2.10 Lokale studies: Amsterdam, Arnhem, Nijmegen en Enschede
2.10.1 Aanleiding lokale onderzoeken
De onderzoeksgroep Fijnaut heeft ter verdieping en verbreding van haar inzichten aan de hand van de
landelijke onderzoeken, tevens de georganiseerde criminaliteit in een aantal steden meer nauwkeurig
onderzocht. Amsterdam, Enschede, Arnhem en Nijmegen zijn op een systematische wijze bezien op de
omvang, aard en ernst van de georganiseerde criminaliteit. De keuze voor Amsterdam ligt voor de hand. Veel
activiteiten van een groot aantal criminele organisaties vinden hun oorsprong in Amsterdam. Georganiseerde
criminaliteit in de rest van Nederland heeft veelal raakvlakken met Amsterdam. De steden in het oosten van
Nederland zijn onderzocht, om tevens een beeld te krijgen van de niet-randstedelijke georganiseerde
criminaliteit. De keuze voor deze steden hangt samen met het feit dat de hoogleraren Bruinsma en Van de
Bunt in het verleden al onderzoek hadden gedaan in deze steden en daardoor goed bekend waren met de
thematiek.
- De voorzitter
:
- Is er nog een stad waar niets aan de hand is in Nederland?
- De heer
Fijnaut:
- Ik denk dat dit een Romeinse idylle is. Als ik kijk naar middelgrote en grote steden in
Nederland, dan heeft elkeen zijn deel. Mijn inschatting is wel dat in termen van georganiseerde criminaliteit en
zeker in termen van hoogwaardige beroepscriminaliteit, de Randstad toch wel een spijtige koploper is in dit
verband en dat Amsterdam in dat opzicht het zwaartepunt vormt in de ontwikkelingen.
Noot
2.10.2 Amsterdam
- De voorzitter:
- Wordt de samenleving, onze rechtsstaat, nu bedreigt door vormen van georganiseerde
criminaliteit?
- De heer
Fijnaut:
- In algemene zin, omdat men meestal nog ontwijkende strategien hanteert, zou ik daar niet in
grote woorden over durven te spreken. Maar inderdaad, de Amsterdamse setting laat zien dat men het probleem
toch niet moet veronachtzamen en dat men alert moet zijn op wat daar gebeurt. In de voorbije jaren hebben de
Amsterdamse politie, justitie en de mensen daaromheen, ook lang gedacht dat het toch eigenlijk maar
incidenten waren, dat het minder systeem had en niet op grote schaal gebeurde. Maar het laatste anderhalf
jaar heeft men toch ingezien dat die strategien niet alleen afzonderlijk worden toegepast, maar ook in
combinatie worden gehanteerd en dat men mensen kan corrumperen die men vervolgens gaat intimideren, om
weer valse verklaringen af te leggen tegen diegenen die juist in de opsporingsonderzoeken betrokken zijn. Je
krijgt een soort verknoping van de strategien. Als dat systeem wordt, kan je met grote problemen te maken
krijgen.
Noot
De Amsterdamse politie beschikt niet over een op schrift gesteld algemeen beeld van de georganiseerde
criminaliteit. De kennis van de Amsterdamse politie is gefragmenteerd. Het beeld van de politie in Amsterdam
over de georganiseerde criminaliteit zegt meer over haar eigen beleid in dezen dan over deze vorm van
criminaliteit.
Reeds vanaf de jaren zestig-zeventig komen in Amsterdam vormen van criminaliteit voor die traditioneel
zonder twijfel worden gerekend tot de georganiseerde criminaliteit: internationale handel in verdovende
middelen en organisatie van gokken. De opgang van de heronehandel en het (Chinese) gokwezen
veroorzaakte een bijverschijnsel: corruptie van politie-ambtenaren.
De georganiseerde criminaliteit in Amsterdam bestond grotendeels uit de handel in verdovende middelen.
Wapenhandel en diefstallen waren in enkele gevallen wellicht geen onbelangrijke nevenactiviteiten.
Amsterdam vormde een knooppunt in een wereldwijde illegale markt. De georganiseerde misdaad in
Amsterdam was bevolkt geraakt met groepen van allerhande etnische origine.
