London, 1993. Nederlandse, Het, drugbeleid; Continuteit en verandering, 's-Gravenhage, 1995.
Nuijten-Edelbroek, E.G.M., Georganiseerde politie contra georganiseerde misdaad, in Justitile Verkenningen, jaargang 11, 1985, p. 60-96.
Observatoire Gopolitique des Drogues, Etat des drogues, drogues des Etats, Hachette, Paris, 1994. Paoli, L., An Underestimated Criminal Phenomenon: The Calabrian 'Ndrangheta, in European Journal of Crime, Criminal Law and Criminal Justice, jaargang 2, 1994, p. 212-238. Peters, B., Die Absahner; Organisierte Kriminalitt in der Bundesrepublik, Rowohlt, Reinbek bei Hamburg, 1994.

Pieth, M. en D. Freiburghaus, Die Bedeutung des organisierten Verbrechens in der Schweiz, Bern, 1993. Potter, G.W., Criminal Organizations; Vice, Racketeering, and Politics in an American City, Waveland, Prospect Heights, 1994.

Rapport van de werkgroep bestrijding zware georganiseerde criminaliteit, Ministerie van Justitie, 's-Gravenhage, 1987.
Rasmussen, D.W. en B.L. Benson, The Economic Anatomy of a Drug War; Criminal Justice in the Commons, Rowman & Littlefield Publishers, London & Boston, 1994.
Rebscher, E. en W. Vahlenkamp, Organisierte Kriminalitt in der Bundesrepublik Deutschland, Bundeskriminalamt, Wiesbaden, 1988.
Recht in beweging; Een beleidsplan voor Justitie in de komende jaren, Ministerie van Justitie, 's-Gravenhage, 1990.
Reuter, P., Disorganized Crime; Illegal Markets and the Mafia, MIT-Press, Cambridge, 1986. Reuter, P., Racketeering in Legitimate Industries; A Study in the Economics of Intimidation, Rand, Santa Monica 1987.

Reuter, P., Research on American Organized Crime, in R.J. Kelly, K-L. Chin en R. Schatzberg (eds.), Handbook of Organized Crime in the United States, Westport, Greenwood, 1994, p. 91-120. Reuter, P. en J.B. Rubinstein, Fact, Fancy, and Organized Crime, in The Public Interest, jaargang 53, 1978, p. 45-68.

Robinson, J., The Laundrymen; Inside the World's Third Largest Business, Simon & Schuster, London, 1994. Roelandt, T.J.A., Verscheidenheid in ongelijkheid; Een studie naar etnische stratificatie en onderklassevorming in de Nederlandse samenleving, Thesis Publishers, Amsterdam, 1994. Rogovin, Ch. en F.T. Martens, The Evil That Men Do, in Journal of Contemporary Criminal Justice, jaargang 8, 1992, p. 62-79.

Roth, J. en M. Frey, Die Verbrecher Holding; Das vereinte Europa im Griff der Mafia, Piper, Mnchen, 1992. Sasse, H.M., Het ambtsgeheim van de notaris; Openingsrede voor de algemene vergadering 1983 van de Koninklijke Notarile Broederschap, in WPNR, jaargang 114, 1983, p. 620-623. Schelling, T.C., Economic Analysis and Organized Crime, in President's Commission on Law Enforcement and Administration of Justice, Task Force Report: Organized Crime, Appendix D., Government Printing Office, Washington 1967, p. 114-126.

Sieber, U. en M. Bgel, Logistik der Organisierten Kriminalitt, Bundeskriminalamt, Wiesbaden, 1993.
Sietsma, K.J.H.H., Bestrijding handel in verdovende middelen: een andere benadering, in Algemeen Politieblad, jaargang 129, 1980, p. 411-422.
Slort, P.A., Begripsverwarring rond criminele groepen, in Algemeen Politieblad, jaargang 137, 1988, p. 442-444.
Smith, D.C., Some Things that May Be more Important to Understand about Organized Crime than Cosa Nostra, in University of Florida Law Review, jaargang 24, 1971, p. 1-30. Smith, D.C., Wickersham to Sutherland to Katzenbach: Evolving an Official Definition for Organized Crime, in Crime, Law and Social Change, jaargang 16, 1991, p. 135-154.

