• Buro Jansen & Janssen is een onderzoeksburo dat politie, justitie, inlichtingendiensten, de overheid in Nederland en Europa kritisch volgt. Een grond-rechten kollektief dat al 30 jaar publiceert over uitbreiding van repressieve wetgeving, publiek-private samenwerking, bevoegdheden, overheids-optreden en andere staatsaangelegenheden.
    Buro Jansen & Janssen Postbus 10591, 1001EN Amsterdam, 020-6123202, 06-34339533, signal +31684065516, info@burojansen.nl (pgp)
    Steun Buro Jansen & Janssen. Word donateur, NL43 ASNB 0856 9868 52 of NL56 INGB 0000 6039 04 ten name van Stichting Res Publica, Postbus 11556, 1001 GN Amsterdam.
  • Publicaties

  • Migratie

  • Politieklachten

  • IX – De branches horeca en gokautomaten – 6.6. De VAN

    6.6. De VAN

    De VAN – de Vereniging Automatenhandel Nederland – bestaat sinds
    1971 en verenigt iets meer dan de helft van alle
    speelautomatenhandelaren (400 van de 850). Samen exploiteren de
    VAN-leden tachtig procent van
    alle speelautomaten in Nederland, wat er op wijst dat de meeste
    grotere bedrijven bij de VAN zijn aangesloten. De organisatie
    streeft vooral naar eenduidigheid in het beleid; de huidige grote
    gemeentelijke beslissingsbevoegdheid in de regels rond het gokken
    leidt volgens de VAN tot willekeur en rechtsongelijkheid. Voorts
    wil de organisatie dat de speelautomatenwereld een politiek
    aanvaarde en maatschappelijk geaccepteerd en gerespecteerde branche
    wordt. De vereniging begon enkele jaren terug een sterke lobby om
    de negatieve beeldvorming die aan de sector kleeft te bestrijden.
    De branche moet en wil de verantwoordelijkheid nemen voor haar
    eigen vuil
    , zo schrijft de organisatie in haar beleidsplan
    (VAN, 1989: 13). De VAN-leden verplichten zich tot het handhaven
    van strengere voorwaarden rond de exploitatie van speelautomaten
    dan door de overheid wordt geist; zelfregulering. Zo geldt er bij
    de amusementshallen van VAN-leden een minimumleeftijd van 18 jaar,
    in plaats van 16 jaar elders. Ook is de VAN organisator van de
    cursus vroegsignalering van problematisch gokken aan de
    Jellinek-kliniek. Daarnaast probeert de VAN gemeentelijke
    convenanten af te sluiten omtrent het gokbeleid.

    De werkelijkheid lijkt echter het nobele streven van
    reputatie-verbetering in te halen. Het Horeca Interventie Team van
    de Amsterdamse politie ontdekte vijf grote criminele organisaties
    die zich zowel bezig hielden met horeca- als automatenexploitatie.
    Samen beheerden zij meer dan de helft van alle Amsterdamse
    gokkasten. Deze vijf ondernemingen hielden zich bezig met
    drugshandel, witwassen van zwart geld, gedwongen plaatsing van
    automaten door middel van wurg(pacht)construkties (brief van Van
    Riessen aan de burgemeester van Amsterdam, 1993). Twee van deze
    vijf bedrijven waren lid van de VAN. Uit dit onderzoek zijn echter
    nog geen aanhoudingen voort gekomen, wat het voor de VAN moeilijk
    maakt zich van malafide leden te ontdoen. De VAN kondigde daarop in
    de media aan dat zij haar ledenbestand ging schonen; alle leden
    zouden geroyeerd worden en voor nieuwe inschrijving moest ingevuld
    worden of men al dan niet criminele antecedenten heeft. Dit
    voornemen is niet doorgezet, wel moeten alle nieuwe leden voortaan
    op hun aanmeldingsformulier verklaren dat zij een zuivere
    bedrijfsvoering voor ogen hebben. Niettemin staan op de
    VAN-ledenlijst nog steeds namen van diverse bedrijven die op zijn
    minst contacten onderhouden met bekenden uit de onderwereld of in
    het verleden zijn betrapt op vervalsing van merktekens. De VAN
    geeft zelf aan problemen te ondervinden met het schonen van het
    ledenbestand.

    De meeste recente daad van zelfregulering door de VAN is de
    instelling van een KEMA-keurmerk voor exploitanten van
    speelautomatenhallen. Tijdens een bijeenkomst in het speelpaleis
    Circus Zandvoort werden in mei 1995 de eerste drie certificaten
    uitgereikt aan de eigenaren van grote speelautomatenhallen die
    allen tevens betrokken zijn bij de branche-organisatie. Het
    keurmerk heeft betrekking op de organisatie van de speelhal en
    stelt onder andere voorwaarden aan de opleiding van het personeel
    en schrijft regels voor rond de beveiliging van de speelhal. Dit om
    een duidelijk onderscheid te maken tussen bonafide en minder
    bonafide speelhallen
    , aldus de VAN in een persbericht. Ook
    wordt de geldstroom van de gecertificeerde speeltenten van gleuf
    tot fiscus
    inzichtelijk gemaakt, zo belooft de omschrijving.
    VAN-lidmaatschap is alleen toegankelijk voor ondernemingen die zich
    in hoofdzaak bezig houden met de exploitatie, handel of produktie
    van speelautomaten. Caf-houders met een exploitatievergunning
    worden niet tot de organisatie toegelaten, omdat de VAN dergelijk
    ondernemerschap als een schadelijke vorm van concurrentie
    beschouwt. De VAN zegt als gevolg van deze beperkende maatregelen
    een aantal kleinere leden te hebben verloren. Het marktaandeel van
    de VAN-leden is echter niet gedaald, hetgeen betekent dat de
    kleinere bedrijven plaats maken voor grotere.


    vorige        
    volgende        
    inhoudsopgave en zoeken