Actuele vormen van georganiseerde criminaliteit
Amsterdam vormt tegenwoordig een internationale markt voor verdovende middelen. De groothandel in drugs
is geheel in handen van de georganiseerde misdaad. Politie en justitie richten zich nagenoeg zonder
uitzondering op de bestrijding van deze drughandel. De reden dat Amsterdam zich heeft ontwikkeld tot een
internationale markt wordt deels veroorzaakt door de geografische ligging van de stad en deels door de
aanwezigheid van een gevarieerde immigrantenbevolking. Daardoor ontstaat een geschikte infrastructuur voor
drughandel.
In Amsterdam zijn verschillende Nederlandse criminele groepen actief die zich bezig houden met drughandel.
Deze groepen ontwikkelen in toenemende mate contra-strategien ten opzichte van politie en justitie.
Daarnaast dienen de Hells Angels apart genoemd te worden als criminele groep die onder andere actief is in
de drughandel.
Naast de handel in drugs doen zich in Amsterdam tevens andere vormen van traditionele georganiseerde
criminaliteit voor. In Amsterdam zijn enkele criminele groepen actief in de vrouwenhandel. De omvang van de
vrouwenhandel in Amsterdam kan nauwelijks worden vastgesteld. De illegale handel in vuurwapens is een
blinde vlek voor de Amsterdamse politie. In Amsterdam zijn ongeveer tien groepen professionele autodieven
actief. Maar ook voor dit type criminaliteit geldt dat weinig gegevens beschikbaar zijn.
Allochtone groepen en georganiseerde criminaliteit in Amsterdam
Buitenlandse en allochtone criminele groepen spelen een belangrijke rol op de drugmarkt: Colombianen,
Surinamers, Antillianen, Arubanen, Turken, Marokkanen, Pakistanen, Chinezen, Italiaanse mafia, Joegoslaven,
Nigerianen, Ghanezen en Britten. De politie heeft met name veel informatie over de betrokkenheid van Turkse
en Surinaamse personen in de drughandel. De precieze omvang van de betrokkenheid van de allochtone
gemeenschappen in Amsterdam bij de georganiseerde criminaliteit is niet goed vast te stellen. De
betrokkenheid varieert van het daadwerkelijk deelnemen aan een criminele organisatie en haar
werkzaamheden, tot het eenmalig transporteren van drugs.
De precieze omvang van de betrokkenheid van Turkse mannen bij de georganiseerde criminaliteit en dan
vooral drughandel is niet vast te stellen. Noot Uit analyses van een bestand van de Amsterdamse politie lijkt de
conclusie te kunnen worden getrokken dat ongeveer 1.880 tot 2.250 Turkse mannen ouder dan 18 jaar in de
jaren 1990 - 1995 op enigerlei wijze in de belangstelling van de politie hebben gestaan vanwege
betrokkenheid bij criminele organisaties die actief zijn in de drughandel. Noot Een schatting van hun
betrokkenheid in termen van procenten blijkt op basis van het bestaande materiaal niet onderbouwd te kunnen
worden.
Opmerkelijk is dat Duitse, Franse of Belgische criminele groepen niet zijn aangetroffen. Wel heeft de politie
onderzoek gedaan naar Britse criminele groepen.
Legale branches
Het Horeca Interventie Team van de Amsterdamse politie komt tot de conclusie dat tenminste n vijfde van
alle horeca-ondernemingen in Amsterdam direct of indirect wordt gecontroleerd door de georganiseerde
misdaad. Daarmee zou de georganiseerde misdaad een infrastructuur in handen hebben voor verdere
criminele handelingen.
Van georganiseerde misdaad in de branche van de Turkse naai-ateliers is niet of nauwelijks sprake. Er zijn
enkele aanwijzingen dat georganiseerde misdaad in de bouwnijverheid pogingen onderneemt, maar die
aanwijzingen zijn niet hard gemaakt. In het particulier vervoer in Amsterdam is wel sprake van systematische
fraude, maar er bestaat geen bewijs dat de georganiseerde misdaad is genfiltreerd.
