Bijlage XI – WOORD VOORAFJanuary 1, 1999
WOORD VOORAF
Deze studie bevat een analyse van de georganiseerde
criminaliteit in Amsterdam. Zij vormt een van de rapporten die in
opdracht van de Parlementaire Enqute-commissie Opsporingsmethoden
zijn vervaardigd omtrent de aard, ernst, omvang en ontwikkeling van
de georganiseerde criminaliteit in Nederland. Het onderzoek waarop
deze analyse berust, werd uitgevoerd in de periode 8 mei – 8 juli
1995. Aan dit rapport werd rond 20 augustus 1995 de laatste hand
gelegd, nadat het concept op 11 augustus 1995 uitvoerig was
besproken met een aantal vertegenwoordigers van politie en justitie
in Amsterdam. Deze bespreking stond natuurlijk geenszins in het
teken van enige fiattering van dit rapport. Zij had bovenal tot
doel na te gaan of bepaalde gebeurtenissen wel juist zijn
genterpreteerd, belangrijke ontwikkelingen wel naar waarde zijn
ingeschat, sommige conclusies niet overijld zijn getrokken. Het
spreekt dan ook vanzelf dat alle feilen die dit rapport ook nu nog
vertoont, geheel voor onze rekening komen.
lees meer
Inhoud Bijlage XIJanuary 1, 1999
Bijlage XI – Deelonderzoek 4
1. Een analyse van de situatie in Amsterdam
WOORD VOORAF
lees meer
Bijlage X – 3.4. RecapitulatieJanuary 1, 1999
3.4. Recapitulatie
In dit hoofdstuk is een aantal verschijningsvormen van fraude
beschreven. Daarbij is een onderscheid aangebracht tussen
fraudevormen waarin de actoren op de wettige markt primair als
slachtoffers moeten worden aangemerkt en fraudevormen waarin ook
sprake is van verwijtbare betrokkenheid van (een deel van) de
wettige nijverheid.
lees meer
Bijlage X – 3.3. Symbiose met de marktomgevingJanuary 1, 1999
3.3. Symbiose met de marktomgeving
De meeste vormen van fraude die in het onderhavige onderzoek
zijn bestudeerd, dragen een symbiotisch element in zich. Dit vindt
meestal zijn oorsprong in het feit dat door toedoen van fraudeurs
de wig tussen de kost- en de marktprijs zodanig wordt benvloed dat
ook voor de reguliere handel aanzienlijk marktvoordeel kan
ontstaan. Noot Het frauduleus handelen leidt natuurlijk
tegelijkertijd voor het deel van de handel dat zich hiervoor niet
ontvankelijk opstelt tot oneerlijke concurrentie en ontwrichting
van de markt.
lees meer
Bijlage X – 3.2. Parasitaire fraudevormenJanuary 1, 1999
3.2. Parasitaire fraudevormen
Zoals in paragraaf 1.1 is vermeld, is de essentie van fraude dat
er misbruik wordt gemaakt van het vertrouwen van de reguliere
marktpartijen. De komende paragrafen geven enig inzicht in de
verschillende gedaanten waarop bedoelde misleiding gestalte kan
krijgen. De eerste verschijningsvorm van parasitaire fraude die we
in deze paragraaf zullen behandelen, betreft het opkopen en
leegplunderen van slecht lopende bedrijven. Zoals het voorbeeld
laat zien, beperken fraudeurs zich daarbij meestal niet tot deze
hoofdactiviteit, maar wordt een scala van nevenactiviteiten
ontplooid waarmee verscheidene partijen worden benadeeld. CASUS
1
lees meer
Bijlage X – 3.1. InleidingJanuary 1, 1999
3. VERSCHIJNINGSVORMEN VAN FRAUDE
3.1. Inleiding
Bij het exploreren van het omvangrijke en complexe fraudegebied
dient ten behoeve van de overzichtelijkheid enige ordening te
worden aangebracht. Anders dan de meeste van de tot dusverre
ondernomen pogingen om tot een vorm van categorisering te komen, is
in de onderhavige studie niet het accent gelegd op het object of de
aard van de fraude – resulterend in de bekende reeks van
belasting-, premie-, beleggings-, faillisementsfraude enz., maar is
bij de beschrijving van de aangetroffen fraudepatronen gekozen voor
een tweedeling die gebaseerd is op de impact die de fraude heeft op
de reguliere marktverhoudingen. Een onderscheid is aangebracht
tussen fraudes die in hoofdzaak parasitair van aard zijn en
fraudes waarin sprake is van een symbiose met de wettige
omgeving.
