• Buro Jansen & Janssen is een onderzoeksburo dat politie, justitie, inlichtingendiensten, de overheid in Nederland en Europa kritisch volgt. Een grond-rechten kollektief dat al 30 jaar publiceert over uitbreiding van repressieve wetgeving, publiek-private samenwerking, bevoegdheden, overheids-optreden en andere staatsaangelegenheden.
    Buro Jansen & Janssen Postbus 10591, 1001EN Amsterdam, 020-6123202, 06-34339533, signal +31684065516, info@burojansen.nl (pgp)
    Steun Buro Jansen & Janssen. Word donateur, NL43 ASNB 0856 9868 52 of NL56 INGB 0000 6039 04 ten name van Stichting Res Publica, Postbus 11556, 1001 GN Amsterdam.
  • Publicaties

  • Migratie

  • Politieklachten

  • Verschillende opsporings- en inlichtingendiensten in Nederland

    Als activist kan je in aanraking komen met verschillende politie- en inlichtingendiensten. Daarnaast zijn er ook nog particuliere beveiligers in verschillende soorten en maten.

    In veel gevallen zal je met de gewone politie te maken krijgen. Zij zijn over het algemeen als eerste ter plekke om de situatie in ogenschouw te nemen, om de orde te bewaken of om je te arresteren. Over je rechten en plichten die je daar bij hebt kun je elders in dit boek meer lezen.

    Maar er zijn ook nog een aantal andere politiediensten waar je als activist mee te maken kan krijgen. Zo heeft de politie haar eigen inlichtingendienst, de Regionale Inlichtingendienst (RID), en speelt de Centrale Recherche Informatiedienst (CRI) een belangrijke rol in de landelijke cöordinatie.

    De inlichtingendiensten (BVD en MID) hebben bij uitstek tot taak om activisten in de gaten te houden. Meer en meer begeven ook particuliere inlichtingendiensten zich op het terrein van activisme.

    Één van de belangrijkste verschillen tussen een politie- en een inlichtingendienst is dat de politie opsporingsbevoegdheid heeft en een inlichtingendienst niet. Een inlichtingendienst mag alleen informatie over personen en groepen verzamelen en geen mensen arresteren. Deze scheiding is aangebracht na de Tweede Wereldoorlog, waarin de Gestapo zowel een opsporings- als inlichtingendienst was. In de praktijk is deze scheiding niet altijd even strikt, met name bij de Regionale Inlichtingendienst (RID).

    Hieronder volgen een aantal diensten waar je als activist mee te maken kunt krijgen, het is zeker geen overzicht van alle politie-en inlichtingendiensten.

    Politie

    Treed binnen in de wereld die politie heet! De gewone agent die aan het begin van dit hoofdstuk genoemd werd is namelijk maar het topje van de ijsberg. Sinds 1994 bestaat de politie uit 25 regionale korpsen en één landelijk korps. Dit laatste korps heet het Korps Landelijke Politiediensten (KLPD), de Centrale Recherche Informatiedienst (CRI) is hier een onderdeel van. Binnen de regionale korpsen heb je zogenaamde gebiedsgebonden onderdelen zoals wijk- en districtsteams en meer specialistische diensten zoals beleidsafdelingen, facilitair bedrijf, Mobiele Eenheid (ME), recherche en de politie-inlichtingendiensten Criminele Inlichtingendienst en Regionale Inlichtingendienst. De scheiding tussen wijk- en districtsteams en specialistische diensten is niet altijd even helder, zo wordt eenvoudig recherchewerk weer binnen de wijk- of districtsteams gedaan. Deze arbeidsdeling leidt nog al eens tot interne conflicten. Bij de politie is het sowieso intern vaak een slagveld als gevolg van de verschillende bazen. De korpschef van een regio moet namelijk zowel verantwoording afleggen aan de korpsbeheerder (de belangrijkste burgemeester in de regio) als aan de hoofdofficier van justitie in de regio. De eerste is een vertegenwoordiger van het ministerie van Binnenlandse Zaken en gaat over de ordehandhaving, de tweede is een vertegenwoordiger van het ministerie van Justitie en is verantwoordelijk voor de wetshandhaving. Wat goed is voor de een is echter vaak niet goed voor de ander, zo is het vaak moeilijk om de orde te handhaven als je tegelijkertijd zoveel mogelijk mensen wilt oppakken.

    De Regionale Inlichtingendienst (RID)

    Alle 25 politieregios hebben een Regionale Inlichtingendienst (RID). Dit is de opvolger van de Politieke Inlichtingendienst (PID). De RID kun je beschouwen als een soort lokale BVD of als de ogen en oren van de BVD. Lokale politieke manifestaties, acties en actiegroepen worden met name door de RID in de gaten gehouden. In de praktijk zullen de meeste activisten die in aanraking komen met inlichtingendiensten, vooral met de RID te maken krijgen. Benaderingspogingen worden meestal ondernomen door RID-ers.

