3.5. De voorvallen

3.5.1. Inleiding

Evenals bij de advocaat kan de verwijtbare betrokkenheid van de notaris bij georganiseerde misdaad eruit bestaan dat hij specifieke kennis (informatie, e.d.) levert en afscherming biedt. Als bijzonder kenmerk van de notaris komt erbij dat zijn tussenkomst wettelijk is voorgeschreven voor het kunnen verrichten van rechtshandelingen.

Voorafgaand aan de presentatie van de gevallen, zal eerst worden ingegaan op de bronnen die zijn gebruikt.

3.5.2. De bronnen

Hetgeen over de verschillende bronnen en de kwaliteit van de gegevens in het hoofdstuk over de advocatuur (2.5.2) is gesteld, geldt uiteraard ook overkort voor dit hoofdstuk. Het is even moeilijk als bij de advocaat het geval is om ook maar enigszins een betrouwbaar beeld te krijgen van de omvang van de verwijtbare betrokkenheid van het notariaat. De volgende bronnen zijn gebruikt.

Tuchtzaken

Uit een onderzoek naar de zaken die door het hof in de periode 1990 tot 1995 zijn behandeld, komt 1 zaak naar voren die als voorbeeld van verwijtbare betrokkenheid bij strafbare gedragingen van criminele groepen kan worden aangemerkt.

Finpolbestand

Het Finpolbestand (zie voor nadere details hoofdstuk 2.5.2) bevatte 51 meldingen, waarbij 45 notarissen betrokken waren. Na toelichting van Finpolrechercheurs en de landelijk MOT-officier bleven slechts 3 meldingen over die voldoende duidelijkheid gaven over de aanwezigheid van verwijtbare betrokkenheid.

CRI-inventarisatie

Blijkens deze inventarisatie werd bij 9 van de criminele groepen melding gemaakt van bevestigde criminele contacten met notarissen. Noot Vier van deze meldingen zijn nagetrokken, waaruit naar voren kwam dat 1 melding ten onrechte was geschied, 2 gevallen waren twijfelachtig en n geval was voldoende sterk. Deze was ook uit andere bron bij mij bekend.

LCID-bestand

Na screening van alle meldingen terzake van notarissen in de periode 1989-1994 bleven vier meldingen over, waarbij drie notarissen betrokken zijn. Twee van deze notarissen zijn ook al via de MOT aangemeld bij Finpol.

Overig

Uit de verschillende deelstudies, de aangeleverde rapportages vanuit de regiokorpsen en bij navraag bij diverse diensten en de KNB, kwamen 5 gevallen naar voren van verwijtbare betrokkenheid.

Ten slotte is de inventarisatie van Wilzing vergeleken met mijn inventarisatie van gevallen. Deze lijst bevat vier namen van notarissen, van wie twee ook in mijn inventarisatie zijn opgenomen. De overige twee gevallen zijn niet opgenomen, omdat deze naar mijn mening onvoldoende duidelijk zijn.

3.5.3. De vormen van verwijtbare betrokkenheid

De aangetroffen voorbeelden van verwijtbare betrokkenheid hebben vooral betrekking op de omstandigheid dat de notaris zich leent voor het afschermen van misdaadgeld. In een aantal gevallen bestond de betrokkenheid uit het verlenen van ambtelijke dienstverlening, in andere gevallen uit het simpelweg leveren van een faade (een stempel, de kantoorrekening).

Ambtelijke dienstverlening die niet verricht had mogen worden.

