• Buro Jansen & Janssen is een onderzoeksburo dat politie, justitie, inlichtingendiensten, de overheid in Nederland en Europa kritisch volgt. Een grond-rechten kollektief dat al 30 jaar publiceert over uitbreiding van repressieve wetgeving, publiek-private samenwerking, bevoegdheden, overheids-optreden en andere staatsaangelegenheden.
    Buro Jansen & Janssen Postbus 10591, 1001EN Amsterdam, 020-6123202, 06-34339533, signal +31684065516, info@burojansen.nl (pgp)
    Steun Buro Jansen & Janssen. Word donateur, NL43 ASNB 0856 9868 52 of NL56 INGB 0000 6039 04 ten name van Stichting Res Publica, Postbus 11556, 1001 GN Amsterdam.
  • Publicaties

  • Migratie

  • Politieklachten

  • Eindrapport – 10.1 Verantwoording

    HOOFDSTUK 10 CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN

    10.1 Verantwoording

    De commissie had de drieledige opdracht om onderzoek te doen
    naar:
    a aard, omvang en ernst van de zware, georganiseerde
    criminaliteit;
    b de feitelijke toepassing, de rechtmatigheid, het verantwoord zijn
    en de effectiviteit van de opsporingsmethoden;
    c de organisatie, het functioneren van en de controle op de
    opsporing.
    De commissie heeft zich ten doel gesteld deze punten te onderzoeken
    met het oog op de gewenste normering van opsporingsmethoden. Voor
    een goede normering is kennis van de drie genoemde onderdelen van
    de opdracht onontbeerlijk. Daarop heeft een belangrijk gedeelte van
    het onderzoek zich gericht. Evenzeer is nodig te beschrijven waarom
    bij de opsporing grote en kleine ontsporingen hebben
    plaatsgevonden. Die beschrijving is noodzakelijk om verantwoorde
    voorstellen te kunnen doen ter verbetering van de organisatie van
    en de controle op de opsporing.

    De kernvraag is waarom niet is gehandeld volgens de gouden
    stelregel: geen bevoegdheid zonder verantwoordelijkheid, geen
    verantwoordelijkheid zonder verantwoording. Normering van
    opsporingsmethoden is niet los te zien van de noodzaak van betere
    verantwoording, beter werken en betere controle. Het werk van de
    commissie heeft zich om die reden ook gericht op voorstellen die de
    gebleken crisis in de opsporing kunnen oplossen. Het opbouwen van
    vertrouwen is meer dan het resoluut stellen van nieuwe regels. In
    de loop van de openbare verhoren is dat de commissie extra
    duidelijk geworden. Daarom heeft zij het evenzeer tot haar taak
    gerekend aan het herstel van vertrouwen veel aandacht te
    besteden.

    Meer dan een IRT-enqute

    De Delta-methode die door het IRT Noord-Holland/Utrecht en een
    aantal politieregio’s is gehanteerd, vormde een belangrijk
    onderdeel van het onderzoek van de commissie. Hoewel velen het
    onderzoek van de commissie als de IRT-enqute hebben betiteld,
    bestrijken de uitkomsten van het onderzoek een veel omvangrijker
    terrein dan louter onderzoek naar de IRT-affaire. De opdracht van
    de commissie was veel breder en daartoe was ook alle aanleiding. Er
    bestond grote onduidelijkheid over zowel de juridische grondslag
    als de sturing en controle van veel opsporingsmethoden. Zoveel was
    al gebleken in het rapport van de Werkgroep vooronderzoek
    opsporingsmethoden.

    Methoden

    De commissie heeft systematisch aandacht besteed aan alle
    opsporingsmethoden. In 1994 en 1995 werd bovendien in verschillende
    rechtszaken en in vele artikelen in pers en vakliteratuur aan de
    orde gesteld dat door de politie gebezigde opsporingsmethoden
    mogelijk onrechtmatig waren en dat het veelal aan de mogelijkheden
    of bereidheid tot controle op opsporingsmethoden ontbroken had. Een
    voorbeeld hiervan was het algemeen bekend worden van
    inkijkoperaties waarvan de mogelijke onrechtmatigheid een
    diepgaande juridische discussie veroorzaakte. Kamerleden hadden, zo
    bleek uit kamervragen, nog nooit van inkijkoperaties gehoord.

    Overeenkomstig haar opdracht heeft de commissie alle
    veronderstelde en daadwerkelijk gehanteerde opsporingsmethoden aan
    onderzoek onderworpen. Zij is daarbij niet op geheel nieuwe en
    onbekende methoden gestuit. Wel heeft zij een veel beter inzicht
    verworven dan naar voren komt in het rapport van de Werkgroep
    vooronderzoek opsporingsmethoden, Opsporing gezocht.

    Organisaties

    De commissie heeft krachtens haar opdracht de bij de opsporing
    op enigerlei wijze betrokken organisaties nader onderzocht. Het
    onderzoek is gericht geweest op alle lagen van deze organisaties
    van de de rechercheur tot de minister.
    De juiste en verantwoorde toepassing van opsporingsmethoden is
    altijd afhankelijk van degenen die de bevoegdheid uitoefenen en van
    hen die daarop krachtens hun verantwoordelijkheid dienen toe te
    zien. De kwaliteit van de betrokken organisaties en de manier
    waarop functionarissen hun bevoegdheden feitelijk uitvoeren, zijn
    derhalve mede bepalend voor de rechtmatigheid, de effectiviteit en
    het verantwoord zijn van de opsporing en de opsporingsmethoden.
    Even belangrijk is de manier waarop gezag wordt aanvaard,
    samengewerkt wordt, beleid wordt uitgevoerd en in al deze opzichten
    verantwoordelijkheid wordt genomen. De conclusies en aanbevelingen
    van de commissie hebben daarom ook betrekking op de organisatie van
    politie, justitie en andere instellingen in het domein van de
    rechtshandhaving, hun onderlinge verhoudingen, de uitoefening van
    gezags- en beheersverantwoordelijkheden (op decentraal en centraal
    niveau) en de toetsing van de opsporing, zowel door de rechter als
    door de politieke gezagsdragers en volksvertegenwoordiging.

    Aard, omvang en ernst van de georganiseerde
    criminaliteit

    Aard, omvang en ernst van de georganiseerde criminaliteit in
    Nederland zijn nader onderzocht. Dit is onder verantwoordelijkheid
    van de commissie gebeurd door de onderzoeksgroep-Fijnaut. Deze
    onderzoeksgroep heeft naar het oordeel van de commissie het op dit
    moment best mogelijke beeld van de georganiseerde criminaliteit in
    Nederland gegeven.

    Beter inzicht is van belang voor de prioriteitenstelling bij en
    de keuze van opsporingsonderzoeken. Dat inzicht is ook van grote
    betekenis voor de wijze waarop een realistische en effectieve
    strategie wordt ontwikkeld om georganiseerde criminaliteit te
    bestrijden en overheid en samenleving te beschermen tegen de
    ongewenste benvloeding door de georganiseerde criminaliteit.
    Georganiseerde criminaliteit is altijd gekoppeld aan illegale
    goederen en diensten. Inzicht in de werkelijkheid van de
    georganiseerde criminaliteit dient de wetgever ook om vast te
    stellen hoever de bevoegdheden van politie en justitie moeten
    reiken om georganiseerde criminaliteit op te sporen.


    volgende        
    inhoudsopgave en zoeken