    RID-ers zijn politieagenten die naast hun politiewerk (en de daarbij behorende opsporingsbevoegdheid) ook inlichtingenwerk verrichten (waarbij ze dan geen opsporingsbevoegdheid hebben). Vaak is het erg onduidelijk of een RID-er op een bepaald moment politiewerk doet ten behoeve van de openbare orde of inlichtingenwerk voor de BVD verricht. Onduidelijk is dan ook onder wiens verantwoording dit werk valt (respectievelijk de burgemeester of de minister van Binnenlandse Zaken) en wat er met de vergaarde gegevens gebeurt. Zo bleken RID-ers in Nijmegen die onderzoek deden naar strafbare feiten gepleegd door een extreem-rechts clubje (opsporingswerk dus) regelmatig informatie door te spelen aan de BVD.

    Op dit moment zijn er zon 120 fulltime RID-ers werkzaam in Nederland.

     

    De Criminele Inlichtingendienst (CID)

    Net als een RID heeft ook elk politiekorps een Criminele Inlichtingendienst, de CID. Daarnaast bestaat er ook nog een Nationale Criminele Inlichtingendienst, de NCID.

    De CID houdt zich voornamelijk bezig met informatie-inwinning over echte criminelen, met name met behulp van informanten uit het criminele circuit.

    Als activist zul je minder snel met de CID te maken krijgen, maar bij ernstige, georganiseerde acties kan de CID eigen onderzoek doen naar activisten. Zo was de CID o.a. betrokken bij het onderzoek naar de rellen rond de ontruiming van het gekraakte Wolters Noordhoff Complex in Groningen in 1990.

    Ook komt het voor dat een crimineel door de CID benaderd wordt om in politieke kringen als informant of als infiltrant op te treden. (zie bijvoorbeeld het boek Homerus van OBIV, over iemand uit het drugscircuit die jarenlang infiltreerde in de Nijmeegse kraakbeweging.)

    De Regionale Criminele Inlichtingendienst (RCID)

    In veel korpsen werken de RID en de CID nauw samen. Soms structureel onder de naam RCID, soms ook in meer tijdelijke samenwerkingsverbanden.

    De Centrale Recherche Informatiedienst (CRI)

    De CRI valt onder het KLPD, Korps Landelijke Politiediensten, en is opgericht in 1972. Het fungeert als een soort landelijk coördinatie- en servicecentrum voor politie en justitie. De CRI is onderverdeeld in vier diensten, waarbij met name de Dienst Bijzondere Recherche Zaken (DBRZ) voor activisten van belang is.

    De DBRZ houdt zich bezig met terroristisch en politiek activisme, getuigenbescherming en coördinatie en uitvoering van (inter)nationale politiële infiltratie. Ze beschikken over een eigen observatieteam. Ook maken zij allerlei analyses voor politie en justitie. Zo werd er bijvoorbeeld in 1990 een analyse gemaakt van de ontruiming van het gekraakte Wolters Noordhoff Complex in Groningen en was de DBRZ (toen nog Bijzondere Zaken Centrale geheten) erg actief bij het onderzoek naar de RARA, een groepering die in de jaren 80 en 90 regelmatig bomaanslagen pleegde. In feite is de DBRZ een concurrent van de BVD, zij doen deels hetzelfde werk, wat soms tot grote conflicten leidt.

    Bij de DBRZ werken zon 70 personen.

     

    Inlichtingendiensten

     

    De Binnenlandse Veiligheidsdienst (BVD)

    De BVD bestaat sinds 1949, als opvolger van de Centrale Veiligheidsdienst. Ze verzamelt informatie over organisaties en personen waarvan ze vindt dat die een bedreiging voor de democratische rechtsorde vormen of zouden kunnen gaan vormen. Ook doet ze veiligheidsonderzoeken naar kandidaten voor vertrouwensfuncties bij de overheid en in het bedrijfsleven. De laatste jaren verschuiven de werkzaamheden van de BVD naar georganiseerde criminaliteit en economische spionage.

    De BVD is onderverdeeld in allerlei verschillende afdelingen en teams. Zo zijn er bijvoorbeeld speciale afdelingen die zich bezighouden met extreem-rechts en / of linkse groeperingen. Ook zijn er regelmatig projectmatige teams die zich voor een bepaalde tijd met een onderwerp of een organisatie bezighouden.