In het volgende voorbeeld bestaat de rol van de notaris uit het verschaffen van gereedschap aan een handelaar in rechtspersonen. Deze handelaar levert op zijn beurt het gereedschap aan criminele organisaties, die zowel in de drughandel als in omvangrijke fraudes actief zijn. De notaris vervult hierdoor een faciliterende rol voor het maken van misbruik met rechtspersonen. De notaris is ervan op de hoogte dat de oprichters van de BV's strofiguren zijn. Geval 1: A is een bekende handelaar in lege BV's. Veel van de door hem opgerichte vennootschappen eindigen vroeg of laat in een faillissement, waarna de schuldeisers in de kou achterblijven. De vennootschappen hebben nog enkele andere kenmerken met elkaar gemeen: kort na de oprichting en kort voor het faillissement vinden bestuurswisselingen plaats. Ten slotte is er nog n belangrijk gemeenschappelijk kenmerk: de oprichting van deze vennootschappen vindt altijd bij dezelfde notaris plaats. In de periode 1991-1992 zijn door hem vijftig vennootschappen opgericht.

De gang van zaken is als volgt. A bereidt de oprichting geheel voor als ware hij de oprichter. Hij vult het vragenformulier van het ministerie in, betaalt de kosten van de oprichting, stort de stichtingskosten en regelt alles op de bank. Het enige dat hij niet doet, is zijn handtekening onder het vragenformulier van het ministerie zetten. A laat zich bij zijn bezoek aan de notaris steeds vergezellen door een van zijn secretaresses op wier naam de oprichting van de BV wordt gesteld. Deze krijgt hiervoor een extra vergoeding van f.1000 per inschrijving. De notaris is op de hoogte van het feit dat de oprichters slechts strofiguren zijn en dat A de werkelijke oprichter is. Dit blijkt uit het feit dat zowel de conceptakte van oprichting als de declaratie naar A worden gestuurd.

Om dergelijke stro-oprichtingen te voorkomen is op het vragenformulier van het ministerie van Justitie de vraag opgenomen of het in de bedoeling ligt van de oprichter om binnen een jaar na de oprichting bestuursmutaties te laten plaatsvinden. Steevast werd deze vraag met nee beantwoord. De eerdere ervaringen met A hadden anders moeten leren en bovendien bleken soms al voor het passeren van de akte de overschrijvingsformulieren klaar te liggen. De notaris kon derhalve volledig op de hoogte zijn van het feit dat de oprichter slechts tijdelijk een bestuursfunctie zou bekleden, en dat het vragenformulier op dit punt onjuist was ingevuld (bron: dossier en informatie van rechercheurs).

Wij zijn met behulp van de bij de afdeling Rechtspersonen van het ministerie van Justitie aanwezige gegevens nagegaan of het vaker voorkomt dat bepaalde notarissen betrokken zijn bij de oprichting van BV's die korte tijd later failleren (faillissementen kort na de oprichting kunnen wijzen op misbruik; zie Landman, 1994). Hiervoor is de periode 1 mei 92 tot 1 mei 95 genomen. Hierin werden door 1.236 notarissen 95.535 verzoeken tot oprichting ingediend. Van de in deze periode opgerichte BV's gingen er binnen de periode 548 failliet. Het volgende staafdiagram geeft de spreiding weer van het aantal faillisementen over het aantal notarissen. Hieruit blijkt dat de zojuist genoemde notaris, die zijn werkzaamheden voor mei 1992 verrichtte, tot de grote uitzonderingen behoort.

Het volgende voorbeeld sluit aan op het vorige. Na een zogenoemde stromanoprichting (waarbij de echte eigenaar bij de oprichting op de achtergrond blijft) wordt ook bij de overdracht aan de echte eigenaar diens naam in het verborgene gehouden. Geval 2: Sedert 1 januari 1993 moet de overdracht van aandelen in een BV geschieden bij notarile akte. Doel hiervan is te voorkomen dat de eigendom van een BV na een stromanoprichting gemakkelijk onderhands kan worden overgedragen aan de man die bij de oprichting achter de schermen bleef. Door de verplichting van de overdracht bij notarile akte wordt de man achter de schermen echter
Place text describing image 1 here!
zichtbaar. Het is gebruikelijk dat de notaris in de akte vermeldt welke natuurlijke personen voor hem verschenen en op welke titel zij handelden.
In het voorliggende geval werkte de notaris mee aan het achter de schermen houden van de natuurlijke personen bij de aandelenoverdracht. De notaris verklaarde in de akte dat er twee rechtspersonen voor hem verschenen, koper en verkoper, zonder dat de natuurlijke personen die de beide rechtspersonen vertegenwoordigden, met naam en toenaam werden genoemd en zonder dat er een volmacht aan de akte was gevoegd (bron: CID-rapport en toelichting van Finpolrechercheurs).

