Het preventief fouilleren in Amsterdam is bekeken aan de hand van de jaarlijkse rapportages van het Instituut voor Veiligheids- en Crisismanagement COT. Het COT constateert jaarlijks dat het fouilleren effectief is en helpt om het aantal ‘wapenincidenten’ terug te brengen in Amsterdam Zuidoost en de binnenstad, de twee zogenaamde veiligheidsrisicogebieden. Mede door deze positieve conclusies wordt er nu ook gefouilleerd in Amsterdam Oost. Waarom deze conclusie zijn getrokken blijft onduidelijk. Een systematische analyse van cijfers zoals het COT deze presenteert roepen veel vragen op over die zogenaamde effectiviteit, maar ook over de betrouwbaarheid van cijfers van de Amsterdamse politie.
Gebrek aan zelf reflectie leidt tot ondoordacht handelen van politie en inlichtingendiensten met de kans op noodlottige gevolgen
In de discussie over de politieactie rond de Ikea van 12 maart 2009 gaat het vooral om de noodzaak van het optreden, de wijze van arrestatie, de vermelding van de afkomst van de verdachten, de slechte communicatie tussen de korpsbeheerder en de korpschef en de weigering om de excuses aan te bieden. Het probleem ligt echter dieper. Bij terrorisme en in bredere zin bij het veiligheidsbeleid treedt de overheid met veel bombarie op, stoere macho taal, en is niet genegen tot enig zelfonderzoek. De woorden van de Amsterdamse burgemeester Cohen zijn exemplarisch: “de volgende keer doen wij het precies hetzelfde.”
De tragiek van de openbaarheid in Nederland (deel 1)
Maandag 31 december 2007 vond een lawaaidemonstratie plaats bij verschillende gevangenissen in Nederland waar ook vluchtelingen worden opgesloten. Bij een lawaaidemonstratie worden gevangen vluchtelingen met veel lawaai en met leuzen een hart onder de riem gestoken. De demonstratie was een protest tegen het repressieve vluchtelingenbeleid in Nederland en bedoeld als steun aan de gevangenen. Op de lijst met gevangenissen stonden Zaandam, Schiphol, Nieuwersluis en de Bijlmerbajes. Het idee was om bij elke locatie een half uur lawaai te maken en vuurwerk af te steken.
Bij de Zaanse gevangenisboten voor vluchtelingen vond de eerste lawaaidemonstratie plaats. Omdat het hek rond het terrein open stond, konden de actievoerders dichter bij de boten komen om hun oud en nieuw groet aan de gevangen vluchtelingen mee delen. Ook werd er vuurwerk afgestoken. Zonder Na een half uur keerden de demonstranten terug naar de bus om hun demonstratieve tocht voort te zetten naar Schiphol.
Nut en noodzaak van inlichtingendiensten wordt alleen zichtbaar als feiten over het werk van die diensten aan het licht komen. Succes verhalen over operaties worden beschreven door loyale onderzoekers en ‘deskundigen.’ Rob de Wijk stelde het boek ‘Doelwit Europa’ samen om te laten zien hoeveel aanslagen voorkomen waren door veiligheidsdiensten. Bij die succesverhalen zijn kanttekeningen te zetten. Er is bijvoorbeeld de voorkennis over aanslagen van de inlichtingendiensten waar niets is mee gedaan. De gevolgen van dat inadequate optreden is duidelijk geworden op 11 maart 2004 in Madrid en de 5 juli 2005 in London. Ook de betrokkenheid van informanten en infiltranten van inlichtingendiensten bij ernstige strafbare feiten roept vragen op over nut en noodzaak.
De conclusies uit de doctoraalscriptie Nederlands Recht uit 2005 van Anna Jasiak meningsuitingen en het internet: onbegrensde vrijheid? De scriptie is een rechtsvergelijkend onderzoek naar de beperking van de vrijheid van meningsuiting op het Internet in het Amerikaans, Nederlands en Europees recht. De conclusies zijn als artikel opgenomen, de volledige doctoraalscriptie als link.
Amsterdam
– Evaluatie Preventief Fouilleren 2003 Amsterdam
– Evaluatie Preventief Fouilleren 2004 Amsterdam
– Evaluatie Preventief Fouilleren 2005 Amsterdam
– Evaluatie Preventief Fouilleren 2006 Amsterdam
– Evaluatie Preventief Fouilleren 2007 Amsterdam
– Evaluatie Preventief Fouilleren 2008 Amsterdam
– Evaluatie Preventief Fouilleren 2009 Amsterdam
LJN: AO4770, Rechtbank Breda , 76686-03
Datum uitspraak: 02-03-2004
Datum publicatie: 02-03-2004
Rechtsgebied: Straf
Soort procedure: Eerste aanleg – meervoudig
Inhoudsindicatie: Toetsing rechtmatigheid preventief fouilleren. Verzoek om de zakken leeg te maken vormt een inbreuk op het recht op privacy nu het als onderdeel van het fouilleren dient te worden beschouwd . Gelet op het te beschermen belang, de ernst van de inbreuk en de waarborgen waarmee de regeling is omkleed acht de rechtbank het toepassen van de bevoegdheid tot preventief fouilleren in het onderhavige geval niet in strijd met artikel 8 EVRM.