    Er is erg weinig controle op de BVD. Er is een kamercommisie die officieel controleert of de BVD zich aan de wet houdt. In deze commisie zitten de fractievoorzitters van de vier grootste partijen. Wat er in de commissie besproken wordt is echter niet openbaar. Sinds 1991 komt de BVD met een jaarverslag. Zolang niemand kan controleren of klopt wat er in staat, blijft dit natuurlijk een wassen neus. Toch een samenvatting uit de laatste twee jaarverslagen (1997 en 1998) :

    De BVD richtte zich in die jaren zich op een zevental aandachtsgebieden :

    1. Aantasting van grondrechten.

    Hieronder vallen extreem-rechtse organisaties, islamitische organisaties voor zover sprake is van ontwikkelingen die zich niet verdragen met de beginselen van de Nederlandse rechtsstaat. en bemoeienis van vreemde mogendheden (bv. Irak, Iran, Marokko, Rusland) en dan met name hun inlichtingendiensten

    2. (internationaal) georganiseerde criminaliteit.

    3. Terrorisme en ander politiek geweld.

    Hieronder vallen o.a. radicale islamitische organisaties, de PKK, extreem-linkse (DHKP-C) zowel als extreem-rechtse (Grijze Wolven) Turkse groeperingen, Noord-Ierse groeperingen en wat door de BVD als gewelddadige activisten wordt aangeduid ; RARA, Eurotop-activisten, maar ook radicalere milieu-activisten als het ELF. en Groen Front

      1. Proliferatie van massavernietigingswapens en conventionele wapenhandel.

    Hierbij gaat het uiteraard niet om landen die dit soort wapens mogen maken en verhandelen, maar om zogenaamde risicolanden als Iran, Irak, Libië, Pakistan enz..

    • Spionage.

     

    Volgens het BVD-jaarverslag gaat het hierbij met name om de activiteiten van de verschilende Russische inlichtingen- en veiligheidsdiensten en economische spionage.

    • Integriteit van de openbare sector.

     

    “De dienst geeft advies en ondersteuning aan overheidsinstanties die hun weerbaarheid tegen fraude, corruptie en dergelijke willen vergroten.”

    7. Beveiligingsbevordering Hierbij gaat het voornamelijk over het geven van veiligheidsadviezen aan overheden en vitale onderdelen van het bedrijfsleven (bijvoorbeeld Schiphol, en verschillende havens).

    In 1997 stelde men tevens onderzoeken in naar medewerkers van onder andere Koninklijke Schelde Maritiem BV, en TNO.

    Ook werden er beveiligingsadviezen verstrekt aan in Nederland gevestigde internationale instellingen als het Joegoslavie-tribunaal. Verder stelde de BVD in 1997 27.684 en in 1998 35698 veiligheidsonderzoeken in naar kandidaten voor vertrouwensfuncties bij de overheid en in het bedrijfsleven. In 397 gevallen in 1997 en 1298 gevallen in 1998 weigerde men een verklaring van geen bezwaar af te geven. Waar deze weigeringen op gebaseerd zijn is niet duidelijk.

    Naast deze zeven hoofdonderwerpen hield de BVD zich in 1998 ook nog bezig met Suriname (Bouterse, drugshandel), voetbalvandalisme, de Molukse gemeenschap in Nederland, het Lockerbie-proces en de problemen rond Marokkaanse jongeren in Amsterdam. Op 31 december 1998 waren bij de BVD (officieel) 563 medewerkers in dienst.

    (Bovenstaande gegevens komen uit het BVD-jaarverslag)

    De Militaire Inlichtingendienst (MID)

    Een inlichtingendienst die de laatste tijd regelmatig in het nieuws is geweest (denk aan de verkeerd ontwikkelde fotorolletjes uit Srebrenica) is de MID. De MID is halverwege de jaren tachtig ontstaan uit een samenvoeging van de inlichtingendiensten van de landmacht (LAMID), luchtmacht (LUID) en de marine (MARID) met de afdeling Inlichtingen en Veiligheid van de Defensiestaf. De belangrijkste taak ven de MID is het adviseren van het leger over vijandelijke of potentieel vijandelijke strijdkrachten. Als activist zul je eigenlijk alleen met de MID te maken krijgen als je antimilitaristische acties doet. Het is bekend dat de MID vrij goed in de gaten houdt wie zich met dit soort acties bezighoudt. In de jaren tachtig verschenen ook verschillende documenten (onder andere van de actiegroep Onkruit) waaruit bleek dat de Lamid en de LUID zich bezig hielden met systematische observatie van antimilitaristische burgers en de vredesbeweging.

    Bij de MID werken zon 800 personen.

    De Koninklijke Marechaussee (KMAR)

    Naast de landmacht, luchtmacht en marine kent het Nederlandse leger sinds 1998 de Koninklijke Marechaussee (KMAR) als vierde zelfstandige krijgsmachtdeel.