Fraude betekent dat een valse schijn wordt opgewekt om de ander (fiscus, handelspartner e.d.) op het verkeerde been te zetten. De valse schijn kan eruit bestaan dat persoon X feitelijk ten onrechte als directeur/aansprakelijke persoon naar voren wordt geschoven of dat met de herkomst of bestemming van geld en goederen wordt gemanipuleerd. In het handelsverkeer moet men op het adagium een man een man, een woord een woord kunnen vertrouwen. Fraude is in essentie misbruik maken van dit vertrouwen. De notaris dient er, voor zover hij bij transacties betrokken is, op toe te zien dat personen gemaakte afspraken niet ten onrechte schenden of aansprakelijkheid ontlopen.

Een bekende manier om misdaadgeld te witten is het uitvoeren van een A-B-C(-D) transactie. Op n dag wordt onroerend goed diverse keren verkocht met als eindresultaat een groot prijsverschil tussen de prijs waarvoor A verkocht en C kocht. De A-B-C-constructie laat formeel de winst vallen bij degene die daar, gelet op bijvoorbeeld het geven van een legale herkomst aan zijn inkomen, het meeste behoefte aan heeft. A-B-C-transacties kunnen echter ook andere doelen dienen, zoals uit de volgende twee voorbeelden blijkt. Geval 3: A bemiddelt als aspirant-makelaar voor de aankoop van onroerend goed ten behoeve van een buitenlandse koper, die in Nederland wil investeren. A maakt misbruik van het in haar gestelde vertrouwen. Zij koopt zelf panden op tegen een veel lagere prijs dan waarvoor de investeerder de panden uiteindelijk koopt; tussen A en haar clint wordt de vertrouweling van A, de heer B geplaatst. Zo weet de buitenlandse investeerder niet dat A eigenaar was en bovendien wordt deze in de waan gebracht dat de prijs waarvoor van B gekocht wordt, zo gek nog niet is. De winst ligt in de relatie A-B. Het nadeel voor de buitenlandse investeerder wordt op circa een miljoen gulden geschat.

Het was steeds dezelfde notaris die door A bij de aankopen door A en de verkopen aan respectievelijk B en de investeerder werd betrokken. De notaris verleed de akten evenwel zonder vragen te stellen of dienst te weigeren (bron: dossier en toelichting van een rechercheur). Geval 4: Een drughandelaar koopt met medewerking van een notaris een groot aantal huizen op. Hierna worden de huizen door een makelaar voor de driedubbele waarde getaxeerd, waarna de huizen via dezelfde notaris weer worden verkocht aan personen met een criminele achtergrond. Er werd hierbij gebruik gemaakt van valse paspoorten, dubieuze hypothecaire akten en transportakten werden meermalen op n dag gepasseerd. In veel gevallen werden op deze basis hoge hypotheken verstrekt, waarbij de kopers de leningen niet aflosten en met de noorderzon vertrokken. De notaris heeft, nadat het tot een strafzaak tegen de hoofdverdachte was gekomen, zijn praktijk neergelegd (bron: OvJ en rechercheur Finpol).

