• Buro Jansen & Janssen is een onderzoeksburo dat politie, justitie, inlichtingendiensten, de overheid in Nederland en Europa kritisch volgt. Een grond-rechten kollektief dat al 30 jaar publiceert over uitbreiding van repressieve wetgeving, publiek-private samenwerking, bevoegdheden, overheids-optreden en andere staatsaangelegenheden.
    Buro Jansen & Janssen Postbus 10591, 1001EN Amsterdam, 020-6123202, 06-34339533, signal +31684065516, info@burojansen.nl (pgp)
    Steun Buro Jansen & Janssen. Word donateur, NL43 ASNB 0856 9868 52 of NL56 INGB 0000 6039 04 ten name van Stichting Res Publica, Postbus 11556, 1001 GN Amsterdam.
  • Publicaties

  • Migratie

  • Politieklachten

  • Bijlage VII – VI.1. Inleiding

    VI. BRUGFUNCTIES IN DE GEORGANISEERDE
    CRIMINALITEIT

    VI.1. Inleiding

    Zoals in het vorige hoofdstuk naar voren is gekomen, opereert de
    georganiseerde criminaliteit niet in een maatschappelijk vacum.
    Criminele groepen onderhouden tal van parasitaire en symbiotische
    relaties met legale sectoren van de samenleving. In deze zin is de
    wettige wereld een levensvoorwaarde voor de georganiseerde
    criminaliteit. Ook in dit hoofdstuk wordt de aandacht gevestigd op
    de verbindingen tussen de georganiseerde criminaliteit en de
    conventionele samenleving. De nadruk ligt hier op de manier waarop
    de wettige wereld zich leent voor het leveren van hand- en
    spandiensten aan de georganiseerde criminaliteit. Als gevolg
    hiervan worden niet alleen de gepleegde misdrijven, maar ook de
    illegaal verkregen opbrengsten effectief afgeschermd van de
    politie, justitie en fiscus.

    In dit hoofdstuk wordt op twee aspecten ingegaan. In de eerste
    plaats wordt in paragraaf VI.2 de rol belicht van sommige
    vrije-beroepsbeoefenaars in het afschermen van misdaden en
    misdaadgeld. Achtereenvolgens worden de advocatuur, het notariaat
    en de accountancy besproken. In de tweede plaats wordt specifieker
    aandacht besteed aan de wijzen waarop illegaal verkregen
    opbrengsten in de legale economie worden gesluisd. In paragraaf
    VI.3 wordt beschreven hoe naast vrije-beroepsbeoefenaars ook legale
    branches, zoals de effectenhandel of de banken, bewust of onbewust
    een bijdrage leveren aan het wegsluizen van misdaadgeld. Het
    hoofdstuk wordt afgesloten in paragraaf VI.4 met een kort
    besluit.


    volgende        
    inhoudsopgave en zoeken