Spierenburg P., Lange termijn trends in doodslag; Theoretische overdenkingen en Nederlands bewijsmateriaal, 15e-20e eeuw, in Amsterdams Sociologisch Tijdschrift, jaargang 20, 1993, p. 66-106. Squires, G.J., Banking: Hallowed Halls and Hawalla, (paper gepresenteerd tijdens The International Police Exhibition and Conference (IPEC), 1987).

Stichting tegen Vrouwenhandel, Schotten en dwarsverbanden, 1992-1994, Utrecht, 1994. Strafrecht met beleid; Beleidsplan openbaar ministerie 1990-1995, Ministerie van Justitie, 's-Gravenhage, 1990.

Sutherland, E.H., Is White Collar Crime Crime?, in American Sociological Review, jaargang 10, 1945, p. 132-139.
Tappan, P., Who is the Criminal?, in American Sociological Review, jaargang 12, 1947, p. 96-102. Task Force on Organized Crime, Task Force Report: Organized Crime, U.S. Government Printing Office, Washington, 1967.

Udink, E., Criminele geldstromen:
schijn en werkelijkheid, Gouda Quint, Arnhem, 1993. United Nations, Economic and Social Council, Problems and Dangers Posed by Organized Transnational Crime in the Various Regions of the World, 18 August 1994, nr. E/Conf. 88/2 (World Ministerial Conference on
Organized Transnational Crime, Napels, 21-23 November 1994).
Veer, H. van 't, H. Moerland en C. Fijnaut, Gokken in drievoud; Facetten van deelname, aanbod en regulering, Gouda Quint, Arnhem, 1993.
Vondelen, Ch. van, Illegale naaiateliers; Confectie voor de consument of maatwerk voor fraude, Haarlem, 1993 (scriptie HEAO).
Wennekes, W., Eeuwenoud; De lange levens van zeven Nederlandse bedrijven, Thomas Rap, Amsterdam, 1989.
Wennekes, W., De aartsvaders; Grondleggers van het Nederlandse bedrijfsleven, Atlas, Amsterdam/Antwerpen, 1993.
Williams, Ph., The New Threat: Transnational Criminal Organizations and International Security, in Criminal Organizations, jaargang 9, 1995, p. 3-19.
Wit, J.Th. de en W.P.M. van Haaren, Strijd tegen zware, georganiseerde criminaliteit, in Algemeen Politieblad, jaargang 137, 1988, p. 315-317.
Yesilgz, Y., Allah, satan en het recht; Communicatieproblemen met Turkse verdachten, Gouda Quint, Arnhem, 1995.
Zoest, S. van, De wet melding ongebruikelijke transacties; Een literatuurstudie, WODC, Den Haag, 1995
(stageverslag Vrije Universiteit Amsterdam).
Zwart, W.A. de en C. Mensink, Alcohol, tabak, drugs en gokken, NIAD, Utrecht, 1993.

BIJLAGE 1

ANALYSESCHEMA ONDERZOEK NAAR GEORGANISEERDE CRIMINALITEIT
Een onderzoek naar de aard (en omvang) van de georganiseerde criminaliteit in Nederland komt neer op het zoeken naar een antwoord op 4 hoofdvragen:

I. De omschrijving van de groepen

I.1. Origine

I.1.1. Autochtone groepen

Hier zal om te beginnen de volle aandacht uitgaan naar die 10 groepen die in de opeenvolgende CRI-inventarisaties als koplopers zijn aangemerkt. Mocht op grond van andere bronnen blijken dat bepaalde andere groepen zeker zo belangrijk zijn, dan komen die in de plaats van een of meer groepen die aan de hand van de CRI-inventarisaties zijn gekozen.