In het volgende geval wordt de notaris misbruikt door enkele buitenlandse fraudeurs, die een grote bank in het buitenland oplichten. Geval 5: Door twee buitenlanders wordt genvesteerd in onroerend goed. Nadat aanvankelijk een prijs in een voorlopige verkoopovereenkomst was vastgelegd, wordt deze op verzoek van de kopers bij het opmaken van de transportakte, in het kader van zogenaamde bemiddelingskosten, met ettelijke miljoenen opgehoogd. De notaris voldoet aan deze wens - waarbij ook de verkoper nog eens enige tonnen extra krijgt - zonder dat hem bekend is waar de bemiddeling uit heeft bestaan noch wat een andere aanleiding zou kunnen zijn voor deze transactie. Doordat de bemiddelingskosten tegelijkertijd in mindering worden gebracht op de koopprijs die via de notaris aan de verkoper wordt betaald, blijft de bestemming van dit deel van de koopprijs buiten het (toe)zicht van de notaris. Uiteindelijk wordt door een buitenlandse bank voor een te hoge waarde een lening verstrekt en de bemiddelingskosten zijn vermoedelijk doorgesluisd naar een ver land (bron: dossier en toelichting rechercheurs).

In de twee volgende gevallen is sprake van een duidelijke witwasconstructie, waaraan een notaris zijn medewerking verleende. Geval 6: Het betreft hier het geval dat in het hoofdstuk over de advocatuur onder voorval 15 is beschreven. De notaris, maat van een gecombineerd notaris- en advocatenkantoor, was formeel de verantwoordelijke en op de hoogte van de pogingen van de advocaat om een witwasconstructie op te zetten (bron: Finpol).

Geval 7: Een notaris passeert op n dag driemaal een transportakte met betrekking tot hetzelfde pand, waarbij de waarde toeneemt van 7 naar 14 naar 21 miljoen gulden. De notaris verricht de ambtelijke dienstverlening zonder meer (bron: rechercheur).

In een aantal recente arresten Noot heeft de Hoge Raad aangegeven waar de civielrechtelijke verantwoordelijkheid ligt van de notaris bij het meewerken aan A-B-C-D transacties. Curatoren van de Tilburgsche Hypotheekbank (THB) verweten de notaris dat hij te gemakkelijk akten van eigendomsoverdracht en hypotheek had verleden. Er was namelijk sprake van overfinanciering en van prijsopdrijving (verdubbeling van de prijs op n dag), waardoor de prijs in geen enkele verhouding meer stond tot de marktwaarde. Het verwijt was dat hij tekort was geschoten in de jegens de schuldeisers van de THB te betrachten zorgvuldigheid. De HR oordeelde dat de notaris onder bijzondere omstandigheden ook verplicht is tot een zekere zorg voor derden die mogelijkerwijs betrokken zijn bij door hem te verrichten diensten. In n geval werd de claim van de curatoren afgewezen omdat niet vaststond dat de transacties van dien aard waren geweest dat er voor de THB ernstig gevaar voor insolventie te duchten viel. In het andere geval werd de claim wel toegewezen omdat de notaris op de hoogte was op welke de dubieuze wijze de transacties plaatsvonden. Onder deze omstandigheden had de notaris zijn medewerking moeten weigeren.

Hoe gevarieerd de bovenstaande voorvallen ook zijn, zij hebben met elkaar gemeen dat de notaris eigenlijk wel weet dat er iets niet deugt, maar geen verantwoordelijkheid voelt daar iets tegen te ondernemen.

Ten slotte nog een voorbeeld van een notaris die in contacten met een zeer belangrijke druggroep tekortschoot in zijn controlerende taak. In de gesprekken die wij met de KNB voerden, werd het niet-checken van gegevens zoals in het onderstaande voorbeeld gebeurde, een van de doodzondes van de notaris genoemd. Geval 8: Een organisatie die zich op grote schaal bezighield met handel en produktie van amfetamine, maakte voor het witwassen van gelden gebruik van de diensten van notarissen. Onder andere werden er gelden van buitenlandse banken overgemaakt op de rekening van de notaris die belast was met het passeren van de transportakte van aan te kopen onroerende goederen. Voor verschillende activiteiten van de organisatie werd gebruik gemaakt van buitenlandse rechtspersonen, die in strijd met de voorschriften niet ingeschreven stonden in het handelsregister bij de Kamers van Koophandel. Wanneer deze rechtspersonen gebruikt werden bij de aankoop van onroerend goed, liet de betrokken notaris na de inschrijvingen in het handelsregister te controleren (bron: dossier).

