Op 1 juli `98 organiseerde het Autonoom Centrum een actie tegen de koppelingswet, die op die datum in werking trad. Zestig `ambtenaren’ met beeldschermen op hun hoofd, geketend en gekoppeld aan een centraal bediend computerpaneel, begroeven artikel 1 van de grondwet onder tien kubieke meter aarde. De tekst, een interpretatie van dit artikel van de gronwet, is gebeiteld in een monument op de Hofplaats, voor het Binnenhof in Den Haag. De bestelde vrachtwagen met aarde kieperde ter plekke de aarde neer en de bedrijvige, activistische `ambtenaren’ losten elkaar af in het scheppen en verplaatsen van kruiwagens aarde. Een zestal `zwarte kraaien’ legde een krans op het graf.
De actie vond plaats 135 jaar na de afschaffing van de slavernij in Nederland. Met de invoering van de koppelingswet is het gelijkheidsbeginsel zoals verwoord in artikel 1 van de grondwet om zeep geholpen. Duizenden mensen zonder permanente verblijfsvergunning worden uitgesloten van collectieve voorzieningen. Met deze administratieve apartheid ontstaat een tweedeling in de maatschappij. Het sociale karakter van de samenleving wordt ondergraven en een `verklikkersmaatschappij’ dreigt te ontstaan.
Proefproces gewonnen
Op 22 september jl. diende een proefproces tegen de koppelingswet dat bij uitspraak van 7 oktober gewonnen werd. Uit naam van een Koerdische dienstweigeraar in procedure voor humanitair verblijf, pleitte advokate Ite van Dijk uit Den Haag voor hervatting van zijn bijstandsuitkering. Deze uitkering was namelijk stopgezet door koppelingswet. Mede-pleiters in het proefproces waren vijf organisaties die onder andere actie voeren tegen de koppelingswet en spreekuren houden voor vluchtelingen en illegalen: Autonoom Centrum, OKIA, Fabel, Radar en HIFD. De avokate beriep zich op het EVSMB, het Europees Verdrag betreffende Sociale en Medische Bijstand. Landen van de Raad van Europa verplichten zich door dit verdrag sociale en medische bijstand aan elkaars onderdanen te verlenen indien zij rechtmatig in zo’n land verblijven. De landsadvokaat bestreed dat ook mensen wachtend in een verblijfsprocedure hier `rechtmatig verblijven’ en dus recht hebben op bijstand. Tevergeefs. Met dit proces is een eerste gat geschoten in de koppelingswet, nu moet de rest nog onder vuur worden genomen.
Gemeenten in verzet
Langzaamaan beginnen zich de gevolgen van de koppelingswet af te tekenen. Gedupeerden ontvangen de ene brief na de andere van verschillende instanties die hen willen gaan `afkoppelen’, zoals het GAK, huursubsidie en huisvesting. Veel mensen raken hierdoor in paniek. Gemeente-ambtenaren weten niet goed hoe de wet uit te voeren, afgezien nog van de technische uitvoeringsproblemen. En uitsluiting ligt heel gevoelig; sommige ambtenaren zijn gewetensbezwaard. De wet wordt verschillend geïnterpreteerd en de wetstekst hier en daar strenger dan de wet voorschrijft uitgelegd. Bijvoorbeeld mensen die gedoogd worden, of `rechtmatig verblijvenden’ vallen onterecht buiten de boot.
Per 1 oktober verviel de overgangsregeling die Sociale Zaken had ingesteld voor gemeenten. In deze overgangsperiode konden gemeenten mensen die door de koppelingswet hun bijstandsuitkering verloren nog drie maanden doorbetalen. Verschillende gemeenten hebben rond de koppelingswet verschillende standpunten ingenomen. Leiden heeft zich vanaf het begin tegen deze wet gekeerd en gesteld deze niet te zullen uitvoeren. Wethouder Laurier meldde in een radioprogramma begin oktober `98 dat Leiden doorgaat bijstand te verlenen aan door de koppelingswet gedupeerden, desnoods uit eigen zak. Eindhoven heeft de overgangsregeling met nog eens drie maanden verlengd voor de `echt schrijnende gevallen’. De gemeente Groningen waarschuwde in een brief aan het kabinet in juni `98 voor de inhumane gevolgen van de wet, nameljk het in de illegaliteit dringen van vreemdelingen. B & W willen die gevolgen niet voor hun rekening nemen en zij vinden dat er opvang en begeleiding moet zijn voor vreemdelingen totdat er duidelijkheid is over hun verwijdering. Dit betekent dat B & W in het uiterste geval zullen trachten ondersteuning te laten geven aan deze vreemdelingen. In Breda stemden B & W onlangs in met de provinciale `knelpuntennotitie mensen zonder (tijdelijke) verblijfsvergunning’. Twee van de aanbevelingen die daaruit voortvloeien: de gevolgen van de koppelingswet monitoren en de maatschappelijke opvang een grotere rol laten spelen in de opvang van illegalen. Het Platform Hulpverlening aan Illegalen waarin een aantal hulpverleningsinstellingen verenigd, biedt geestelijke en lichamelijke gezondheidszorg aan illegalen in Breda. Ook zijn er netwerken van instellingen die met uitgeprocedeerden te maken hebben. De gemeente Amsterdam maakte ook gebruik van de overgangsregeling maar voert de wet inmiddels uit. Met name bij de zogenaamde `witte illegalen’ wordt nu de ene kraan na de andere dichtgedraaid.
Rens den Hollander