• Buro Jansen & Janssen is een onderzoeksburo dat politie, justitie, inlichtingendiensten, de overheid in Nederland en Europa kritisch volgt. Een grond-rechten kollektief dat al 30 jaar publiceert over uitbreiding van repressieve wetgeving, publiek-private samenwerking, bevoegdheden, overheids-optreden en andere staatsaangelegenheden.
    Buro Jansen & Janssen Postbus 10591, 1001EN Amsterdam, 020-6123202, 06-34339533, signal +31684065516, info@burojansen.nl (pgp)
    Steun Buro Jansen & Janssen. Word donateur, NL43 ASNB 0856 9868 52 of NL56 INGB 0000 6039 04 ten name van Stichting Res Publica, Postbus 11556, 1001 GN Amsterdam.
  • Publicaties

  • Migratie

  • Politieklachten

  • Benadering van Annemiek

    Eind januari 2003 werd Annemiek gebeld door iemand die zich uitgaf voor “Piet M. van de recherche te B.”. Piet zei dat hij met haar wilde praten over bedreigingen naar haar vanuit extreemrechtse hoek. Piet wilde graag ‘op een rustige plek’ afspreken, iets wat Annemiek maar vreemd vond. Zij drong erop aan om op het politiebureau af te spreken. Met moeite gaf Piet daaraan toe.
    Op het bureau werd Annemiek ontvangen in een apart kamertje. Piet stelde wat vragen over de actiebeweging waar Annemiek in zat. “Dat ik geronseld werd als informant kwam geen moment in me op. Het gesprek was licht ondervragend, maar niet dwingend. Hij vroeg of hij nog eens mocht opbellen voor een tweede gesprek”, vertelde Annemiek.
    Na een maand belde Piet weer op en een aantal dagen later kwam hij langs. Deze keer was hij niet alleen, maar had hij een collega bij zich, die zich voorstelde als Pim van de AIVD. Ze stelden vragen over haar betrokkenheid bij een aantal links-radicale organisaties en groepen. Ook stelden ze vragen over contacten met andere linkse personen. Aan het einde van het gesprek vroegen ze of Annemiek voor hen wilde werken. Ze reageerde alsof het een grap was en vroeg hoeveel ze wilden betalen, maar het bleek serieus te zijn. “Daar komen we wel uit”, antwoordde Pim. Twee weken later had Annemiek de eerste afspraak in een café buiten de stad.
    Annemiek zei dat ze als informant was gaan werken omdat ze zich vereerd voelde en het gevoel had dat ze zo iets “belangrijks” deed. “Er werd me wijsgemaakt dat ik echt iets betekende voor de maatschappij op die manier. Ik was erg trots op mezelf en op wat ik deed, ik stak er al mijn tijd in en zoveel mogelijk energie”, aldus Annemiek. Bovendien werd Annemiek verliefd op één van haar runners. “Hij leek ook oprecht geïnteresseerd in mij en mijn leven. Gaf me altijd ontzettend veel complimentjes. Vertelde altijd hoe leuk hij het vond me weer te zien, vertelde me hoe goed mijn haar me stond, en elke verandering aan mijn uiterlijk merkte hij altijd op”.
    Tot halverwege 2004 heeft Annemiek maandelijks een afspraak gehad met Piet en Pim. Tussendoor had ze ook minstens één keer per week telefonisch contact, in principe kon Annemiek ze altijd telefonisch bereiken. Als ze een afspraak wilden maken belde Piet naar Annemiek en vroeg haar naar het station te komen. Daar werd ze dan opnieuw gebeld en kreeg ze te horen waar ze met trein naartoe moest komen. In die plaats kreeg ze dan weer te horen naar welk restaurant ze moest komen.
    Annemiek kreeg 150 euro per maand plus declaraties. Ze kon van alles declareren, treinkaartjes, eten en drinken op demonstraties, boodschappen voor in het kraakpand. Hoe meer ze deed, hoe meer bonus ze kreeg. Het zat tussen de 250-400 euro per maand. Daarnaast kreeg ze af en toe een cadeautje (bv. een CD-bon van 50 euro)
    Piet en Pim vroegen Annemiek zoveel mogelijk kraakpanden te bezoeken, naar zoveel mogelijk demonstraties te gaan en zoveel mogelijk bijeenkomsten te bezoeken. Ze vroegen haar dan een gedetailleerd verslag te schrijven. Bij het gesprek dat daar dan op volgde werden naar aanleiding van dat verslag weer vragen gesteld. Annemiek kreeg van Piet en Pim ook vaak te horen waar ze naartoe moest gaan. Ze moest zoveel mogelijk observeren. Ook moest ze af en toe foto’s maken bv van mensen in een kraakpand. Van vergaderingen moest Annemiek doorgeven wie wat gezegd had en op foto’s moest ze aan wijzen wie er waren. Ook moest ze contact leggen met bepaalde mensen, bv de toenmalige woordvoerder van het DBF, Kevin Heller, maar ook mensen van AFA, Vrankrijk, Eurodusnie en Dwars.
    Piet en Pim beloofden Annemiek een soort van immuniteit. Als ze bij akties opgepakt zou worden, zouden zij zorgen dat ze weer vrij kwam. Als ze meedeed aan akties was er altijd iemand in de buurt die haar onopvallend in de gaten hield en zou ingrijpen als het nodig was.
    In de zomer van 2004 begon Annemiek te twijfelen. “Ik ging ook echte vrienden verraden, en daar voelde ik me niet goed bij”. Ze ging nog wel twee maanden door met de gesprekken. Annemiek was nog steeds verliefd en bovendien hadden Pim en Piet gedreigd dat als ze iets openbaar zou maken de consequenties niet te overzien zouden zijn. Uiteindelijk stopte in het najaar van 2004