4.7 Casus

4.7.1 Laundry Een casus ter illustratie van een verdovende middelenzaak waarin een

kroongetuigeregeling wordt gehanteerd.

Feiten en omstandigheden

In de jaren tachtig voert Kobus L., bijgenaamd De Kamper, het bewind over een organisatie die handelt in zowel soft- als harddrugs. Hij is de onbetwiste leider en financier van alle projecten en laat zijn gezag
regelmatig gelden, waarbij geen geweld wordt geschuwd. Hij opereert vanuit een woonwagenkamp. Met zijn vrouw beheert L. verschillende bedrijven die dienen als dekmantel voor de illegale praktijken. Tussen deze bedrijven worden goederenstromen op gang gebracht waaronder zich verdovende middelen bevinden. Kobus L. heeft de beschikking over vele dekmantelfirma's en koeriers. Dit is ondermeer het geval omdat hij regelmatig mensen er weer boven op helpt nadat die in ernstige financile problemen zijn geraakt. Deze geldelijke ondersteuning kan worden terugverdiend door hand- en spandiensten te verlenen aan Kobus L. Hij regelt zijn zaken hoofdzakelijk vanuit de keuken van zijn woning. Tijdens zijn afwezigheid neemt zijn zoon Bertus L. de zaken waar.

Lambert S. is de compagnon van Kobus L. Hij verzorgt met name de financile kant van de illegale operaties, zoals het opzetten van witwasconstructies via Luxemburg, Engeland, Gibraltar en Oostenrijk. Een getuige verklaart hierover het volgende:

Lambert S. en Ine Q. (Kobus' vrouw) kwamen aan met een man die zijn zakken vol had gepropt met geld. Het ging om 1,25 miljoen gulden. Zij gaan dan naar de bank in Luxemburg. Op het moment dat de bank vragen gaat stellen over de herkomst van het geld treedt Q. naar voren. Zij tekende bij de bank voor de herkomst van het geld, dit na haar paspoort aan de bankmedewerker te hebben getoond. Zij bevestigde daarbij meerdere malen dat het haar geld was. Noot

Naast de kernleden Kobus L. en Lambert S. bestaat de organisatie uit wisselende leden. Een aantal van deze handlangers komt uit het kampers-circuit. Zij runnen bijvoorbeeld dekmantelfirma's of vervoeren verdovende middelen met speciaal voor dit doel aangeschafte auto's. Noot Ook worden regelmatig vrachtauto's van respectabele autoverhuurmaatschappijen gehuurd waarmee de verdovende middelen vervoerd worden. Noot De vrouwen binnen de groep vervullen over het algemeen de rol van intermediair en meldkamer. Zij leggen de verbindingen tussen de diverse personen tijdens de operaties. Noot De bedrijfsvoering wordt ondersteund door diverse adviseurs. Zo maakt een notaris akte op van een gepretendeerde overeenkomst van geldlening, waardoor hij medewerking verleent aan een witwasconstructie. Noot

N. wil vervolgens dat de geldleenovereenkomst meer status krijgt en derhalve laat men een notaris een notarile akte met betrekking tot een en ander opmaken. Noot
Bovendien wordt er ook gebruik gemaakt van de diensten van een advocaat uit Dordrecht, die o.a. witwasconstructies op hun juridische aspecten bekijkt Noot, een belastingadviseur, een accountant Noot en een medewerker van het Marokkaans consulaat. Noot Een Belgische politieman wordt gevraagd om een veroordeling van Kobus uit 1991 aldaar uit de computer te halen.

(...) dat dhr. L. iets te maken had met omkoping. Zijn veroordeling ter zake van export in Belgi van soft- en harddrugs moest uit de computer. Noot
Ook worden verschillende douanefunctionarissen omgekocht, waaronder een Marokkaanse: Frans had een Marokkaanse douane-ambtenaar omgekocht. Hij kon de auto de grens overbrengen als deze man dienst had. Frans vertelde mij dat hij deze man geld gaf, zodat hij geen problemen kreeg met de papieren van de auto. Noot

Tevens wordt gebruik gemaakt van valse paspoorten en rijbewijzen. Zo heeft Kobus L. een vals rijbewijs met zijn pasfoto op de naam van Bertus K. Noot
De handel in verdovende middelen verloopt via landen als Suriname, Marokko, Nigeria, India, Frankrijk en Roemeni. In principe bemoeit Kobus zich niet met operationele zaken. Totdat een grote klapper gemaakt kan worden. Zo wordt hij gesignaleerd in Suriname alwaar hij contact heeft met de voormalige legertop over een grote partij cocane.