De Amsterdamse politie voert een preventieproject uit om infiltratie door de georganiseerde criminaliteit bij de
voorgenomen aanleg van de Noord-Zuid metroverbinding te voorkomen. Dit project heeft eerder preventieve
betekenis dan dat er duidelijke aanwijzingen zijn van het optreden van criminele aannemers.
Op en rond 'de Wallen' is de georganiseerde misdaad zeer actief. Verschillende criminele organisaties hebben
hier hun criminele verdiensten genvesteerd in de horeca en in onroerend goed.
- De voorzitter:
- (...) U heeft samen met de heer Fijnaut specifiek aandacht besteed aan de binnenstad van
Amsterdam, aan de Wallen. Wat heeft u daar gevonden op het gebied van de besteding van crimineel geld en
de uitwerking daarvan?
- De heer
Bovenkerk:
- Wij hebben gekeken of de politie zicht had op het eigenaarschap van horecabedrijven.
En dat bleek het geval te zijn in zeker n district, namelijk district twee rond de wallen, rond de
Warmoesstraat. Daarvan heeft men een analyse gemaakt die erop neerkomt dat de problemen die je op straat
tegenkomt en in de vitrines met allerlei uitstallingen van bijvoorbeeld seksapparaten en de aanbiedingen die
daar gedaan worden, het enigszins verloederde karakter van althans sommige delen van het wallengebied,
wel eens te maken zouden kunnen hebben met de vraag wie er eigenlijk achter die gevels zaten, dus wie de
eigenaren waren. Men heeft eenvoudig van al die panden, voorzover men kon nagaan, in de horecasfeer
gekeken tot wie die behoorden. Men kwam tot de conclusie dat er een groot aantal ondernemers waren met
duidelijk criminele antecedenten. (...)
Maar er waren enkele groepen die in Amsterdam bekend zijn als harde kernen van georganiseerde misdaad,
dertien of veertien groepen of groepjes, die over een substantieel deel bleken te beschikken van dat
wallengebied. (...) Wij konden in ieder geval vaststellen op basis van die politieanalyse dat dertien of veertien
van die groeperingen zich grote concentraties hadden verworven in dat stukje van de binnenstad. Onder hen
bevinden zich bijvoorbeeld mensen die zich ooit met een zware ontvoering bezig hadden gehouden, een
belangrijke pornokoning, de Hells Angels, een bekende drugshandelaar, een beruchte
onroerend-goedhandelaar, een eigenaar van illegale naai-ateliers, althans vroeger, de eigenaar van een
overigens heel onopvallende shoarmazaak, maar die zeer zwaar in de georganiseerde misdaad zit, mensen
van wisselkantoren, bijvoorbeeld van Isralische afkomst. Die groepen beheersen in feite een zeer belangrijk
deel van de horeca in de binnenstad.
- De
voorzitter:
- Dus dat zou je als het ware een soort innesteling in een ander gebied kunnen noemen?
- De heer
Bovenkerk:
- Zeker, omdat de functie iets verder reikt dan alleen maar ondersteuning voor hun
criminele activiteiten. Ik bedoel: als je drugs wilt verkopen, doe je dat bijvoorbeeld via een koffieshop. Daar
heb je een koffieshop voor nodig. Maar als je gaat investeren in andere dingen, in cafs die er eigenlijk
organiek geen relatie mee hebben, dan kan je dat zeggen. Nou, dat is inderdaad het geval. In deze buurt zie je
dat voor het eerst gebeuren. Ik denk dat dit het meest duidelijke geval is in Nederland van racketeering. Noot
2.10.3 Het oosten van Nederland
Enschede
In Enschede is al jarenlang sprake van een zorgelijke economische situatie. De onveiligheidsgevoelens nemen
onder de bevolking sneller toe dan landelijk het geval is. Een aantal wijken in de stad is duidelijk verpauperd
en er vindt volgens sommige zegslieden een zwakke vorm van gettovorming plaats. Enschede heeft de naam
een gewelddadige stad te zijn. De informatiepositie van de Enschedese politie is door de reorganisatie van de
politie veranderd. Er is sprake van een grote versnippering van relevante kennis binnen het korps. Een deel van
de kennis over de stad en haar criminaliteit is verloren gegaan of verouderd.