    De belangrijkste taken van de KMAR zijn grensbewaking inzake personen (ook bij havens en vliegvelden) en politietaken binnen de krijgsmacht: orde handhaving en het opsporen van strafbare feiten. Verder de uitvoering van de politietaak op een aantal luchtvaartterreinen (waaronder Schiphol), militaire terreinen, verboden plaatsen krachtens de Wet Bescherming Staatsgeheimen en rond de ambstwoning van de minister-president, een aantal taken in het kader van de Vreemdelingenwet, persoonsbeveiliging voor de koninklijke familie en VIPs en beveiliging van de transporten van de Nederlandse Bank.

    De KMAR beschikt over vier bijstandspeletons, vergelijkbaar met de ME, en een eigen observatieteam.

    Vanouds had de Centrale Recherche KMAR, gevestigd te Utrecht, een afdeling Algemene Recherche en Terrorisme. Deze afdeling had een warme belangstelling voor antimilitaristische activiteiten op defensielocaties en beschikte over een eigen database met foto’s en vingerafdrukken. Ze hadden bovendien een contactpersoon bij de Dienst Bijzondere Recherchezaken (zie CRI) en speurden bij open dagen van het leger naar eventuele antimilitaristen.

    In 1998 is de Centrale Recherche geheel gereorganiseerd en heet nu Centrale Justitiële Dienst KMAR (CJDKMAR). Onder deze dienst ressorteert onder meer een Bureau Projectvoorbereiding (PROVO), dat zich bezighoudt met de voorbereiding van tactische recherche-onderzoeken op basis van verzamelde (justitiële) informatie over dadergroepen. Ook hebben ze nu een Criminele Inlichtingendienst (CID), een Bureau Misdaadanalyse en een infodesk Vreemdelingenzaken, die contacten onderhoudt met de unit Mensensmokkel. Al deze afdelingen leggen een hoge prioriteit bij mensensmokkel en aanverwante activiteiten.

    In 1993 is op initiatief van Frankrijk en Italië een samenwerkingsverband opgericht van vergelijkbare eenheden. Doel is onder meer de gezamenlijke voorbereiding van internationale operaties op het gebied van ‘crowd and riot control’ (CRC) en openbare orde. Van de club maakten de Franse gendarmerie, de Italiaanse carabinieri, de Spaanse guardia civil en de Portugese republikeinse garde al deel uit. Rond 1998 is de marechaussee toegetreden tot dit gezelschap.

     

    Particuliere diensten :

    Particuliere beveiligingsdiensten zijn de laatste jaren sterk in opkomst. Op dit moment staan er in Nederland zon twintigduizend particuliere beveiligers geregistreerd.Voor het grootste deel gaat het hier om geuniformeerde beveiligers bij bedrijven en evenementen, en beveiliging op luchthavens en stations.

    Daarnaast zijn er in Nederland enkele honderden particuliere recherchebedrijven. Dit zijn over het algemeen door oud-politiemensen opgezette onderzoeksbedrijven, die vaak werken voor grote verzekeraars, banken en andere multinationals. In deze tijd waarin informatie een steeds grotere rol speelt, en een grote economische waarde vertegenwoordigt, zijn dit soort bedrijfjes met name gespecialiseerd in het vergaren en beveiligen van informatie.

    Onder het vergaren van informatie wordt door veel bedrijven onder meer verstaan het verzamelen van gegevens over mogelijke tegenstanders, zoals activisten en vakbonden. Bekende voorbeelden hiervan zijn grote multinationals als McDonalds en Shell. Een andere instelling die zich bezighoudt met het verzamelen van gegevens over politieke tegenstanders is het Nederlandse Bont Instituut. Volgens eigen zeggen hebben zij een data-bestand met tienduizenden antibontactivisten

    Ik weet dat ik in de gaten word gehouden. Bij verschillende mensen is door inlichtingendiensten geprobeerd informatie over mij in te winnen. Ze waren met een onderzoek naar een aantal mensen bezig, en kwamen met hele lijsten van acties waar we aan mee gedaan zouden hebben, vergaderingen enz. Behoorlijk gedetaileerd, ook over bezoeken aan het buitenland en dergelijke.

    In eerste instantie dacht ik : het is dus toch waar, want ik had al wel een vermoeden dat post werd opengemaakt en de telefoon werd afgeluisterd. Maar eigenlijk ben ik er nu een stuk nonchalanter onder, nu ik het weet. Het heeft wel iets engs, maar het is ook iets waar je eigenlijk altijd rekening mee zou moeten houden.

    Voorzichtiger ben ik niet geworden, dat was ik altijd al. Bepaalde acties doe ik niet, of alleen met mensen die ik echt vertrouw.

    Ik heb ook tegen mensen gezegd dat ik niet meer wilde dat ze me over bepaalde onderwerpen belden, of dat ik niet meer wilde dat ze bij me langs kwamen, omdat mn huis ook geobserveerd werd. Ik had gewoon geen zin om andere mensen er bij te betrekken.