Kobus L. vertelde dat hij drie dagen besprekingen had gevoerd met de militairen, onder andere met Iwan Graanoogst, over het afnemen van cocane. Kobus L. vertelde mij dat de militairen afwilden van de kleine jongens, die maar hoeveelheden van 100 kilo cocane afnamen en alleen met de grote jongens zoals Kobus L., zaken wilden doen. Noot

Vervolgens komt, verstopt in bundels hout, een partij van 357 kilo cocane aan in de Rotterdamse haven in mei 1991. Het politieel en justitieel onderzoek
De partij van 357 kilo wordt in Breda in beslag genomen door de politie. Er wordt een onderzoek ingesteld, waarbij verschillende personen worden aangehouden. Naar aanleiding van dit onderzoek, geplaatst naast reeds aanwezige CID-informatie over Kobus L., inhoudende dat hij onder meer verantwoordelijk zou zijn voor een tiental liquidaties wordt besloten tot een vooronderzoek dat resulteert in een gerechtelijke vooronderzoek
op Kobus L. dat geopend wordt in september 1991. Later worden ook twee strafrechtelijke financile onderzoeken geopend op Kobus L. en Lambert S.
Een multidisciplinair team dat bestaat uit personeel van de Regionale RechercheDienst (RRD) van de regiopolitie Rotterdam Rijnmond, de belastingdienst en de FIOD, rechercheert tot in het voorjaar 1995 op de criminele organisatie. Hierbij wordt een groot aantal telefoongesprekken van zowel autotelefoonverkeer als gewone telefoons en faxen afgetapt. Dit zijn in totaal 88.424 gesprekken. Verder wordt een groot aantal personen gehoord, te weten 94, waarvan 62 als verdachte. Uiteindelijk staan 11 hiervan terecht. Ook worden huiszoekingen verricht. Noot Zowel tactisch als CID-matig worden opsporingsmethoden ingezet. Zo worden vijf videocamera's op vier verschillende lokaties geplaatst. De keuze voor bepaalde lokaties wordt ondermeer bepaald naar aanleiding van RCID-informatie. Noot De zaakofficier van justitie geeft aan dat contra-observatie activiteiten soms nopen tot de plaatsing van deze videocamera's. Zo moet in opdracht van Kobus L. een auto gevolgd worden die reeds vijf maal langs het huis van Kobus L. heeft gereden en Ineke Q. moet kentekens noteren van auto's die bij of rond het kamp rijden. Noot Tot de contra-activiteiten hoort ook het achterhalen van priv-gegevens van een ambtenaar die financieel onderzoek doet naar de criminele organisatie. Noot Naast het feit dat de positie van camera's onder meer is bepaald door CID-informatie over lokaties, blijkt dat meer structureel gebruik is gemaakt van informanten. De teamleider stelt dat er inderdaad RCID-informatie is gebruikt. Van der Spoel, raadsman in deze zaak, zegt in zijn openbaar verhoor over de moeilijkheden voor de verdediging met het gesloten CID-traject het volgende:

De heer Vos :
Hoe prepareert u zich als advocaat op de kennelijke onevenwichtigheid die u vaststelt inzake CID-informatie? Maakt u gebruik van ongebruikelijke methoden om toch een vinger achter de waarheid te krijgen? Bent u bereid een beroep te doen op priv-detectives?
De heer Van der Spoel:
Dat is een ontwikkeling die zich de komende tijd wel eens zou kunnen gaan aftekenen. In CID-kringen zit ook vaak het observatietraject. Men observeert langdurig en legt maar mondjesmaat rekening en verantwoording af van die observaties. In de Laundry-zaak ben ik zelf met een fototoestel op pad gegaan naar bepaalde objecten om precies te zien of de beweringen in het dossier gedekt konden worden door de observaties. Hoe ziet een woning eruit? Hoe kun je er naar binnen kijken? Waarvandaan kan dat gebeurd zijn? Bij een loods werd op een gegeven moment gesteld: wij hebben geconstateerd dat zich in de loods een bus bevond. Dan ga je naar die loods toe om te zien of je er inderdaad van buitenaf in kunt kijken. Noot
Een andere gehanteerde opsporingsmethode is het peilbaken. Er wordt een peilzender geplakt op een bus in Polen, die geprepareerd is ten behoeve van een hasjtransport. De hashish zou in Marokko worden geladen en naar Nederland worden gebracht. De officier van justitie zegt hierover:

De peilzender heeft zijn werk echter niet hoeven te doen omdat de bus niet meer uit Polen is vertrokken (uiteraard met uitzondering voor het terughalen van de bus door justitie naar Nederland). Noot Over het gebruik van afluisterapparatuur zegt de raadsman Van der Spoel tijdens het openbaar verhoor: Tijdens de behandeling van de Laundry zaak zijn er in de pers bepaalde uitlatingen gedaan door een zekere Max Wijnschenk. (..) Hij verklaarde als techneut werkzaam te zijn geweest bij de politie in Rotterdam. Volgens hem was in de Laundry zaak niet alleen gebruik gemaakt van een videocamera, maar ook van microfoons. Noot Ter terechtzitting verklaart de teamleider dat dit niet gebeurd is.