De handel in herone en cocane is in Enschede in handen van verschillende allochtone en autochtone
groepen. Daarnaast heeft Enschede al van oudsher een actieve softdrughandel, waarbij vooral
woonwagenbewoners een belangrijke rol spelen. De georganiseerde drughandel is niet zodanig zichtbaar op
straat dat sprake is van overlast voor inwoners. Daarnaast doen zich op beperktere schaal autodiefstallen en
vrouwenhandel voor.
In Enschede is een voorbeeld aangetroffen van een omvangrijke fraudezaak: activa van noodlijdende
bedrijven werden overgeheveld naar besloten vennootschappen van een crimineel. De korpschef van Twente
sprak tijdens zijn verhoor over een voorbeeld van financieel-economische criminaliteit:
- De heer De Graaf:
- U sprak over facilitators uit legale sectoren, waarvan groepen uit de georganiseerde
criminaliteit gebruik maken. Vindt u dat inderdaad een bedreiging? Ziet u daarin een bepaalde ontwikkeling?
Wordt er steeds misbruik of gebruik gemaakt van diensten van adviseurs uit de legale vrije beroepsgroepen?
- De heer
IJzerman:
- Ja, ik zie dat. Ik lees dat ook in rapportages van collega's. Ik ben daarmee ook zelf
geconfronteerd geworden.
- De heer
De Graaf:
- In uw hoedanigheid als korpschef van de regio Twente?
- De heer
IJzerman:
- Ja.
- De heer
De Graaf:
- Ik zal niet vragen naar een specifieke zaak, zeker niet als die nog loopt. Maar wat kan de
politie daaraan doen? Gaat het om strafbare feiten die worden gepleegd, of gaat het om een betrokkenheid
waarvan je niet kunt vaststellen of die strafbaar is, doch waarvan je zegt dat het de criminele organisaties wel
helpt?
- De heer
IJzerman:
- Ik heb informatie, zonder dat die voor ons op dat moment exploitabel is.
- De
voorzitter:
- Kunt u dat uitleggen? Dat is zo'n vakterm.
- De heer
IJzerman:
- De heer De Graaf vroeg of het een strafbaar feit is. Wij vragen ons dan onmiddellijk af of je
proces-verbaal kunt opmaken en een strafvervolging opstarten. Als ik zeg dat die informatie niet exploitabel is,
bedoel ik dat het niet kan. Maar ik heb informatie dat er vanuit de dienstverlenende sfeer, zoals ik het in heel
algemene termen maar noem, ondersteunende activiteiten plaatsvinden die als strafbare feiten te betitelen
zouden zijn.
- De heer
De Graaf:
- Kortom, er is geen sprake van een zodanige verdenking dat er echt een
opsporingsonderzoek plaatsvindt. Uw indicatie is dat er strafbare feiten worden gepleegd door mensen uit de
groepen die werden aangegeven.
- De heer
IJzerman:
- Feiten die als strafbaar feit te definiren zouden zijn.
- De
voorzitter:
- Zouden wij dat even precies mogen hebben, want het luistert nauw. U zegt dat u informatie
hebt. Zijn dat feiten en omstandigheden die aannemelijk maken dat het strafbare feiten zijn?
- De heer
IJzerman:
- Het zijn gegevens die voldoende aanleiding zouden kunnen vormen om, in vaktermen,
artikel 27 te gaan onderbouwen en aan te tonen.
- De
voorzitter:
- Zou u dan iets preciezer kunnen zijn waar u het over heeft, zodat dat niet blijft hangen?
- De heer
IJzerman:
- Ik denk dat ik daarover op dit moment, onder deze omstandigheden, in het openbaar geen
verdere mededelingen over kan en mag doen.
- De
voorzitter:
- U moet iets preciezer zijn waar u het over heeft. U zegt dat er nog geen sprake is van
verdenkingen en verdachten. Over wat voor gedragingen en wat voor situaties heeft u het?
- De heer
IJzerman:
- Als ik daar meer concrete informatie over geef, ligt het open. Ik kan dat niet voor mijn
rekening nemen.