lees meer
Bijlage X – 2.1. Het begrip fraude in historisch
perspectiefJanuary 1, 1999
2. ONTWIKKELINGEN OP HET GEBIED VAN DE FRAUDE
2.1. Het begrip fraude in historisch perspectief
Fraude is een verschijnsel waaraan in de afgelopen decennia
velerlei connotaties verbonden zijn geweest. Brants en Brants
(1991) hebben de ontwikkeling van het fraudebegrip nauwgezet in
kaart gebracht. De auteurs omschrijven het stereotype fraudeur van
de jaren zestig als het slimme doch misdadige individu, dat zonder
enige scrupules te werk ging. Een decennium later werd het begrip
vooral in verband gebracht met steun- en belastingfraude, waarbij
de in die jaren welig tierende koppelbazerij de meeste justitile
aandacht kreeg. Het geruchtmakende rapport over de omvang van
belastingfraude van Van Bijsterveld (1980) zorgde vervolgens
opnieuw voor een aanzienlijke verschuiving in de beeldvorming. Dit
rapport maakte duidelijk dat niet alleen uitkeringstrekkers en
koppelbazen sjoemelden en knoeiden, maar dat ook de gewone burgers
en bedrijven zich regelmatig op hun belastingformulier verschreven.
Langzaam maar zeker deed het beeld opgeld dat fraude een
wijdverbreid maatschappelijk verschijnsel, was dat zich overal,
zelfs bij gerespecteerde bedrijven en overheden, manifesteerde. Het
begrip breidde zich uit naar machtsmisbruik, vertrouwensschennis en
naar het oneigenlijke gebruik van wetten in het grijze circuit.
Hele beroepsgroepen en bedrijfstakken raakten in opspraak. Ook kwam
een tot op dat moment nauwelijks belicht fenomeen in de
schijnwerpers te staan, te weten milieucriminaliteit.
lees meer
Bijlage X – LITERATUURJanuary 1, 1999
LITERATUUR
Altena, M. J. van
Crimineel geld: de aanpak bij banken, In: C. D. van der Vijver
(red.),
lees meer
Bijlage X – 12. SLOTBESCHOUWINGJanuary 1, 1999
12. SLOTBESCHOUWING
Onder de algemene noemer fraude is een scala van illegale
activiteiten in de reguliere economie beschreven. Deze
verschijningsvormen hebben n belangrijk kenmerk met elkaar gemeen:
er wordt misbruik gemaakt van het vertrouwen, dat de kurk is waarop
de interacties en transacties in het reguliere economische verkeer
drijven. Het rapport onderstreept eens te meer dat georganiseerde
criminaliteit meer behelst dan drughandel. Het feit dat fraude zich
in wettige bedrijfstakken en sectoren afspeelt, rechtvaardigt
misschien zelfs extra aandacht voor deze vorm van georganiseerde
criminaliteit. Het gevaar van verstrengeling van zakelijke en
criminele belangen is immers juist ten aanzien van fraudedelicten
aanwezig. Het rapport bestaat uit drie onderdelen: een analyse van
18 fraudezaken, een beschrijving van het misbruik van rechtsfiguren
om illegale activiteiten af te schermen en ten slotte een
beschrijving van de wijzen waarop misdaadgeld in de legale economie
wordt gesluisd. De in de beide laatste delen beschreven
afschermings- en witwastechnieken hebben naast fraude ook
betrekking op de drughandel.