De faade van het notariskantoor als ideale afscherming

Na de strafzaak tegen de Amsterdamse notaris S.-S. uit 1983 is het volgende voorval zonder enige twijfel de cause clbre van het notariaat in de jaren negentig. Geval 9: De notaris, tegen wie overigens geen strafrechtelijk onderzoek is gestart, heeft in zijn beroepspraktijk altijd veel belangstelling gehad voor werkzaamheden die buiten het werkterrein van de klassieke, ambtelijke dienstverlening lagen. Gericht als hij naar eigen zeggen is op innovatie, besluit hij in 1992 om binnen zijn notariaat trustwerkzaamheden aan te bieden. Als trustee beheert hij onder meer de op zijn kantooradres gevestigde rechtspersonen en hij voert het beheer van bankrekeningen in binnen- en buitenland, die deels op naam van de betrokken rechtspersonen en deels op eigen naam zijn gesteld, of van zijn voor dit doel opgerichte stichting. Zo heeft de notaris zich begin jaren negentig op grote schaal beziggehouden met het namens derden aanbieden van leningen aan voornamelijk buitenlandse personen. Deze personen dienden voor het verkrijgen van de lening 20% van het te lenen bedrag op rekening van de stichting van de notaris te storten. In totaal zijn op deze wijze door de stichting enkele miljoenen dollars ontvangen. Het verwijt dat de notaris wordt gemaakt, is dat hij de legale herkomst van deze gelden onvoldoende heeft geverifieerd. Als notaris/trustee is hij de vlag geweest die de lading heeft gedekt; dankzij zijn tussenkomst bleef verborgen wie de derden waren die de leningen verstrekten. Het is zeker niet uitgeslotendat de buitenlandse personen van zichzelf leenden en hiermee aan hun geld een legale herkomst gaven. Een bijzonderheid van de affaire is dat de notaris - eufemistisch uitgedrukt - voor een notaris ongebruikelijke contacten heeft onderhouden. Tot de relaties van de notaris behoorden onder meer de adviseur van een bekende mafiafamilie uit New York en een puissant rijke Italiaanse oplichter, gespecialiseerd in afpersingen en het uitschrijven van ongedekte cheques. Ook enkele Nederlandse oplichters behoorden tot de klantenkring van de notaris.

Vermeldenswaard is dat de notaris betrokken is geraakt bij de overname van een Oostenrijkse bank.
In oktober 1992 wordt een bedrag van bijna tien miljoen dollar door een Italiaanse notaris/advocaat in opdracht van de Italiaanse oplichter geboekt op de rekening van de stichting derdengelden van de notaris. De notaris boekt een groot deel van dit bedrag door naar een holding, waarvan een (thans gedetineerde) Nederlandse oplichter directeur is. De holding sluist dit bedrag door naar een priv-bankrekening van de notaris in Luxemburg. Daar wordt het geld door de notaris opgenomen. De paper trail wordt op dat moment afgebroken. Vermoedelijk staat de contante opname van het geldbedrag in verband met de aankoop van de Oostenrijkse bank. Op verzoek van de Italiaan koopt de notaris in oktober 1992 voor vijftig miljoen gulden de aandelen van deze bank. Er bestaan aanwijzingen dat de vastgestelde contacten tussen de notaris en de New Yorkse consigliere eveneens met de overname van de Oostenrijkse bank verband hielden. De Oostenrijkse autoriteiten stellen de bank evenwel kort na de overname onder toezicht als zij aanwijzingen krijgen dat de Italiaanse mafia de bank heeft overgenomen. Korte tijd later (februari 1993) gaat de bank failliet (bron: tuchtzaak, LCID, Finpol , toelichting van Finpol).