- De
voorzitter:
- U kunt toch gewoon zeggen wat u er in algemene zin mee bedoelt? Wij vragen u toch niet naar
een speciale zaak, een speciale casus?
- De heer
IJzerman:
- Dan gaat het om diensten aanbieden en mogelijkheden aanreiken, niet alleen in adviezen,
maar feitelijk, aan lieden die onderdeel uitmaken van een crimineel netwerk.
- De
voorzitter:
- Wat voor diensten en mogelijkheden?
- De heer
IJzerman:
- Bijvoorbeeld om crimineel geld ergens weer op een legale manier op te laten duiken.
- De
voorzitter:
- Dus om mee te werken in een witwas-constructie?
- De heer
IJzerman:
- Bijvoorbeeld ja.
- De heer
De Graaf:
- U hebt het specifiek over de beroepsgroepen die ik net even aanduidde: advocaten,
notarissen, belastingadviseurs? Moet ik in die termen denken?
- De heer
IJzerman:
- In algemene zin aan alle dienstverlenende organisaties die een faciliterende rol vervullen.
Noot
Nijmegen
Nijmegen heeft lang bekend gestaan om de aanwezigheid van koppelbazen. Enkele koppelbazen zijn nu weer
actief, maar op een moderne wijze: zij hebben een respectabele status verworven als
onroerend-goedexploitant en als min of meer legale bemiddelaar in arbeidskracht.
De harddrughandel wordt gedomineerd door Turkse groepen. Daarnaast nemen enkele andere groepen deel
aan deze handel. Net zoals in de andere steden is een deel van de Turkse gemeenschap in de stad betrokken
bij deze criminele handel. Maar ook hier bestaat onvoldoende basis om tot eenduidige kwantitatieve uitspraken
te komen. Er is de nodige onrust tussen de verschillende criminele groepen in Nijmegen. De handel in
softdrugs is verspreid over verschillende ondernemers en ondernemertjes. Veel politie-ambtenaren stellen dat
door het ontbreken van effectieve tegenmaatregelen jonge criminelen carrire hebben kunnen maken in de
softdrughandel. De georganiseerde drughandel is op straat nauwelijks merkbaar.
Andere vormen van georganiseerde misdaad doen zich nauwelijks voor. Er zijn op dit moment geen
aanwijzingen voor vrouwenhandel in Nijmegen. Er zijn wel enkele pogingen gedaan om door middel van
intimidatie en geweld in discotheken te infiltreren. Intimidatie van justitie en openbaar bestuur is in de
afgelopen jaren enkele malen gesignaleerd.
Arnhem
Het straatbeeld in Arnhem wordt meer en meer door de harddrugs bepaald. De georganiseerde drughandel is
duidelijk op straat merkbaar. Arnhem is een belangrijk knooppunt voor de import en doorvoer van herone uit
Turkije. De harddrugs hebben de laatste jaren een stempel gedrukt op de stad en haar zichtbaar veranderd. De
heronehandel is in handen van enkele Turkse criminele groepen.
De plaatselijke straathandel in cocane wordt overgelaten aan Antilliaanse en Surinaamse groepen. Het aantal
gewelddadige confrontaties tussen criminele organisaties blijft beperkt en is de laatste jaren stabiel gebleven.
Tijdens enkele verhoren kwam de vergelijking tussen de drie steden aan de orde:
- De voorzitter:
- Heeft u een algemeen omvattend oordeel te geven over deze drie steden, vergeleken met
Amsterdam?
- De heer
Bruinsma:
- Deze drie steden zijn natuurlijk moeilijk te vergelijken met de grote hoofdstad. Ik heb net al
de algehele conclusie getrokken dat de drugshandel daar evenals in Amsterdam heel belangrijk is en dat over
de
infiltratie in legale branches, afgezien van de horeca, hetzelfde beeld wordt aangetroffen als in Amsterdam.
