6. Algemeen besluit

In dit algemeen besluit moet allereerst nog eens worden herhaald, dat de georganiseerde criminaliteit in Nederland in de voorbije jaren niet is gemporteerd door buitenlandse en/of allochtone groepen. Ook wanneer deze criminaliteit wordt gedefinieerd zoals in de inleiding is gebeurd, dan kan worden gesteld dat zij - ook in haar huidige vormen - voor een belangrijk stuk wortelt in de (geschiedenis van de) Nederlandse samenleving. Wanneer dit niet zo zou zijn, zou onmogelijk kunnen worden verklaard waarom uitgerekend kampers zo'n belangrijke rol in de internationale drugshandel spelen.

De autochtone georganiseerde criminaliteit is er nog vooral n van een traditioneel soort. Zij bestaat overwegend uit de (illegale) levering van (illegale) goederen en diensten, voornamelijk drugs. De betrokken criminele groepen investeren ook wel wat van hun middelen in reguliere economische branches zoals de transport- en de horecasector, maar dit toch vooral met het oog op de verwerving van een betere infrastructuur voor de voortzetting van hun gangbare illegale activiteiten. Slechts enkele groepen, of beter gezegd: enkelingen, gaan over deze functionele grens heen en investeren in binnen- en buitenland in heel andere sectoren. De meeste groepen opereren zo strategisch niet. Hierom is in dit rapport ook geen apart hoofdstuk gewijd aan de infiltratie van autochtone criminele groepen in de legale economie. Van zulke infiltratie is - buiten de genoemde branches - blijkens de bestudeerde dossiers en gevoerde gesprekken geen sprake. De omvang van de autochtone georganiseerde criminaliteit kan niet goed vastgesteld worden. Hierom werd in hoofdstuk 3 - aan de hand van zeven voorbeelden - ook slechts een gedifferentieerd kwalitatief beeld van de huidige top van deze criminaliteit gepresenteerd. Wanneer men zich zou voornemen deze top ook kwantitatief scherper in beeld te brengen, moet men er zich natuurlijk goed rekenschap van geven dat de omvang van de autochtone georganiseerde criminaliteit toeneemt naarmate men een strikte definitie van dit verschijnsel
loslaat of van het begin af aan een ruime definitie hanteert. Men kan echter ook anders tegen dit probleem aankijken en stellen dat criminele groepen die werkelijk in de meeste opzichten voldoen aan een strikte definitie van georganiseerde criminaliteit en dus tot de echte top van deze criminaliteit gerekend moeten worden, niet op zichzelf functioneren maar verbonden zijn met bovenlokale criminele netwerken en uiteindelijk rusten op een basis van criminele groepen en personen die helemaal niet aan die definitie beantwoorden. Het voordeel van deze benadering is dat de omvang van de werkelijke georganiseerde criminaliteit, ook in de beeldvorming, realistischer kan worden bepaald, en dat de realiteit van al die andere criminaliteit, en haar functionaliteit voor de georganiseerde criminaliteit, niet tekort wordt gedaan, laat staan wordt miskend. Een bijkomend voordeel is dat ook oog wordt gehouden voor de werkelijke, hoog-gekwalificeerde beroepsmisdaad, en deze misdaad dus niet achteloos op n hoop wordt gegooid met al die andere vormen van vermogens- en/of geweldscriminaliteit. Groepen beroepsmisdadigers vormen echt wel een categorie apart, en moeten vanwege politie en justitie dus ook op een eigen, daarbij passende wijze, worden aangepakt. Tenslotte is het niet overbodig erop te wijzen dat waar er in de sfeer van georganiseerde criminaliteit sprake is van de toepassing van contra-strategien, het vooral de autochtone criminele top-groepen zijn die deze strategien toepassen en niet zozeer de buitenlandse en/of allochtone groepen. De reden hiervan is niet ver te zoeken. Niet alleen opereren de autochtone groepen hier in een politieke en institutionele omgeving waarmee ze vertrouwd zijn, maar zij zijn het ook die, terwijl ze hier te lande de grootste belangen hebben, de laatste jaren naar verhouding nog het meest krachtdadig zijn aangepakt. Voor hen stond n staat er dus heel veel op het spel en dat heel veel tracht(t)en zij natuurlijk zo goed mogelijk af te schermen tegen overheidsoptreden. En ook al moet worden erkend dat door de systematische toepassing van deze strategien k de bestrijding van de georganiseerde criminaliteit een grimmiger karakter heeft gekregen, dat het zover gekomen is laat tezelfdertijd zien dat de groepen in kwestie heel goed beseffen dat de slagvaardigheid van de Nederlandse politie en justitie niet moet worden onderschat. Anders zouden zij nooit de contra-productieve risico's hebben genomen die zijn verbonden aan de inzet van de betrokken strategien.


vorige         volgende         inhoudsopgave en zoeken