LJN: AP5618, Rechtbank Alkmaar , 03/1437
Datum uitspraak: 28-06-2004
Datum publicatie: 01-07-2004
Rechtsgebied: Bestuursrecht overig
Soort procedure: Eerste aanleg – meervoudig
Inhoudsindicatie: Veiligheidsrisicogebied; regelmatige bezoekster geen belanghebbende bij aanwijzingsbesluit.
Uitspraak in hoger beroep bevestigd; LJN AS9248.
LJN: AG1672,Voorzieningenrechter Rechtbank Alkmaar , GEMWT 03/592
Datum uitspraak: 16-06-2003
Datum publicatie: 19-06-2003
Rechtsgebied: Bestuursrecht overig
Soort procedure: Voorlopige voorziening
Inhoudsindicatie: Bij besluit van 6 januari 2003, bekendgemaakt op 9 januari 2003, heeft verweerder krachtens artikel 2.1.1.3 van de Algemene plaatselijke verordening (hierna: de APV) voor de periode van 10 januari 2003 tot en met 30 juni 2003 aangewezen als veiligheidsrisicogebied het gebied gelegen binnen de grenzen van het Koningsplein, Polderweg, en de daaraan gelegen parkeerterreinen, de Prins Hendriklaan, de Plantsoenstraat, Spoorstraat, Molenstraat en Oostslootstraat, een en ander zoals weergegeven op de bij het besluit behorende kaart. Tegen dit besluit heeft verzoekster bij brief van 16 februari 2003, nader aangevuld bij brief van 25 april 2003, bezwaar gemaakt.
LJN: AT4652,Voorzieningenrechter Rechtbank Utrecht , SBR 05/565 VV + 05/783
Datum uitspraak: 20-04-2005
Datum publicatie: 26-04-2005
Rechtsgebied: Bestuursrecht overig
Soort procedure: Voorlopige voorziening+bodemzaak
Inhoudsindicatie: Aanwijzingsbesluit veiligheidsrisicogebied Amsterdamsestraatweg te Utrecht. Inwoner gebied is belanghebbende. Schorsing primair besluit op grond van artikel 8:72, vijfde lid, Awb. Artikel 8 EVRM. Proportionaliteit. Motiveringsgebrek.
Uitspraak in hoger beroep bevestigd; LJN AU5839. Onder LJN AT6570 is in deze zaak een voorlopige voorziening uitgesproken.
LJN: AO4764, Rechtbank Breda , 76688-03
Datum uitspraak: 02-03-2004
Datum publicatie: 02-03-2004
Rechtsgebied: Straf
Soort procedure: Eerste aanleg – meervoudig
Inhoudsindicatie: Aan verdachte is in het kader van een preventieve fouillering door politieambtenaren gevraagd of hij wapens of drugs bij zich had. Hij heeft de XTC pillen vervolgens vrijwillig overhandigd. Nu door het stellen van vragen geen inbreuk wordt gemaakt op het recht op privacy vloeit deze bevoegdheid voort uit artikel 2 Politiewet. De rechtbank komt dan ook niet toe aan een beoordeling van de rechtmatigheid van het preventief fouilleren.
LJN: AV1477, Gerechtshof Amsterdam , 23-001108-05
Datum uitspraak: 10-02-2006
Datum publicatie: 10-02-2006
Rechtsgebied: Straf
Soort procedure: Hoger beroep
Inhoudsindicatie: Gelet op de motivering van de burgmeester van de gemeente Amsterdam van het aanwijzingsbesluit van 26 juni 2003 in samenhang met de toelichting daarop in diens brief van 10 oktober 2005, komt het hof de (hiernieuwde) aanwijzing van het veiligheidsrisicogebied (groot gedeelte van de Amsterdamse binnenstad) alsmede de omvang en de tijdsduur daarvan, niet onredelijk voor. De door de officier van justitie gegeven motivering van het bevel tot het houden van een preventieve fouilleringsactie in het door de burgemeester aangewezen veilighiedsrisicogebied, in samenhang met het ten behoeve daarvan opgemaakte sfeerproces-verbaal en de daarin genoemde concrete statistische gegevens, leveren naar het oordeel van het hof feiten en omstandigheden op die de noodzaak van de uit het bevel voortvloeiende bevoegdheden voldoende onderbouwen en de op 3 oktober 2003 gehouden preventieve fouilleringsactie kunnen rechtvaardigen. .
