Vanaf het begin van de jaren tachtig werkte het Duitse Bundeskriminalamt (BKA) samen met de Nederlandse politie bij gecontroleerde afleveringen. Noot Deze gecontroleerde afleveringen werden over het algemeen in beslag genomen nadat zij door de ontvangende organisatie aan anderen waren doorverkocht. Daarbij speelden zowel de lokale CID-en als de NCID een belangrijke rol. Het BKA maakte voor de financiering van een deel van dat traject gebruik van crimineel geld.
De kosten van deze operaties en een belangrijk deel van de onkosten van de informant werden gefinancierd
met gelden die door de criminele organisatie aan de informant ter beschikking werden gesteld. Door de
criminele organisatie werden na de overdracht van de partij hasj de transportkosten aan de informant betaald.
Door de informant werd dit geld overgedragen aan het BKA, die het transport, de kosten van opslag en de
onkosten van de informant daarmee financierde. Noot
Dit hele traject werd buiten de processtukken gehouden. Daarbij is incidenteel ook een proefzending op de
markt terecht gekomen. De Nederlandse politie deed op deze manier in de jaren tachtig de eerste ervaringen
op met gecontroleerde afleveringen die later in het traject in beslag werden genomen.
Het begin van de specifieke Delta-methode door de Nederlandse politie ligt naar alle waarschijnlijkheid aan
het eind van de jaren tachtig in Dordrecht. Een medewerker van de CRI en een FIOD-ambtenaar benaderen
dan de CID van de Rijkspolitie in Dordrecht met de vraag om een informant, die goed ingevoerd was in de
Hollandse netwerken, via het doorlaten van drugs meer informatie over deze criminele groepen te laten
verkrijgen. In 1989 wordt deze methode in eenvoudiger vorm feitelijk voor het eerst gebruikt door de CID
Dordrecht onder leiding van de CID-chef Van der Putten.
De vrachtwagen met containers worden gereden door een chauffeur, hier te noemen M., die een transportbedrijf heeft. In eerste instantie heeft CID-chef Dordrecht Van der Putten geprobeerd een politiechauffeur te krijgen van een infiltratieteam. Naar het oordeel van Van der Putten hadden deze chauffeurs onvoldoende kwaliteiten, zodat hij zich gedwongen zag een burgerchauffeur te gebruiken. In de periode 1989-1990 huurt de CID Dordrecht een loods waar de drugs worden opgeslagen. Noot De CID Dordrecht maakt gebruik van verschillende loodsen die alle betaald worden door criminelen. In totaal wordt ongeveer fl. 150.000,- huur betaald voor de loodsen. Noot
De CID Dordrecht richt tevens een aantal gefingeerde bedrijven op ten behoeve van het verzorgen van de bestemmingsadressen. In de periode 1991-1992 worden twee nepbedrijven opgericht die dienen als bestemmingsadres. De kosten van deze nepbedrijven worden betaald met geld van de criminele organisatie door tussenkomst van de informant. Noot
En van deze gefingeerde bedrijven was een bedrijf in kleding met een vestigingsplaats in het buitenland en in Nederland. Men heeft getracht door het zenden naar en ontvangen van post op het fake-adres het bedrijf een enigszins realistisch aanzien te geven.
Het blijft onduidelijk hoeveel containers in deze periode zijn doorgelaten met medeweten van politie en justitie. Naar de indruk van de commissie gaat het hier om enkele containers met drugs die op de beschreven wijze zijn binnengehaald. Hiervoor is door officier van justitie Berserik toestemming verleend. De drugs in deze containers zouden grotendeels in beslag zijn genomen. Een deel van de drugs in deze containers is op de markt terecht gekomen. Noot Vast staat dat de methode van het doorlaten van softdrugs met behulp van een informant al is begonnen voordat het IRT daar mee bezig was. Noot
vorige         volgende         inhoudsopgave en zoeken