Het requisitoir spreekt ook nog over het uitrechercheren van reisbewegingen van betrokkenen naar en van Suriname en Marokko. Noot Een aantal observatieteams wordt ingezet. Zo worden smokkelauto's geobserveerd die met drugs verstopt in de benzinetank of in het reservewiel naar Marokko rijden. Ook wordt, na controle, een transport naar Roemeni onder observatie afgeleverd. De controle geschiedt in de haven van Antwerpen. Hier worden twee Nigeriaanse containers, gevuld met maszakken en bestemd voor Roemeni, aan controle onderworpen. De dienstdoende ambtenaar beschrijft dit als volgt:

Wij gaan over tot controle van container (..), waarbij wij de ingestapelde zakken ontladen. Ongeveer in het midden van de lading maszakken bemerken wij een aantal zakken welke van uitzicht en zoals achteraf blijkt in gewicht, opmerkelijk verschillend zijn. Wij gaan aansluitend over tot doorgedreven nazicht en kunnen vaststellen dat betreffende zakken, elk op hun beurt, een aantal pakken inhouden.(...) Uit de volledige lading van container (..) kunnen wij 35 zakken recupereren welke pakken inhouden. Op basis van een gemiddeld gewicht van twee kilogram per pak, inhoudende marihuana, kunnen wij besluiten dat het brutogewicht van de verdovende middelen te situeren valt om en nabij 1050 kilogram. Na controle worden de zakken mas, alsmede de zakken waarin verdovende middelen zitten, herladen in de respectieve container, dit met uitzondering van een pak marihuana, hetwelk als monster werd overhandigd aan de leden van het Laundry-team. (..) Op 21 juni 1993 worden beide containers opgehaald en aan boord geplaatst van het m.s. Caransebes, varende onder
Roemeense vlag. Noot
Niet alleen de partij naar Roemeni maar ook een partij, die in een camper vervoerd wordt naar Parijs, wordt met toestemming van de Franse autoriteiten gecontroleerd afgeleverd. Wegens tijdsdruk kunnen de Belgische autoriteiten niet in kennis worden gesteld. Noot Deze partij is in Frankrijk in beslag genomen.

Kroongetuige

In dit onderzoek wordt de nog vrij uitzonderlijke opsporingsmethode van de kroongetuige ingezet. Betrokkene, genaamd Helio Stewart, voormalig huisvriend en bodyguard van Kobus L., wordt in augustus 1993 aangehouden in verband met de invoer van 860 kilo hennep uit Nigeria. Hij verklaart dat hij tegenwoordig vaak met een pistool, dat hij ooit van Kobus L. gekregen heeft, op zak loopt omdat hij zich door hem bedreigd voelt. Noot De Groot, naast Van Wijk eveneens officier in deze zaak, zegt tijdens zijn openbaar verhoor hierover:

De heer De Groot:
Hij gaf erbij aan dat hij vreesde voor zijn leven en dat het een kwestie was van: f hij Stewart zou meneer L. doodschieten, dan wel mijnheer L. zou hem doodschieten. Hij vond het wat dat betreft een praktische oplossing, als ik het zo mag formuleren, dat meneer L. door de politie zou worden opgepakt en voor een tijdje achter de tralies zou worden geborgen. (...) Nu wij twee jaar met dat onderzoek tegen die meneer L. bezig zijn en natuurlijk wel een stuk zijn opgeschoten, maar nog niet precies weten hoe het is, is het van belang om te kijken of wij met behulp van deze kroongetuige avant la lettre verder zouden kunnen komen. Noot
Tijdens verschillende verhoren met Stewart wordt duidelijk dat hij deel uitmaakt van de criminele organisatie van Kobus L. en dat zijn leven in gevaar komt als hij hierover verklaart. Hij verzoekt vervolgens om een regeling te treffen. Na ampel overleg tot aan het niveau van de procureur-generaal besluit het OM hem een deal aan te bieden. De deal is dat hij in ruil voor verklaringen naar waarheid en een bevestiging hiervan bij de rechter-commissaris en voor de rechter ter terechtzitting, niet vervolgd zal worden. Deze toezegging betreft zijn betrokkenheid bij de zaken die nu aan uw rechtbank zijn voorgelegd aldus de zaaksofficier, met uitzondering van liquidaties of geweld. Noot Tevens vraagt Stewart om bescherming van zijn persoon en zijn gezin.