I.1.2. Allochtone en buitenlandse groepen

I.2. Interne organisatie

I.3. Externe (criminele) relaties (nationaal en internationaal)


- gemeenschappelijke projecten

I.4. Duurzaamheid groepen

II. De omschrijving van de illegale activiteiten

II.1. De levering van illegale goederen en diensten

II.2. Illegaal optreden in legale markten en nijverheden (racketeering)

II.3. Andere illegale activiteiten

II.4. Vervlechting van activiteiten genoemd in II.1-II.3

III. De omschrijving van de modi operandi

III.1. Toepassing van geweld

III.2. Afscherming (tegen de overheid)


- contra-tap

III.3. Bezit productie- en distributiemiddelen

III.4. Inschakeling deskundige derden

III.5. Connecties met invloedrijke personen, bedrijven, verenigingen, organisaties

IV. Besteding inkomsten

AFSPRAKEN ONDERZOEKSGROEP FIJNAUT
De parlementaire enqutecommissie opsporingsmethoden heeft vier wetenschappelijke onderzoekers (prof.dr. C. Fijnaut (onderzoeksleider), prof.dr. F. Bovenkerk, prof.dr. H. van de Bunt en prof.dr. G. Bruinsma) gevraagd onderzoek te doen naar de aard, ernst en omvang van de zware, georganiseerde criminaliteit. Voor dit onderzoek zijn onderstaande afspraken gemaakt:

1. De onderzoekers zullen hun werkzaamheden op beveiligde werkkamers (CRI, politiebureau, WODC, ruimten enqutecommissie) verrichten. Zij zullen geen materiaal (bijvoorbeeld verslagen van interviews) thuis opbergen. Zij zullen de nodige zorgvuldigheid in acht nemen, zodat anderen geen kennis kunnen nemen van de verkregen persoonsgegevens.

2. In de onderzoekrapportage zullen verstrekte persoonsgegevens niet herleid kunnen worden tot individuele personen.
3. De onderzoekers kunnen alle CID-registers raadplegen, exclusief de informantenregisters. Indien gegevens uit CID-registers worden geraadpleegd dan vindt dat plaats in het gebouw van het CRI. Het is uitdrukkelijk niet de bedoeling van de onderzoekers om de verkregen gegevens te toetsen aan de bron (c.q. informantenformulieren).

4. De onderzoekers zullen (evaluatie-)rapporten over onderzoeken die zijn of worden verricht alsmede
schriftelijke analyses van criminele groepen en hun activiteiten tegen wie (nog) geen opsporingsonderzoek is gestart, raadplegen. Ter bescherming van informanten die mogelijk in de rapporten worden genoemd, worden de volgende twee voorzieningen getroffen:

a. de korpsen die de rapporten aan de betrokken onderzoeker, prof.dr. C. Fijnaut, overleggen, zullen eerst zelf nagaan of in de rapporten namen van informanten worden genoemd dan wel anoniem opgevoerde informanten herleidbaar zijn tot individuele personen dan wel informatie bevat, die tot levensbedreigende situaties kan leiden: deze gegevens worden dan geanonimiseerd en/of gecodeerd door de korpsen; b. vervolgens zal de officier van justitie Van Erve of Van der Kerk, na overleg met de eerder genoemde onderzoeker de anonimisering en/of codering controleren.

5. De rapporten zullen worden verstuurd naar de CRI, alwaar de betrokken onderzoeker een afgescheiden werkkamer tot zijn beschikking heeft. Een aantal politie-medewerkers worden belast met het overbrengen van de gegevens uit de RCID-en naar de CRI. De rapporten staan onder zijn beheer: hij zal de nodige voorzieningen treffen om het vertrouwelijk materiaal van de rapporten te bewaren. Uitsluitend aan de overige onderzoekers zal onder zijn verantwoordelijkheid inzage in de rapporten worden verleend; deze inzage vindt plaats indien en voorzover dit nodig is voor het verrichten van het onderzoeksdeel van de betrokken overige onderzoekers.

6. Het raadplegen van de aanwezige LCID-bestanden bij de CRI zal plaatsvinden door prof.dr. C. Fijnaut. Hij zal de overige onderzoekers inzage geven indien en voorzover dit nodig is voor het verrichten van hun deel van hun onderzoek.

7. De rapportage van de onderzoeksgroep Fijnaut zal vr publicatie ter inzage worden gegeven aan de minister van Justitie.


Inhoudsopgave en zoeken