Naar alle waarschijnlijkheid is de notaris slachtoffer van zijn eigen dadendrang geworden. Hij heeft tijdens enkele buitenlandse escapades grote financile risico's gelopen, waarvan hij zich vermoedelijk niet eens bewust is geweest. Hoewel de notaris ver buiten de grenzen van het eigenlijke werkterrein van de notaris heeft geopereerd, hebben hij en zijn klanten misbruik gemaakt van de parafernalia van het notarisambt (de status van onkreukbaarheid en degelijkheid; de geheimhouding). De notaris is inmiddels uit het ambt gezet. Hieronder volgen enkele minder spectaculaire voorbeelden van notarissen die zich ervoor lenen om als faade te fungeren. Geval 10: In een advanced fee oplichtingszaak werd een notaris benaderd door een vertegenwoordiger van een Luxemburgse SA die zou bemiddelen bij zogenaamde internationale leningstransacties. De opzet was dat deze vennootschap miljarden dollars van beleggers bijeen zou brengen die vervolgens weer zouden worden uitgeleend aan derden. Na verloop van een bepaalde tijd zouden de ingelegde bedragen weer met winst aan de beleggers worden teruggestort. De rol van de notaris bestond er uit deze gelden via zijn kantoorrekening te ontvangen en weer terug te betalen. Daarnaast diende hij zijn kantoor ter beschikking stellen voor het tekenen van de contracten met de deelnemers. Een bedrag van 750.000 dollar dat op de rekening van de notaris binnenkomt, wordt in opdracht van de notaris door de bank cash aan de bemiddelaar uitbetaald. Daarna blijkt het geld verdwenen. Van inhoudelijke bemoeienis met de transacties door de notaris was geen sprake. Hij heeft alleen als uithangbord gediend om een schijn van betrouwbaarheid te geven aan de transacties. (bron: dossier KNB)

Geval 11: In opdracht van een belangrijke buitenlandse hasjtransporteur zou door tussenkomst van een notariskantoor getracht zijn een bedrag van ruim twee miljoen buitenlandse valuta om te wisselen in dollars. Hiertoe zou het geld giraal op een rekening van het kantoor zijn binnengekomen, waarna door de notaris een zogenaamde dollarrekening is geopend waarop het geld dan weer - gewisseld en wel - verder geboektmoest worden. Op deze wijze verleende het kantoor zijn diensten bij een wisseltransactie, die normaal gesproken op een veel eenvoudiger - namelijk rechtstreeks via de bank - en voordeliger wijze plaats had kunnen vinden (bron: Finpol).

Geval 12: Door een drugsorganisatie wordt getracht via een Nederlandse bank een bedrag van 16 miljoen dollar over te boeken naar een bank in Zuid-Amerika. Een Zwitserse bank zou garant staan. Een notaris waarmerkt de handtekeningen op het leencontract voor authentiek, zonder de gegevens van de betrokkenen te verifiren, waarmee een schijn van betrouwbaarheid aan het contract wordt gegeven die niet gerechtvaardigd is (bron: Finpol).

Ten slotte nog een geval dat gezien mogelijke consequenties voor een getuige slechts summier kan worden weergegeven. Geval 13: Koper, een gewelddadige man met een breed crimineel verleden, koopt een pand met de afspraak dat een deel van de koopsom onder de tafel door wordt betaald. Ten overstaan van de notaris vindt deze betaling plaats. Hierbij doet zich een incident voor, waaruit het ook voor de notaris zonneklaar moest zijn dat in zijn aanwezigheid onder de tafel door werd betaald (bron: mondelinge informatie rechercheur, CRI).


vorige         volgende         inhoudsopgave en zoeken