De heer Vos:
U had ook al met hem gesproken over een getuigenbeschermingsregeling. Hoe past dat in het verhaal?
De heer De Groot:
Wij hadden in beginsel met hem daarover gesproken. Hij stelde daar op dat moment, toen hij door de raadkamer werd losgelaten uit gevangenhouding, eigenlijk geen prijs op. Zijn inschatting was dat het pas een probleem zou opleveren op het moment dat wij zouden overgaan tot de aanhouding van meneer L. Noot
Vervolgens legt Stewart in het najaar van 1993 vele belastende verklaringen af over Kobus L. Dit komt echter abrupt tot een einde door de liquidatie van Helio Stewart op 6 december 1993 in Schiedam. Zijn inmiddels afgelegde verklaringen worden als bewijs ter terechtzitting gebruikt.

Overigens wordt er ook een overeenkomst bereikt met een andere verdachte, Frans de B. Afgesproken wordt dat in zijn richting geen actieve opsporing zal plaatsvinden Noot, in ruil voor verklaringen over hashish en cocanetransporten van Kobus L. Later wordt Frans de B. in Marokko opgepakt. Zijn eerder afgelegde verklaringen worden eveneens in rechte gebruikt.

Een derde deal loopt op niets uit omdat de verdachte/getuige zich niet aan de afspraken houdt. De eerste poging tot aanhouding van Kobus L. mislukt. Hij ontsnapt en is spoorloos. Er wordt naar hem gezocht met behulp van cameraplaatsingen en er worden diverse experimenten in samenwerking met de PTT gedaan teneinde de ATF van Kobus L. te traceren. Noot Op 21 juli 1994 wordt Kobus L. alsnog aangehouden. Het onderzoek wordt in het voorjaar van 1995 afgerond.

Het onderzoek ter terechtzitting

De rechtbank doet op 14 juni 1995 uitspraak in de zaak Kobus L. Zij acht bewezen dat Kobus leiding heeft gegeven aan een criminele organisatie, valsheid in geschrifte heeft doen plegen en geld heeft witgewassen. Hiertoe heeft de verdachte onder meer tezamen met anderen 357 kilo cocane ingevoerd, alsmede twee partijen van drie en twee kilo cocane en 10.000 pillen MDMA uitgevoerd, en een poging gedaan tot invoer van marihuana. Daarnaast zijn bij de verdachte in diens woning en auto, vuurwapens en munitie aangetroffen. Noot Omstreden in deze zaak zijn de deals met criminelen, wier verklaringen gebruikt zijn door de rechtbank
voor de bewezenverklaring. De officier van Justitie Van Wijk betoogt dat er slechts een deal getroffen is met wijlen de heer Stewart. De toezegging aan Frans de B. zou geen deal zijn. Noot Van der Spoel, raadsman in deze zaak, zegt in zijn openbaar verhoor hierover:

Bij de tweede getuige wordt er bijvoorbeeld gesproken over niet-actieve opsporing en door het OM wordt betwist dat dit een deal zou zijn. Maar ja, een betere deal kan ik mij nauwelijks voorstellen: als men niet actief wordt opgespoord, zal men ook niet strafrechtelijk worden vervolgd. Noot Verder is de verdediging van mening dat er vier deals zijn getroffen waaronder die met Helio Stewart en Frans de B. De rechtbank zegt hierover:

De rechtbank gaat ervan uit dat zogenaamde deals tussen verdachten/getuigen, te weten onderscheidenlijk Stewart en De B. enerzijds, en vertegenwoordigers van het justitieel apparaat anderzijds, tot stand zijn gekomen. Noot

In weerwil van de opstelling van het OM gaat de rechtbank dus uit van twee deals. De verdediging zegt tevens dat er gehandeld is zonder wettelijke basis. Dit zou moeten leiden tot niet-ontvankelijkheid van het OM, dan wel bewijsuitsluiting. De rechtbank is van mening dat het middel proportioneel en subsidiair ingezet is. De verklaringen van deze twee verdachten/getuigen zijn door de rechtbank voor het bewijs gebruikt: De rechtbank heeft hierbij in aanmerking genomen dat de bewezenverklaring niet in overwegende mate berust op een van deze verklaringen en dat deze verklaringen van Stewart en De B. (...) onderling in grote mate overeenstemmen en elkaar versterken, terwijl zij voorts in hoge mate steun vinden in ander gebezigd bewijsmateriaal. Noot

Kobus L. wordt veroordeeld tot twaalf jaar gevangenisstraf en een geldboete van een miljoen gulden. De zaak loopt op dit moment in hoger beroep bij het hof.


vorige         volgende         inhoudsopgave en zoeken