• Buro Jansen & Janssen is een onderzoeksburo dat politie, justitie, inlichtingendiensten, de overheid in Nederland en Europa kritisch volgt. Een grond-rechten kollektief dat al 30 jaar publiceert over uitbreiding van repressieve wetgeving, publiek-private samenwerking, bevoegdheden, overheids-optreden en andere staatsaangelegenheden.
    Buro Jansen & Janssen Postbus 10591, 1001EN Amsterdam, 020-6123202, 06-34339533, signal +31684065516, info@burojansen.nl (pgp)
    Steun Buro Jansen & Janssen. Word donateur, NL43 ASNB 0856 9868 52 of NL56 INGB 0000 6039 04 ten name van Stichting Res Publica, Postbus 11556, 1001 GN Amsterdam.
  • Publicaties

  • Migratie

  • Politieklachten

  • IX – De zeehaven Rotterdam en de luchthaven Schiphol – 2.1. De Rotterdamse haven

    2.1. De Rotterdamse haven

    De aan- en afvoer over zee van goederen in West-Europa verloopt
    via negen havens die liggen in de
    Hamburg-Le Havre range. Rotterdam neemt onder de
    goederenoverslaghavens de eerste plaats in, met een marktaandeel
    van 44%. Mondiaal gezien staat Rotterdam op de vierde plaats in de
    top 20 als het gaat om het overslaan van containers. Haar
    uitstekende marktpositie heeft de haven van Rotterdam onder andere
    te danken aan de centrale ligging in Europa; een grote
    afvoercapaciteit naar het achterland via binnenvaart, wegvervoer,
    pijpleiding en wellicht binnenkort ook per spoor; het relatief lage
    zeehavengeld voor grote schepen; de hoge afvaartfrequentie en goede
    kustvaartverbindingen en het grote aantal service-verlenende
    bedrijven in de petrochemie in Rotterdam (GHR, Havenplan 2010).

    In 1993 bedroeg de totale goederenstroom 282 miljoen ton en
    bezochten 30.735 zeeschepen de Rotterdamse haven. Daaronder waren
    20.535 zeeschepen, 7.038 massagoedschepen, 1.817 passagierschepen
    en 1.345 overige schepen (GHR, Jaarverslag 1993). Onder massagoed
    wordt verstaan losgestorte lading (nat en droog) die overgeslagen
    wordt door middel van pompen, grijpers en continulossers/beladers.
    De tegenhanger van massagoed is stukgoed. Stukgoed wordt
    onderverdeeld in containers, roll-on/roll-off (ro-ro) en overig
    stukgoed (GHR, 1990). Elke minuut komen er in de Rotterdamse haven
    6 containers en 600 ton goederen binnen (Politie
    Rotterdam-Rijnmond, Rivierpolitie, 1994. In 1990 bood de
    Rotterdamse haven aan 70.200 personen direct en aan 295.000
    personen indirect werkgelegenheid: 1.4%, respectievelijk 5.8% van
    de totale nationale werkgelegenheid. Bijna 10 procent van het Bruto
    Nationaal Produkt wordt in de Rotterdamse haven gegenereerd (GHR,
    Havenplan 2010).

    De wereldhandel van goederen vertoont weer een stijgende lijn.
    Het Gemeentelijk Havenbedrijf maakte over 1993 een winst van 32.2
    miljoen gulden (GHR, Jaarverslag 1993). De intra-Europese handel
    alsmede de handel met de Aziatische landen maken een belangrijke
    groei door. Dit zijn beide handels- en vaargebieden waarin de haven
    van Rotterdam een belangrijke positie inneemt (GHR, Trendrapport
    1994). Voor de toekomst wordt dan ook een verdere groei verwacht in
    de overslag van industrile goederen, chemische produkten,
    voedingsmiddelen, fruit, kolen, cellulose en oud papier. De groei
    hangt samen met de ontwikkeling van het welvaartsniveau. De
    overslag van veevoeder- en mestgrondstoffen zal naar verwachting
    dalen, onder andere in verband met de milieuproblematiek en het
    gebruik van alternatieve veevoeders van Europese bodem. Ruwe olie,
    olieprodukten en ijzererts blijven voor de haven van zeer groot
    belang (GHR, 1990).


    vorige        
    volgende        
    inhoudsopgave en zoeken