Het is wel van belang dat de kwaliteit en kwantiteit, de aard en de omvang van de georganiseerde
criminaliteit, in Amsterdam van een andere orde zijn dan in de drie steden. Dat wil niet zeggen dat er in de drie
steden geen sprake van is, want dat is niet het geval. Dat heb ik net verteld. Wel is in Amsterdam veel meer
sprake van variatie. Buitenlandse groepen, zoals Italianen, Chinezen en Joegoslaven, zijn nadrukkelijker in
Amsterdam actief en veel minder of niet aanwezig in de drie steden. De aard van de georganiseerde
criminaliteit in Amsterdam is dan ook veel gevarieerder, heeft een veel breder scala. Er zijn ook veel meer
contacten met het buitenland. In het oosten is dat wat beperkter van aard en ook van omvang. Noot
- De voorzitter:
- (...) Als u heel in het kort een schets moet geven van de zwaar georganiseerde criminaliteit in de
Randstad en in Enschede, hoe verhoudt zich dat?
- De heer
IJzerman:
- Ook uit de presentaties van de heren Fijnaut en Bovenkerk gisteren bleek duidelijk dat de
aard, omvang en ernst hiervan in de Randstad - en met name in Amsterdam - beduidend groter is dan in het
oosten van het land. Niettemin zien wij op een aantal terreinen ontwikkelingen en feiten, die daarmee
vergelijkbaar zijn en in de toekomst wellicht ernstiger kunnen worden als wij daarop niet adequaat reageren.
- De
voorzitter:
- Welke gevaren ziet u speciaal?
De heer IJzerman:
- Ik denk aan de mobiliteit, de transportsector, de ontwikkelingen in Oost-Europa. De heer
Fijnaut sprak gisteren over de transportlijnen in de drugseconomie. Daarvan zie je uiteraard de vertakkingen in
het oosten van het land op verschillende punten samenkomen. Ik verwacht, ook op grond van publikaties, dat
de verdere ontwikkeling van Oost-Europa in dat opzicht een factor van betekenis kan worden.
Noot
2.10.4 Beoordeling
De lokale studies bevestigen en verdiepen het eerder geschetste beeld van de aard, omvang en ernst van de
georganiseerde criminaliteit. Dergelijke lokale studies van de georganiseerde criminaliteit maken een betere
keuze van te onderzoeken zaken in de betreffende steden mogelijk. Dat neemt niet weg dat ook in deze studies
slechts weinig eenduidige kwantitatieve uitspraken gedaan kunnen worden over de omvang van de
georganiseerde criminaliteit. Geen van de politiekorpsen in de onderzochte steden beschikte over een
omvattend beeld van de georganiseerde criminaliteit in de stad. De lokale studies voorzagen in een expliciete
behoefte bij politie, justitie en bestuur.
De uitkomsten van de lokale studies tonen dat de drughandel de belangrijkste criminele activiteit van de in
deze steden actieve criminele organisaties is. Andere vormen van georganiseerde criminaliteit doen zich wel
voor, maar niet in de omvang die de drughandel heeft aangenomen.
Het meest zorgwekkende in deze lokale studies is de gebleken betrokkenheid van lokale etnische
gemeenschappen bij de georganiseerde criminaliteit. Verontrustend is tevens dat in delen van de steden de
georganiseerde misdaad zo actief is dat zij in belangrijke mate economische macht uitoefent. Vooral in
Amsterdam en Arnhem lijken wijken te zijn waar de criminele organisaties vanuit hun economische
machtspositie schadelijke invloed kunnen uitoefenen, ook op het functioneren van politie, bestuur en justitie.
Aan de andere kant tonen deze studies dat van infiltratie in branches of vrije beroepsgroepen door de criminele
organisaties in het algemeen geen sprake is. Een uitzondering vormt de horeca, waarvan is vastgesteld dat een
aanzienlijk deel in handen is of dreigt te komen van enkele criminele organisaties.
De lokale studies onderbouwen het gedifferentieerde beeld van de georganiseerde criminaliteit dat het
onderzoek oplevert. In een aantal branches is sprake van verontrustende vormen van georganiseerde
criminaliteit, andere sectoren lijken nauwelijks genfecteerd te zijn door activiteiten van criminele organisaties.
vorige        
volgende        
inhoudsopgave en zoeken