lees meer
Bijlage X – 11.7 RecapitulatieJanuary 1, 1999
11.7 Recapitulatie
In dit hoofdstuk zijn de drie verschijningsvormen van witwassen
besproken aan de hand van voorbeelden ontleend aan
opsporingsonderzoeken. Op de vraag hoe vaak witwassen voorkomt en
welke bedragen hiermee zijn gemoeid, kan geen gefundeerd antwoord
worden gegeven. De beschreven technieken van witwassen, die er –
populair uitgedrukt – in essentie op neer komen dat het misdaadgeld
de schijn krijgt van eerlijk geleend of eerlijk verdiend geld,
vinden niet in een maatschappelijk vacum plaats. Misdaadgeld is
voor criminele groepen pas interessant, wanneer het binnen de
legale economie vrij besteedbaar is. Om dit doel te bereiken worden
banken, adviseurs en legale markten ingeschakeld. Twee van deze
markten worden in dit hoofdstuk beschreven, de effectenhandel en de
onroerend-goedmarkt. In deze voorbeelden wordt duidelijk hoe zeer
intermediaire personen (commissionairs, onroerend-goedexploitanten)
en rechtsfiguren (economische eigendom, buitenlandse
rechtspersonen) instrumenteel zijn in het wegsluizen van
misdaadgeld in de legale economie.
lees meer
Bijlage X – 11.6. Witwassen en investeren op de onroerend
goedmarktJanuary 1, 1999
11.6. Witwassen en investeren op de onroerend
goedmarkt
Meer dan bij de handel in effecten is de handel in onroerend
goed niet alleen een middel maar ook een doel. Het is een
eindbestemming van misdaadgeld. Twee verschijningsvormen van de
route naar deze bestemmingen worden hieronder gepresenteerd.
lees meer
Bijlage X – 11.5. Misdaadgeld witwassen via de
effectenhandelJanuary 1, 1999
11.5. Misdaadgeld witwassen via de effectenhandel
11.5.1. Inleiding
Eind oktober 1994 ontstond in de effectenwereld grote beroering
toen uitlekte dat een werkgroep van politie- en justitieambtenaren
een onderzoek hadden gedaan naar mogelijke infiltratie door
criminele organisaties in de effectenhandel. De landelijk
MOT-officier lichtte de werkzaamheden van deze zogeheten
Fieccom-groep (fiscaaleconomische combinatie) vervolgens toe. De
Fieccom zou hoofdzakelijk openbare bronnen (emissieprospectussen,
jaarverslagen, kranten) hebben geraadpleegd alsmede enkele
processen-verbaal en de politieregisters voor de strafrechtelijke
antecedenten. De speurtocht naar mogelijke criminaliteit in het
effectenwezen zou uiteindelijk hebben geresulteerd in drie concrete
verdenkingen van witwaspraktijken in de effectenwereld.
lees meer
Bijlage X – 11.4. Het creren van inkomstenJanuary 1, 1999
11.4. Het creren van inkomsten
Een aantal van de witwasmethodieken kan onder de noemer worden
gebracht van het (kunstmatig) creren van inkomsten door onder
andere het fingeren van een hoge omzet of lucratieve transacties.
Doorslaggevend is dat de winst ten overstaan van fiscus of politie
aannemelijk gemaakt (ergo: witgewassen) kan worden.
lees meer
Bijlage X – 11.3. Het overdragen van vermogenJanuary 1, 1999
11.3. Het overdragen van vermogen
Het overdragen van vermogen van de ene naar de andere persoon
kan onder verschillende wettelijke titels plaats vinden,
namelijk:
* het schenken van vermogen
* het ontvangen van gelden in het kader van gokken
* het lenen van gelden.
lees meer
Bijlage X – 11.2. Het voorwenden van
vermogensstijgingJanuary 1, 1999
11.2. Het voorwenden van vermogensstijging
Deze methodiek van witwassen kan worden toegepast in de gevallen
dat men de beschikking heeft over activa die moeilijk objectief
waardeerbaar zijn, zoals kan voorkomen bij onroerend goed, antiek
en kunst. Door een lucratieve verkoop van dit soort activa voor te
wenden aan een schijnbaar onafhankelijke derde, kan een crimineel
op schijnbaar legale wijze in het bezit komen van zijn
misdaadgeld.
lees meer
<< oudere artikelen nieuwere artikelen >>