Onderzoek naar de georganiseerde criminaliteit beperkt zich veelal tot de traditionele vormen van
georganiseerde criminaliteit: drugshandel, wapenhandel, vrouwenhandel en andere vormen van handel in
illegale goederen en diensten. Maar ook bij financieel-economische criminaliteit (fraude, witwassen, misbruik
van legale constructies) kan sprake zijn van georganiseerde criminaliteit. Bevindingen over de aard en omvang
van deze financieel-economische georganiseerde criminaliteit bieden inzicht in de aard, omvang en ernst van
de georganiseerde criminaliteit in Nederland.
Fraude wordt opgevat als het misbruik van vertrouwen dat ertoe strekt zichzelf of anderen wederrechtelijk te bevoordelen. In de georganiseerde vormen van fraude kan de volgende onderverdeling worden gemaakt: bestemming of aard van de handelswaar verdoezelen,
- misbruik door valse activiteiten die de schijn wekken dat de actor solvabel is of die de ware herkomst,
De aangetroffen constructies waarmee criminele organisaties zich afschermen voor gedupeerden en opsporingsorganisaties variren van zeer ingewikkeld tot zeer eenvoudig. De meeste criminele organisaties concentreren zich wat afscherming betreft op beperking en manipulatie van informatiestromen (het slechts in beperkte kring bekend maken van de activiteiten, verbod op onderling contact, etc.). In een enkel geval zijn onoirbare externe contacten bij de uitvoering van de fraudeconstructie gevonden, zoals de medewerking van bankmedewerkers bij criminele handelingen. In enkele zaken is aantoonbaar sprake van contacten tussen criminele groepen en vertegenwoordigers van Nederlandse opsporingsinstanties. Het gaat hierbij steeds om opsporingsambtenaren die informatie omtrent het verloop van het strafrechtelijk onderzoek hebben laten weglekken naar de criminele organisatie.
Toch is slechts een gering aantal fraudeurs in staat beschutting te vinden in respectabele sociaal-culturele netwerken. In de bestudeerde fraudezaken is slechts een gering aantal verdachten hiertoe geneigd en in staat het wederrechtelijk verkregen vermogen te investeren in produktiemiddelen, aandelen of andere minder tastbare waarden. Ook hier lijkt van een systematisch vermenging van de legale bovenwereld met de criminele organisaties nauwelijks sprake te zijn.
Criminele organisaties maken gebruik van verschillende rechtsfiguren om hun criminele activiteiten te verbergen. Ondanks het verscherpt toezicht op het gebruik van rechtspersonen bestaat in de praktijk de nodige ruimte voor het ontwikkelen van schijnconstructies. De meest vergaande vorm van afscherming is gelegen in de constructie van het scheiden van juridische en economische eigendom. Criminele groepen wijken steeds meer uit naar buitenlandse rechtspersonen.
Ten aanzien van de besloten vennootschap is een aantal criminaliteitsgevoelige factoren te onderscheiden. Daarbij blijft de vaststelling van de identiteit van de oprichters van een besloten vennootschap een probleem. Justitie komt nauwelijks tot een grondige kwalitatieve toets van de aanvraag. De overdracht van aandelen geschiedt sinds 1993 bij notarile akte, maar een antecedentenonderzoek blijft daarbij achterwege. Vanwege de geringe mogelijkheden tot controle wint de stichting van een besloten vennootschap in het criminele circuit aan populariteit.
Er bestaat een levendige handel in rechtspersonen. Daarbij spelen tussenpersonen een cruciale rol. Over de
omvang van deze markt blijft veel onduidelijkheid bestaan.
Het is moeilijk een goed beeld te krijgen van de omvang van het witwassen van misdaadgeld en van de omvang van investeringen in de legale economie. Het Meldpunt Ongebruikelijke Transacties heeft, in de periode van februari 1994 tot februari 1995, 2.638 verdachte transacties aangemeld bij de CRI. Het totaalbedrag dat met deze meldingen is gemoeid is drie miljard gulden. Deze cijfers geven een indicatie van de omvang van een deel van de witwaspraktijken in Nederland. Aangezien politie en justitie pas recent bezig zijn met strafrechtelijke onderzoeken naar witwaspraktijken ontbreekt informatie over de omvang van het probleem.
Het fysiek verplaatsen van geld in weekendtassen of per post komt geregeld voor. En van de mogelijkheden om geld over te maken zonder een papieren spoor achter te laten wordt geboden door ondergrondse banken. Ondergronds bankieren is een systeem waarbij een persoon geld of waardepapieren overbrengt naar een begunstigde in een ander land zonder dat de autoriteiten in beide landen daarvan ook maar enige kennis of bewijsmateriaal bezitten. In het recente verleden werden wisselkantoren gebruikt als eerste schakel in een witwastraject.
Er zijn twee basispatronen van witwassen te onderkennen. In de eerste plaats is er het lenen van zichzelf. In de tweede plaats wordt misdaadgeld witgewassen via de effectenhandel en door te handelen in onroerend goed. Misdaadgeld wordt ook gebruikt voor het verstrekken van legale leningen. Het merendeel van de witwastechnieken valt onder het creren van een legale winst, omzet of inkomen. Van een directe relatie tussen criminele organisaties en de effectenhandel is niet duidelijk gebleken.
Financieel-economische criminaliteit maakt een belangrijk onderdeel uit van het scala van activiteiten van criminele organisaties in Nederland. Er bestaat echter weinig directe verbinding tussen deze criminaliteit en de klassieke drugcriminaliteit. Bij fraude en witwassen bestaat meer verweving van de bovenwereld met de onderwereld dan bij de meer traditionele vormen van georganiseerde criminaliteit (drughandel). Georganiseerde criminaliteit in Nederland beperkt zich derhalve niet tot drughandel of handel in andere illegale goederen. De activiteiten van politie en justitie zouden zich niet alleen moeten richten op het witwassen van druggeld, maar ook op andere vormen van financieel-economische criminaliteit. De omvang van de financieel-economische georganiseerde criminaliteit is nauwelijks aan te geven, maar er zijn duidelijke aanwijzingen dat de omvang toeneemt. Het lijkt erop dat, mede doordat politie en justitie deze vorm van georganiseerde criminaliteit pas recent in onderzoek hebben genomen, het inzicht minder groot is dan bij andere verschijningsvormen van de georganiseerde criminaliteit. De commissie acht het ongewenst dat zo weinig inzicht in de omvang van de problematiek bestaat.
De financieel-economische georganiseerde criminaliteit in Nederland is ernstig. Uit het vooral kwalitatieve beeld blijkt in ieder geval dat financieel-economische georganiseerde criminaliteit zeer schadelijk kan zijn voor het functioneren van de economie. Zij kan nationale en internationale concurrentieverhoudingen aantasten. De potentile schade van de financieel-economische criminaliteit voor de samenleving is groot. In de onderzochte gevallen is voor honderden miljoenen guldens gefraudeerd. De commissie heeft niet de indruk dat op dit moment sprake is van een structurele vermenging van de legale economische bovenwereld met criminele organisaties. Dat neemt niet weg dat de commissie meent dat verhoogde aandacht voor deze vorm van georganiseerde criminaliteit zeer wenselijk is.
vorige         volgende         inhoudsopgave en zoeken