Worden Greenpeace, Milieudefensie en andere milieuorganisaties in Nederland in de gaten gehouden door de bedrijven die zij kritisch volgen? Duidelijke aanwijzingen zijn er niet, maar de Amerikaanse praktijk van de jaren negentig die James Ridgeway in het maanblad Motherjones schetst, plaatst vraagtekens bij deze betrekkelijke rust. Het verhaal van Ridgeway is een moderne variant van de oud papier-affaire die Buro Jansen & Janssen in 1994 onthulde. Marcel Paul Knotter haalde toen
jarenlang oud papier op bij verschillende actiegroepen. Het papier was zogenaamd bestemd voor een school, maar in werkelijkheid bracht hij het naar het kantoor van ABC in Vinkeveen. ABC was het particuliere recherchebureau van Peter Siebelt, die de informatie regelmatig deelde met de Telegraaf. In het Amerikaanse verhaal gaat het om Beckett Brown International (BBI), in 2000 omgedoopt tot S2i. BBI, werkzaam van 1995 tot en met 2001, was een maatje groter dan ABC. Het bedrijf kon tot zijn klantenkring the Carlyle Group, the National Rifle Assocoation, Wal-Mart, maar ook grote public-relations bedrijven zoals Ketchum en Nichols-Dezenhall Communications rekenen. Ketchum is een internationaal pr bedrijf en heeft in Nederland als zakelijke partner Winkelman en Van Hessen. Ridgeway sprak uitgebreid met de gedesillusioneerde investeerder John C. Dodd III die hem ook verschillende interne documenten van BBI overhandigde.
Vuilnis van milieugroepen gebruikt door grote bedrijven in de Verenigde Staten
June 14, 2008