LJN: AR2104, Hoge Raad , 00713/04
Datum uitspraak: 26-10-2004
Datum publicatie: 26-10-2004
Rechtsgebied: Straf
Soort procedure: Cassatie
Inhoudsindicatie: OM-cassatie. Hof oordeelde terecht dat art. 52.4 WWM geen grondslag bood voor fouillering nu verdachte zich ten tijde van de fouillering niet heeft bevonden op een voor aankomst en vertrek van reizigers bestemd gedeelte van een luchtvaartterein (doch in een parkeergarage). Het cassatiemiddel klaagt niet over het rechtsgevolg dat het hof heeft verbonden aan de vastgestelde schending van genoemde bepaling (bewijsuitsluiting).
Uitspraak lees meer
LJN: AZ2475, Hoge Raad , 00225/06
Datum uitspraak: 20-02-2007
Datum publicatie: 20-02-2007
Rechtsgebied: Straf
Soort procedure: Cassatie
Inhoudsindicatie: Bij besluit van 20-11-02 heeft de burgemeester van A?dam een deel van die stad aangewezen als veiligheidsrisicogebied, voor de duur van 6 maanden, welke aanwijzing bij besluit van 26-6-03 met 12 maanden is verlengd, met wijziging van de gebiedsgrenzen. In een veiligheidsrisicogebied kan preventief worden gefouilleerd. Verdachte heeft op 19-02-04 geweigerd te voldoen aan het bevel van een politieambtenaar zich aan een dergelijke fouillering te onderwerpen en is vervolgd t.z.v. art. 184 Sr. Toetsing rechtmatigheid bevel en verbindendheid voorschrift waarop dat bevel is gegrond. HR herhaalt toepasselijke overwegingen uit HR NJ 2003, 80. Tot het geheel van wettelijke voorschriften dat op het bevel i.c. van toepassing is, dient niet alleen art. 52.3 WWM, maar ook art. 151b Gemeentewet en de op die bepaling gebaseerde verordening van de gemeenteraad te worden gerekend. Onder een door de burgemeester aangewezen veiligheidsrisicogebied a.b.i. art. 52.3 WWM dient te worden verstaan een door de burgemeester bij het desbetreffende aanwijzingsbesluit rechtsgeldig aangewezen gebied. De OvJ kan gelasten dat in zodanig gebied tegenover een ieder de bevoegdheid kan worden uitgeoefend om hem aan zijn kleding te onderzoeken op de aanwezigheid van wapens en munitie. De rechtmatigheid van de last van de OvJ en het daarop gebaseerde bevel van de politie-ambtenaar hangt dus mede af van de rechtmatigheid van het aanwijzingsbesluit: de last dient in overeenstemming te zijn met de op art. 52.3 WWM berustende bevoegdheid van de OvJ, welke bevoegdheid eerst aanwezig is indien de aanwijzing van het gebied door de burgemeester rechtsgeldig is.
LJN: AU3200, Gerechtshof Amsterdam , 23.645.05 Print uitspraak
Datum uitspraak: 23-09-2005
Datum publicatie: 27-09-2005
Rechtsgebied: Straf
Soort procedure: Hoger beroep
Inhoudsindicatie: Verdachte vrijgesproken van het tenlastelegde. Preventieve fouilleringsactie. De burgemeest kan gebied aanwijzen als veiligheidsrisicogebied. Deze in artikel 151b lid 1 van de Gemeentewet neergelegde bevoegdheid kan slechts binnen strikte grenzen op grond van een deugdelijke motivering worden uitgeoefend. De besluiten van de burgemeester van Amsterdam voldoen in casu niet aan de gestelde eisen en zijn onbevoegd genomen en ontberen rechtskracht. Gevolg daarvan is dat reeds daarom eveneens het bevel van de officier van justitie van 18 februari 2004 rechtskracht ontbeert. Bij dat besluit had de officier van justitie te Amsterdam gelast dat in de periode van 19 februari 2004 te 15.00 uur tot en met 20 februari 2004 te 00.00 uur in het aangewezen veiligheidsrisicogebied door de bij of krachtens artikel 141 van het Wetboek van Strafvordering aangewezen ambtenaren tegenover een ieder de bevoegdheden kunnen worden uitgeoefend als bedoeld in de artikelen 50, 51 en 52 van de Wet wapens en munitie.